Terug naar bibliotheek
Boek 1. Personen- en familierecht
Titel 6. Rechten en verplichtingen van echtgenoten
Artikel 86

Artikel 86 (Niet-aansprakelijkheid echtgenoot toekomstige verbintenissen andere echtgenoot)

Laatste versie

1. De rechtbank kan, wanneer daartoe gegronde redenen bestaan, op verzoek van een echtgenoot bepalen dat deze niet aansprakelijk zal zijn voor de door de andere echtgenoot in het vervolg aangegane verbintenissen als bedoeld in het vorige artikel.

2. Een overeenkomstig dit artikel gegeven rechterlijke beschikking kan bij veranderde omstandigheden op gelijke wijze als zij is tot stand gekomen, worden gewijzigd of opgeheven.

3. De beschikking kan aan derden die van haar bestaan onkundig waren, slechts worden tegengeworpen, indien zij ingeschreven was in het huwelijksgoederenregister, aangewezen in artikel 116 van dit boek, en na de inschrijving veertien dagen waren verlopen.

4. In de beschikking kan worden bepaald dat zij bovendien moet worden bekend gemaakt in een of meer door de rechter aangewezen dagbladen. In dat geval werkt de beschikking ten nadele van derden die daarvan onkundig waren, ook niet vóór deze bekendmaking.

Uitleg in duidelijke taal

1. De rechtbank kan, wanneer daartoe gegronde redenen bestaan, op verzoek van een echtgenoot bepalen dat deze niet aansprakelijk zal zijn voor de door de andere echtgenoot in het vervolg aangegane verbintenissen als bedoeld in het vorige artikel.

Dit lid houdt in dat de rechtbank, indien daarvoor gegronde redenen (valide of goed onderbouwde redenen) bestaan, op aanvraag (op verzoek) van een echtgenoot kan vaststellen (bepalen) dat deze echtgenoot niet aansprakelijk zal zijn. Deze niet-aansprakelijkheid geldt voor verbintenissen (juridische verplichtingen) die de andere echtgenoot in de toekomst (in het vervolg) aangaat, zoals deze verbintenissen zijn omschreven (bedoeld) in het direct voorgaande wetsartikel.

2. Een overeenkomstig dit artikel gegeven rechterlijke beschikking kan bij veranderde omstandigheden op gelijke wijze als zij is tot stand gekomen, worden gewijzigd of opgeheven.

Dit betekent dat een rechterlijke uitspraak (beschikking) die conform (overeenkomstig) dit artikel is gedaan, gewijzigd (veranderd) of ingetrokken (opgeheven) kan worden. Dit is mogelijk als de omstandigheden veranderen, en de wijziging of intrekking gebeurt dan op dezelfde manier (op gelijke wijze) als waarop de oorspronkelijke uitspraak is gemaakt (tot stand gekomen).

3. De beschikking kan aan derden die van haar bestaan onkundig waren, slechts worden tegengeworpen, indien zij ingeschreven was in het huwelijksgoederenregister, aangewezen in artikel 116 van dit boek, en na de inschrijving veertien dagen waren verlopen.

De rechterlijke uitspraak (beschikking) kan slechts worden ingeroepen (tegengeworpen) tegenover derden (personen die niet direct betrokken zijn) die niet op de hoogte waren (onkundig waren) van het bestaan ervan, als aan twee voorwaarden is voldaan. Ten eerste moet de beschikking ingeschreven zijn in het huwelijksgoederenregister, dat wordt genoemd (aangewezen) in artikel 116 van dit wetboek. Ten tweede moeten er na de datum van inschrijving veertien dagen zijn verstreken (verlopen).

4. In de beschikking kan worden bepaald dat zij bovendien moet worden bekend gemaakt in een of meer door de rechter aangewezen dagbladen. In dat geval werkt de beschikking ten nadele van derden die daarvan onkundig waren, ook niet vóór deze bekendmaking.

In de rechterlijke uitspraak (beschikking) kan worden opgenomen (bepaald) dat deze ook openbaar gemaakt (bekend gemaakt) moet worden in één of meer kranten (dagbladen) die de rechter daarvoor selecteert (aanwijst). Wanneer dit is bepaald, heeft de beschikking geen nadelige gevolgen (werkt niet ten nadele) voor derden die er niet van wisten (onkundig waren), totdat deze openbaarmaking (bekendmaking) heeft plaatsgevonden.