Terug naar bibliotheek
Boek 3. Vermogensrecht in het algemeen
Titel 1. Algemene bepalingen
Afdeling 1. Begripsbepalingen
Artikel 4

Artikel 4 (Bestanddeel van een zaak)

Laatste versie

1. Al hetgeen volgens verkeersopvatting onderdeel van een zaak uitmaakt, is bestanddeel van die zaak.

2. Een zaak die met een hoofdzaak zodanig verbonden wordt dat zij daarvan niet kan worden afgescheiden zonder dat beschadiging van betekenis wordt toegebracht aan een der zaken, wordt bestanddeel van de hoofdzaak.

Uitleg in duidelijke taal

1. Al hetgeen volgens verkeersopvatting onderdeel van een zaak uitmaakt, is bestanddeel van die zaak.

Dit lid stelt dat alles wat volgens de algemeen gangbare opvattingen in het maatschappelijk verkeer (verkeersopvatting) een onderdeel vormt van een bepaalde zaak, juridisch gezien ook een bestanddeel is van die betreffende zaak.

2. Een zaak die met een hoofdzaak zodanig verbonden wordt dat zij daarvan niet kan worden afgescheiden zonder dat beschadiging van betekenis wordt toegebracht aan een der zaken, wordt bestanddeel van de hoofdzaak.

Dit lid bepaalt dat een zaak die op een dusdanige wijze met een hoofdzaak is verbonden dat zij niet van de hoofdzaak kan worden gescheiden zonder dat er significante schade (beschadiging van betekenis) aan een van de zaken of aan beide zaken wordt toegebracht, dan wordt die eerstgenoemde zaak een bestanddeel van de hoofdzaak.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad43x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:1997:ZC2478

ECLI:NL:HR:1997:ZC247831 oktober 1997Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad14x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:1785 - Zalco III: Fysieke maatstaf voor bestanddeelvorming ex art. 3:4 lid 2 BW

ECLI:NL:HR:2020:178513 november 2020Dit wetsartikel wordt 28 keer genoemd in deze uitspraak

De vraag of een zaak door verbinding bestanddeel is geworden op grond van art. 3:4 lid 2 BW, wordt beantwoord aan de hand van een fysieke maatstaf. Economische gevolgen zijn niet relevant, tenzij de afscheiding technisch mogelijk is maar onevenredig kostbaar of inspannend is.

Civiel RechtGoederenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad6x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:1786 - Glencore/Zalco: Fysieke maatstaf voor 'beschadiging van betekenis' bij bestanddeelvorming

ECLI:NL:HR:2020:178613 november 2020Dit wetsartikel wordt 27 keer genoemd in deze uitspraak

Voor bestanddeelvorming op grond van art. 3:4 lid 2 BW geldt een fysieke maatstaf. Of afscheiding 'beschadiging van betekenis' toebrengt, wordt niet beoordeeld aan de hand van economische gevolgen, maar aan de fysieke gevolgen van de scheiding.

Civiel RechtGoederenrecht, Insolventierecht
Hoge Raad19x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2012:BX7474

ECLI:NL:HR:2012:BX74746 december 2012Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtGoederenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad18x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2018:1 - Eigendom transformatoren: definitie Elektriciteitswet is leidend voor natrekking via een net

ECLI:NL:HR:2018:15 januari 2018Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De definitie van 'net' in de Elektriciteitswet is bepalend voor wat naar verkeersopvatting als bestanddeel van dat net wordt beschouwd en wie dus eigenaar is via natrekking (art. 5:20 lid 2 BW). Contractuele afspraken die hiervan afwijken, zijn echter niet per definitie ongeldig.

Civiel RechtGoederenrecht, Verbintenissenrecht
BestuursrechtMededingingsrecht
Hoge Raad16x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:61 - WKO-installatie en servicekosten: Huurrecht prevaleert boven oude Warmtewet

ECLI:NL:HR:2022:6121 januari 2022Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

Een warmte-koudeopslaginstallatie (WKO) is een onroerende aanhorigheid (art. 7:233 BW). De kapitaal- en onderhoudskosten daarvan moeten in de kale huurprijs worden verwerkt. In de conflictperiode prevaleerde de beschermende werking van het huurrecht (art. 7:237 lid 2 BW) boven de oude Warmtewet 2014.

Civiel RechtHuurrecht, Goederenrecht
Hoge Raad12x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2013:CA0813

ECLI:NL:HR:2013:CA081327 september 2013Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad12x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:1787 - Zalco/Glencore: Misbruik van bevoegdheid door curator en ingangsdatum wettelijke rente

ECLI:NL:HR:2020:178713 november 2020Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

Een curator handelt onrechtmatig als hij misbruik maakt van zijn bevoegdheid onder art. 58 Fw door onredelijke voorwaarden te stellen die executie door de pandhouder feitelijk onmogelijk maken. De rechter moet ambtshalve toetsen of de feiten een vordering kunnen dragen, ook als er geen verweer is.

Civiel RechtInsolventierecht, Goederenrecht, Verbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad11x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2001:AD3522

ECLI:NL:HR:2001:AD352221 september 2001Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtLokale Belastingen, Procesrecht Belastingen
Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:1046 - Rabobank/Reuser: Pandrecht op voorwaardelijk eigendom onder eigendomsvoorbehoud

ECLI:NL:HR:2016:10463 juni 2016Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat een koper van een zaak onder eigendomsvoorbehoud een voorwaardelijk eigendomsrecht verkrijgt. Dit recht kan onmiddellijk worden verpand. Na faillissement van de koper groeit dit pandrecht van rechtswege uit tot een pandrecht op de onvoorwaardelijke eigendom zodra de voorwaarde (betaling) wordt vervuld.

Civiel RechtGoederenrecht, Insolventierecht