Artikel 3 (Definitie onroerende en roerende zaken)
1. Onroerend zijn de grond, de nog niet gewonnen delfstoffen, de met de grond verenigde beplantingen, alsmede de gebouwen en werken die duurzaam met de grond zijn verenigd, hetzij rechtstreeks, hetzij door vereniging met andere gebouwen of werken.
2. Roerend zijn alle zaken die niet onroerend zijn.
Uitleg in duidelijke taal
1. Onroerend zijn de grond, de nog niet gewonnen delfstoffen, de met de grond verenigde beplantingen, alsmede de gebouwen en werken die duurzaam met de grond zijn verenigd, hetzij rechtstreeks, hetzij door vereniging met andere gebouwen of werken.
Dit lid specificeert wat als onroerend wordt aangemerkt. Hieronder vallen de grond, de nog niet gewonnen delfstoffen, de met de grond verenigde beplantingen, en ook de gebouwen en werken die duurzaam met de grond zijn verenigd. Deze duurzame vereniging met de grond kan hetzij rechtstreeks plaatsvinden, hetzij door vereniging met andere gebouwen of werken.
2. Roerend zijn alle zaken die niet onroerend zijn.
Dit lid definieert roerend als alle zaken die niet onroerend zijn volgens de criteria van het eerste lid.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2019:1046 - Hoge Raad over Dwaling, Nadeel en Mededelingsplicht bij Renteswaps
Voor een beroep op dwaling bij renteswaps is nadeel niet vereist, maar de gevolgen van vernietiging kunnen worden beperkt om onredelijke voordelen te voorkomen. Een bank voldoet aan haar mededelingsplicht met duidelijke productinformatie. Een verborgen marge is zelden een succesvolle grond voor dwaling.
ECLI:NL:HR:1997:ZC2478
ECLI:NL:HR:2010:BK9136
ECLI:NL:HR:2020:1786 - Glencore/Zalco: Fysieke maatstaf voor 'beschadiging van betekenis' bij bestanddeelvorming
Voor bestanddeelvorming op grond van art. 3:4 lid 2 BW geldt een fysieke maatstaf. Of afscheiding 'beschadiging van betekenis' toebrengt, wordt niet beoordeeld aan de hand van economische gevolgen, maar aan de fysieke gevolgen van de scheiding.
ECLI:NL:HR:2013:CA0813
ECLI:NL:HR:2020:1787 - Zalco/Glencore: Misbruik van bevoegdheid door curator en ingangsdatum wettelijke rente
Een curator handelt onrechtmatig als hij misbruik maakt van zijn bevoegdheid onder art. 58 Fw door onredelijke voorwaarden te stellen die executie door de pandhouder feitelijk onmogelijk maken. De rechter moet ambtshalve toetsen of de feiten een vordering kunnen dragen, ook als er geen verweer is.