Terug naar bibliotheek
Boek 1. Personen- en familierecht
Titel 6. Rechten en verplichtingen van echtgenoten
Artikel 89

Artikel 89 (Vernietigbaarheid rechtshandeling door andere echtgenoot)

Laatste versie

1. Een rechtshandeling die een echtgenoot in strijd met het vorige artikel heeft verricht, is vernietigbaar; slechts de andere echtgenoot kan een beroep op de vernietigingsgrond doen.

2. Het vorige lid geldt niet voor een andere handeling dan een gift, indien de wederpartij te goeder trouw was.

3. Het einde van het huwelijk en scheiding van tafel en bed hebben geen invloed op de bevoegdheid om ter vernietiging van een rechtshandeling van een echtgenoot een beroep op de vernietigingsgrond te doen, die voordien was ontstaan. Indien de andere echtgenoot dientengevolge schuldenaar uit die rechtshandeling wordt, geldt artikel 51 lid 3 van Boek 3 voor hem slechts, zolang de termijn van artikel 52 lid 1 van Boek 3 niet is verstreken.

4. De verklaring of rechtsvordering tot vernietiging behoeft in afwijking van de artikelen 50 lid 1 en 51 lid 2 van Boek 3 niet mede te worden gericht tot de echtgenoot die de handeling heeft verricht.

5. De echtgenoot die een beroep op de vernietigingsgrond heeft gedaan, kan tevens alle uit de nietigheid voortvloeiende rechtsvorderingen instellen.

Uitleg in duidelijke taal

1. Een rechtshandeling die een echtgenoot in strijd met het vorige artikel heeft verricht, is vernietigbaar; slechts de andere echtgenoot kan een beroep op de vernietigingsgrond doen.

Dit betekent dat een juridische handeling (rechtshandeling) die door een echtgenoot is uitgevoerd in strijd met de bepalingen van het voorgaande artikel, ongeldig gemaakt kan worden (vernietigbaar is). Alleen de andere echtgenoot heeft het recht om deze vernietigingsgrond in te roepen.

2. Het vorige lid geldt niet voor een andere handeling dan een gift, indien de wederpartij te goeder trouw was.

Dit betekent dat de regel uit het eerste lid niet van toepassing is op een rechtshandeling die geen gift is, op voorwaarde dat de partij waarmee de echtgenoot de handeling verrichtte (de wederpartij) te goeder trouw was (dat wil zeggen, niet wist of behoorde te weten dat de handeling in strijd was met het vorige artikel).

3. Het einde van het huwelijk en scheiding van tafel en bed hebben geen invloed op de bevoegdheid om ter vernietiging van een rechtshandeling van een echtgenoot een beroep op de vernietigingsgrond te doen, die voordien was ontstaan. Indien de andere echtgenoot dientengevolge schuldenaar uit die rechtshandeling wordt, geldt artikel 51 lid 3 van Boek 3 voor hem slechts, zolang de termijn van artikel 52 lid 1 van Boek 3 niet is verstreken.

Dit betekent dat het eindigen van het huwelijk of een scheiding van tafel en bed geen verandering brengt in de bevoegdheid om een beroep te doen op de vernietigingsgrond voor een rechtshandeling van een echtgenoot, indien die bevoegdheid al eerder was ontstaan. Als de andere echtgenoot hierdoor (dientengevolge) schuldenaar wordt vanwege die rechtshandeling, is artikel 51 lid 3 van Boek 3 Burgerlijk Wetboek alleen op hem van toepassing zolang de termijn genoemd in artikel 52 lid 1 van Boek 3 Burgerlijk Wetboek nog niet is afgelopen (verstreken).

4. De verklaring of rechtsvordering tot vernietiging behoeft in afwijking van de artikelen 50 lid 1 en 51 lid 2 van Boek 3 niet mede te worden gericht tot de echtgenoot die de handeling heeft verricht.

Dit betekent dat, anders dan wat bepaald is in artikel 50 lid 1 en artikel 51 lid 2 van Boek 3 Burgerlijk Wetboek, de verklaring of de juridische procedure (rechtsvordering) om tot vernietiging te komen niet ook gericht hoeft te zijn tegen de echtgenoot die de betreffende rechtshandeling heeft uitgevoerd.

