Terug naar bibliotheek
Boek 4. Erfrecht
Titel 6. Gevolgen van de erfopvolging
Afdeling 3. Vereffening van de nalatenschap
Artikel 221

Artikel 221 (Vereffenaar: uitzonderingen rekening en verantwoording)

Laatste versie

1. De in de artikelen 214, eerste en vijfde lid, en 218 omschreven verplichtingen rusten op de erfgenamen die uit hoofde van aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving vereffenaar zijn, slechts indien de kantonrechter dit bepaalt.

2. Een door de rechter benoemde vereffenaar behoeft een rekening en verantwoording en een uitdelingslijst niet neer te leggen, wanneer alle hem voor de afloop van de in artikel 218, eerste lid, bedoelde termijn bekend geworden schulden ten volle worden voldaan, of wanneer de kantonrechter hem van deze neerlegging vrijstelt. Deze vrijstelling wordt niet verleend, wanneer een schuldeiser daartegen bezwaar maakt.

3. Wordt de rekening en verantwoording niet neergelegd, dan geschiedt zij aan hen die een recht op het overschot hebben, op de wijze als voor bewindvoerders is bepaald.

Uitleg in duidelijke taal

1. De in de artikelen 214, eerste en vijfde lid, en 218 omschreven verplichtingen rusten op de erfgenamen die uit hoofde van aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving vereffenaar zijn, slechts indien de kantonrechter dit bepaalt.

Dit betekent letterlijk: De verplichtingen die zijn beschreven in artikel 214, eerste lid en vijfde lid, en in artikel 218, zijn van toepassing op erfgenamen die vereffenaar zijn geworden doordat zij de nalatenschap hebben aanvaard onder het voorrecht van boedelbeschrijving. Deze verplichtingen gelden voor hen echter alleen als de kantonrechter dit uitdrukkelijk beslist.

2. Een door de rechter benoemde vereffenaar behoeft een rekening en verantwoording en een uitdelingslijst niet neer te leggen, wanneer alle hem voor de afloop van de in artikel 218, eerste lid, bedoelde termijn bekend geworden schulden ten volle worden voldaan, of wanneer de kantonrechter hem van deze neerlegging vrijstelt. Deze vrijstelling wordt niet verleend, wanneer een schuldeiser daartegen bezwaar maakt.

Dit betekent letterlijk: Een vereffenaar die door de rechter is aangesteld, hoeft geen rekening en verantwoording en ook geen uitdelingslijst ter inzage te leggen in de volgende gevallen:

  • wanneer alle schulden die hem bekend waren vóór het einde van de termijn zoals genoemd in artikel 218, eerste lid, volledig zijn betaald, of
  • wanneer de kantonrechter hem vrijstelt van de verplichting om deze stukken neer te leggen. Deze vrijstelling wordt echter niet gegeven als een schuldeiser hier bezwaar tegen maakt.

3. Wordt de rekening en verantwoording niet neergelegd, dan geschiedt zij aan hen die een recht op het overschot hebben, op de wijze als voor bewindvoerders is bepaald.

Dit betekent letterlijk: Als de rekening en verantwoording niet ter inzage wordt gelegd, dan moet deze rekening en verantwoording worden afgelegd aan de personen die recht hebben op een eventueel overschot van de nalatenschap. Dit moet gebeuren op de manier zoals dat is voorgeschreven voor bewindvoerders.