Artikel 169 (Bevoegdheid deelgenoot gebruik gemeenschappelijk goed)
Tenzij een regeling anders bepaalt, is iedere deelgenoot bevoegd tot het gebruik van een gemeenschappelijk goed, mits dit gebruik met het recht van de overige deelgenoten te verenigen is.
Uitleg in duidelijke taal
Tenzij een regeling anders bepaalt, is iedere deelgenoot bevoegd tot het gebruik van een gemeenschappelijk goed, mits dit gebruik met het recht van de overige deelgenoten te verenigen is.
Dit betekent letterlijk: tenzij een specifieke regeling anders bepaalt, heeft iedere deelgenoot de bevoegdheid om een gemeenschappelijk goed te gebruiken. Dit gebruik moet echter wel te verenigen zijn met het recht van de overige deelgenoten.
Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd
ECLI:NL:RBGEL:2025:5203 - Rechtbank Gelderland - 3 juli 2025
ECLI:NL:GHDHA:2025:1853 - Gerechtshof Den Haag - 23 juli 2025
ECLI:NL:RBOVE:2025:5697 - Vergoedingsrechten bij echtscheiding: de beleggingsleer en schatting naar redelijkheid en billijkheid - 23 september 2025
In een echtscheidingsprocedure beoordeelt de rechtbank alle vergoedingsrechten. Voor investeringen van vóór het huwelijk geldt de samenlevingsovereenkomst. Voor investeringen vanaf 1 januari 2012 past de rechtbank de beleggingsleer uit artikel 1:87 BW toe. Bij onvoldoende bewijs schat de rechtbank de omvang van de vergoeding naar redelijkheid en billijkheid.