5. De echtgenoot die een beroep op de vernietigingsgrond heeft gedaan, kan tevens alle uit de nietigheid voortvloeiende rechtsvorderingen instellen.

Dit betekent dat de echtgenoot die een beroep op de vernietigingsgrond heeft gedaan, tevens alle rechtsvorderingen kan instellen die voortvloeien uit de nietigheid van de rechtshandeling.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad561x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2008:BC2837

ECLI:NL:HR:2008:BC283728 maart 2008Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtPersonen En Familierecht, Verbintenissenrecht
Hoge Raad145x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:3018

ECLI:NL:HR:2015:30189 oktober 2015Dit wetsartikel wordt 11 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht, Verbintenissenrecht, Financieel Recht, Personen En Familierecht
Hoge Raad101x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2017:936 - Stuiting verjaring door collectieve actie duurt voort tot WCAM-beslissing

ECLI:NL:HR:2017:93619 mei 2017Dit wetsartikel wordt 6 keer genoemd in deze uitspraak

Een collectieve actie stuit de verjaring voor vernietiging van effectenleaseovereenkomsten. Deze stuitende werking eindigt niet bij de schikking, maar pas met de rechterlijke beslissing op het WCAM-verzoek. De termijn van art. 3:316 lid 2 BW vangt pas dan aan.

Civiel RechtFinancieel Recht, Verbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht, Personen En Familierecht
Hoge Raad99x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:1866

ECLI:NL:HR:2015:186610 juli 2015Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtFinancieel Recht, Verbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht, Europees Civiel Recht
Hoge Raad59x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2011:BO6106

ECLI:NL:HR:2011:BO610628 januari 2011Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht, Financieel Recht, Verbintenissenrecht
Hoge Raad25x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:810 - Gezag van gewijsde en de niet-handelende echtgenoot bij effectenlease

ECLI:NL:HR:2020:81024 april 2020Dit wetsartikel wordt 31 keer genoemd in deze uitspraak

Een vonnis over de vernietiging van een effectenleaseovereenkomst bindt een echtgenoot die geen partij was niet. Echter, een onherroepelijke uitspraak tussen de níet-handelende echtgenoot en de wederpartij over de vernietiging (art. 1:89 BW) heeft wél werking jegens de handelende echtgenoot.

Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht, Personen En Familierecht, Verbintenissenrecht, Financieel Recht
Hoge Raad41x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2012:BU6506

ECLI:NL:HR:2012:BU650617 februari 2012Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtFinancieel Recht, Personen En Familierecht, Verbintenissenrecht
Hoge Raad34x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:483 - Borgtocht ter afwending faillissement en de normale bedrijfsuitoefening (art. 1:88 BW)

ECLI:NL:HR:2020:48320 maart 2020Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Voor de uitzondering op het toestemmingsvereiste bij borgtocht (art. 1:88 lid 5 BW) moet worden getoetst of de specifieke rechtshandeling waarvoor de zekerheid wordt gegeven, zoals uitstel van betaling ter afwending van een faillissement, tot de normale bedrijfsuitoefening behoort, niet de oorspronkelijke onderliggende schuld.

Civiel RechtPersonen En Familierecht, Verbintenissenrecht, Ondernemingsrecht
Hoge Raad29x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:506 - Kwade Trouw bij Onverschuldigde Betaling: Subjectieve Kennis van Vernietiging Vereist

ECLI:NL:HR:2019:5065 april 2019Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak

Voor kwade trouw bij onverschuldigde betaling (art. 6:205 BW) is subjectieve kennis van de ontvanger vereist. Bij een vernietigbare overeenkomst betekent dit dat de ontvanger ten tijde van de betaling wist of vermoedde dat de vernietigingsbevoegdheid daadwerkelijk zou worden ingeroepen.

Civiel RechtVerbintenissenrecht, Financieel Recht, Personen En Familierecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad28x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:41

ECLI:NL:HR:2015:419 januari 2015Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak