Terug naar bibliotheek
Boek 1. Personen- en familierecht
Titel 14. Het gezag over minderjarige kinderen
Afdeling 6. Voogdij
§ 10. Het bewind van de voogd
Artikel 349

Artikel 349 (Voogd machtiging kantonrechter rechtsgeding)

Laatste versie

1. Een voogd die zonder machtiging van de kantonrechter voor de minderjarige als eiser in rechte optreedt of tegen een uitspraak beroep instelt, wordt niet-ontvankelijk verklaard.

2. De voogd mag niet zonder machtiging van de kantonrechter in een tegen de minderjarige ingestelde eis of in een gedane uitspraak berusten.

3. Hij kan, alvorens voor de minderjarige in rechte verweer te voeren of tegen een bij verstek gedane uitspraak verzet te doen, zich te zijner verantwoording doen machtigen door de kantonrechter.

Uitleg in duidelijke taal

1. Een voogd die zonder machtiging van de kantonrechter voor de minderjarige als eiser in rechte optreedt of tegen een uitspraak beroep instelt, wordt niet-ontvankelijk verklaard.

Dit betekent dat wanneer een voogd namens de minderjarige een rechtszaak begint (als eiser in rechte optreedt) of tegen een rechterlijke uitspraak in beroep gaat (beroep instelt), zonder hiervoor voorafgaande toestemming (machtiging) van de kantonrechter te hebben gekregen, de vordering of het beroep van de voogd door de rechter niet in behandeling zal worden genomen (wordt niet-ontvankelijk verklaard).

2. De voogd mag niet zonder machtiging van de kantonrechter in een tegen de minderjarige ingestelde eis of in een gedane uitspraak berusten.

Dit houdt in dat de voogd niet mag besluiten een eis die tegen de minderjarige is ingediend, of een uitspraak die tegen de minderjarige is gedaan, te accepteren (berusten) zonder daarvoor toestemming (machtiging) van de kantonrechter te hebben verkregen. Ook voor het niet voeren van verweer of het accepteren van een negatieve uitspraak is dus machtiging vereist.

3. Hij kan, alvorens voor de minderjarige in rechte verweer te voeren of tegen een bij verstek gedane uitspraak verzet te doen, zich te zijner verantwoording doen machtigen door de kantonrechter.

Dit stelt dat de voogd, voordat hij namens de minderjarige verdediging voert in een juridische procedure (in rechte verweer te voeren) of bezwaar maakt (verzet te doen) tegen een uitspraak die is gedaan zonder dat de minderjarige vertegenwoordigd was (bij verstek gedane uitspraak), ervoor kan kiezen om voor zijn eigen verantwoordelijkheid (te zijner verantwoording) toestemming (machtiging) te vragen aan de kantonrechter. Dit dient ter dekking van de voogd.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad29x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2007:AZ8210 - Hoge Raad - 29 maart 2007

ECLI:NL:HR:2007:AZ821029 maart 2007Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad26x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:905 - Enquêterecht: indirect aandeelhouderschap is niet zonder meer voldoende voor bevoegdheid - 10 april 2014

ECLI:NL:HR:2014:90510 april 2014Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat indirect aandeelhouderschap onvoldoende is om een enquêteverzoek te rechtvaardigen. Voor gelijkstelling met een aandeelhouder moet, op basis van alle feiten en omstandigheden, het eigen economisch belang van de kapitaalverschaffer van dien aard zijn dat het op één lijn gesteld kan worden.

Civiel RechtOndernemingsrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad15x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2018:147 - Anticiperende Toepassing Haags Volwassenenbeschermingsverdrag 2000 en Procesonbekwaamheid - 1 februari 2018

ECLI:NL:HR:2018:1471 februari 2018Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad aanvaardt anticiperende toepassing van het niet-geratificeerde Haags Volwassenenbeschermingsverdrag 2000. Een Spaanse 'tutela' wordt erkend en de vraag of voor het voeren van een procedure in Nederland rechterlijke machtiging nodig is, wordt beantwoord naar Nederlands recht (lex fori executionis).

Civiel RechtInternationaal Privaatrecht, Burgerlijk Procesrecht, Personen en Familierecht
Hoge Raad16x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:316 - Hoge Raad: reikwijdte enquêteonderzoek niet beperkt tot vastgestelde twijfel - 7 maart 2019

ECLI:NL:HR:2019:3167 maart 2019Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een enquêteonderzoek is niet beperkt tot de bezwaren waarvoor de rechter gegronde redenen voor twijfel heeft vastgesteld. De rechter mag de onderzoeker opdragen ook andere bezwaren te onderzoeken, mits deze voldoende samenhang vertonen met de oorspronkelijke bezwaren.

Civiel RechtOndernemingsrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:1239 - Procesonbekwaamheid na Spaanse tutela: machtiging tutor en opvolging door erfgenamen - 18 juli 2019

ECLI:NL:HR:2019:123918 juli 2019Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

Een Spaanse 'tutela' wordt gelijkgesteld aan Nederlandse curatele. De tutor heeft rechterlijke machtiging nodig om te procederen. Een hof is niet verplicht de tutor in de gelegenheid te stellen een dergelijke machtiging met terugwerkende kracht te verkrijgen voor een door de curandus zelf ingesteld hoger beroep.

Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht, Internationaal Privaatrecht, Erfrecht, Personen en Familierecht
Rechtbank Rotterdam

ECLI:NL:RBROT:2024:5014 - Rechtbank Rotterdam - 21 mei 2024

ECLI:NL:RBROT:2024:501421 mei 2024Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Amsterdam

ECLI:NL:RBAMS:2024:928 - Rechtbank Amsterdam - 19 februari 2024

ECLI:NL:RBAMS:2024:92819 februari 2024Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2006:AV6032 - Hoge Raad - 15 juni 2006

ECLI:NL:HR:2006:AV603215 juni 2006Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2024:18127 - Rechtbank Den Haag - 6 november 2024

ECLI:NL:RBDHA:2024:181276 november 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Midden-Nederland

ECLI:NL:RBMNE:2024:6119 - Rechtbank Midden-Nederland - 8 oktober 2024

ECLI:NL:RBMNE:2024:61198 oktober 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak