Terug naar bibliotheek
Boek 3. Vermogensrecht in het algemeen
Titel 4. Verkrijging en verlies van goederen
Afdeling 2. Overdracht van goederen en afstand van beperkte rechten
Artikel 98

Artikel 98 (Overdracht beperkte rechten schakelbepaling)

Laatste versie

Tenzij de wet anders bepaalt, vindt al hetgeen in deze afdeling omtrent de overdracht van een goed is bepaald, overeenkomstige toepassing op de vestiging, de overdracht en de afstand van een beperkt recht op een zodanig goed.

Uitleg in duidelijke taal

Tenzij de wet anders bepaalt, vindt al hetgeen in deze afdeling omtrent de overdracht van een goed is bepaald, overeenkomstige toepassing op de vestiging, de overdracht en de afstand van een beperkt recht op een zodanig goed.

Dit artikel bepaalt dat, tenzij de wet anders bepaalt, alles wat in deze afdeling is vastgelegd met betrekking tot de overdracht van een goed, op een vergelijkbare manier van toepassing is (overeenkomstige toepassing) op de vestiging, de overdracht en de afstand van een beperkt recht op een dergelijk goed.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad23x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2012:BT6947 - Dix q.q./ING: de rechtsgeldigheid van de verzamelpandakte constructie - 2 februari 2012

ECLI:NL:HR:2012:BT69472 februari 2012Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat een door de bank als gevolmachtigde opgestelde en geregistreerde verzamelpandakte, waarin de pandgevers en vorderingen generiek zijn omschreven, een rechtsgeldige wijze is om vorderingen stil te verpanden. Deze constructie, inclusief het onherroepelijke volmachtbeding, is niet in strijd met de wet.

Civiel RechtGoederenrecht, Insolventierecht, Verbintenissenrecht, Financieel Recht
Hoge Raad25x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:3650 - Nietigheid wegens onzedelijke strekking vereist geen daadwerkelijke benadeling van schuldeisers - 18 december 2014

ECLI:NL:HR:2014:365018 december 2014Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een overeenkomst die strekt tot benadeling van schuldeisers is wegens strijd met de goede zeden nietig (art. 3:40 BW), ook zonder dat daadwerkelijke benadeling vaststaat. Een derde kan zich hier echter mogelijk niet op beroepen vanwege de beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid.

Hoge Raad21x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2002:AE3381 - Hoge Raad - 19 september 2002

ECLI:NL:HR:2002:AE338119 september 2002Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtGoederenrecht, Insolventierecht, Verbintenissenrecht, Intellectueel Eigendomsrecht
Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:1046 - Rabobank/Reuser: Pandrecht op voorwaardelijk eigendom onder eigendomsvoorbehoud - 2 juni 2016

ECLI:NL:HR:2016:10462 juni 2016Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat een koper van een zaak onder eigendomsvoorbehoud een voorwaardelijk eigendomsrecht verkrijgt. Dit recht kan onmiddellijk worden verpand. Na faillissement van de koper groeit dit pandrecht van rechtswege uit tot een pandrecht op de onvoorwaardelijke eigendom zodra de voorwaarde (betaling) wordt vervuld.

Civiel RechtGoederenrecht, Insolventierecht
Hoge Raad15x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2002:AE7842 - Hoge Raad - 19 september 2002

ECLI:NL:HR:2002:AE784219 september 2002Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad15x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2001:AB2435 - Hoge Raad - 28 juni 2001

ECLI:NL:HR:2001:AB243528 juni 2001Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtInsolventierecht, Goederenrecht
Hoge Raad14x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:1841 - Uitleg pandakte: bepaling van de partijbedoeling versus het bepaaldheidsvereiste - 21 november 2019

ECLI:NL:HR:2019:184121 november 2019Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad maakt een scherp onderscheid tussen de uitleg van een pandakte (Haviltex-maatstaf) en de toetsing aan het bepaaldheidsvereiste van artikel 3:84 lid 2 BW. Voor het bepaaldheidsvereiste is de partijbedoeling niet relevant, tenzij deze achteraf kan worden vastgesteld aan de hand van gegevens in de akte zelf.

Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:984 - Onoverdraagbaar is onverpandbaar: Hoge Raad koppelt verpanding aan overdraagbaarheid - 30 juni 2022

ECLI:NL:HR:2022:98430 juni 2022Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak

Een beding dat een vordering onoverdraagbaar maakt met goederenrechtelijke werking (art. 3:83 lid 2 BW), leidt er ook toe dat de vordering onverpandbaar is. De Hoge Raad baseert dit op de artikelen 3:81 lid 1 en 3:228 BW.

Civiel RechtGoederenrecht, Insolventierecht
Hoge Raad9x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2003:AF0168 - Hoge Raad - 16 januari 2003

ECLI:NL:HR:2003:AF016816 januari 2003Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:590 - Hoge Raad: generieke verpanding auteursrecht voldoet aan bepaalbaarheidsvereiste - 2 april 2020

ECLI:NL:HR:2020:5902 april 2020Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

Een generieke omschrijving van verpande goederen, zoals ‘alle bedrijfsactiva’, is voldoende bepaald voor een geldig pandrecht op een auteursrecht. Het is niet vereist dat het bestaan van dit auteursrecht uit de administratie of balans van de pandgever blijkt.

Civiel RechtGoederenrecht, Insolventierecht, Intellectueel Eigendomsrecht