Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk III. – Administratieve behandeling van naturalisatieverzoeken
Paragraaf 1. Indiening van naturalisatieverzoeken – algemene bepalingen
Artikel 31

Artikel 31

Laatste versie

1. Bij de indiening van een naturalisatieverzoek verstrekt de verzoeker betreffende zichzelf, voorzoveel mogelijk, gegevens met betrekking tot:

a. geslachtsnaam en voornaam of voornamen, onderscheidenlijk naam of namen; b. geboortedatum, geboorteplaats en geboorteland; c. adres, postcode en woonplaats; d. geslacht; e. nationaliteit of nationaliteiten; f. tegenwoordige en, voorzoveel nodig, eerdere verblijfsrechtelijke status; g. duur van huidige toegelaten verblijf in het Koninkrijk en, indien van toepassing, duur van eerder toegelaten verblijf in het Koninkrijk; h. indien van toepassing, bestaan en duur van het huwelijk of geregistreerd partnerschap, dan wel ontbinding daarvan, alsmede ten aanzien van de echtgenoot of partner de gegevens bedoeld onder a tot en met e; i. geslachtsnaam en voornamen, plaats en datum van geboorte en van huwelijk van de ouders van de verzoeker; j. indien van toepassing, de kinderen tot wie hij in familierechtelijke betrekking staat; k. indien van toepassing, bestaan, duur en plaats van samenleving met een Nederlander; l. de overige gegevens die naar het oordeel van Onze Minister nodig zijn voor de beoordeling van het geval.

2. In zijn verzoek vermeldt de verzoeker de minderjarige kinderen en kindskinderen die hij in zijn naturalisatie wenst te betrekken. Hij verstrekt over hen, voorzoveel mogelijk, de gegevens genoemd in het eerste lid.

3. Betrekt de verzoeker in zijn verzoek mede een kind dat de leeftijd van zestien jaar heeft bereikt, dan is vereist dat het kind op de wijze bepaald in artikel 3 verklaart in te stemmen met de naturalisatie.

4. De verzoeker en ieder minderjarig kind dat de leeftijd van zestien jaar heeft bereikt legt een schriftelijke en ondertekende verklaring over dat de gevraagde gegevens naar waarheid zijn verstrekt en dat geen relevante gegevens zijn verzwegen. Behoudens in de gevallen waarin toelating niet is vereist, verklaart hij op dezelfde wijze dat in het kader van de verkrijging en het behoud van de verblijfsvergunning van hemzelf en de overige in het naturalisatieverzoek genoemde personen van 15 jaar of jonger de gevraagde gegevens naar waarheid zijn verstrekt en dat geen relevante gegevens zijn verzwegen.

5. De autoriteit die het naturalisatieverzoek in ontvangst neemt, alsook Onze Minister, kan verlangen dat de verzoeker de juistheid van de verstrekte gegevens bewijst door middel van zo nodig gelegaliseerde en eventueel inhoudelijk geverifieerde documenten. Hij kan tevens verlangen dat die aanvullende gegevens worden verstrekt indien dit naar zijn oordeel nodig is voor de beoordeling van het geval.

Gerelateerde rechtspraak

Raad van State13x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:RVS:2024:1597 - Raad van State - 16 april 2024

ECLI:NL:RVS:2024:159716 april 2024Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Gelderland3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:RBGEL:2024:2584 - Rechtbank Gelderland - 29 april 2024

ECLI:NL:RBGEL:2024:258429 april 2024Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State6x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:RVS:2023:4642 - Raad van State - 12 december 2023

ECLI:NL:RVS:2023:464212 december 2023Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Den Haag1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:RBDHA:2024:12378 - Rechtbank Den Haag - 23 juli 2024

ECLI:NL:RBDHA:2024:1237823 juli 2024Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:RVS:2024:2581 - Raad van State - 25 juni 2024

ECLI:NL:RVS:2024:258125 juni 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:RVS:2024:2923 - Raad van State - 16 juli 2024

ECLI:NL:RVS:2024:292316 juli 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Limburg

ECLI:NL:RBLIM:2024:2610 - Rechtbank Limburg - 21 mei 2024

ECLI:NL:RBLIM:2024:261021 mei 2024Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2024:9959 - Rechtbank Den Haag - 17 juni 2024

ECLI:NL:RBDHA:2024:995917 juni 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Limburg

ECLI:NL:RBLIM:2024:2608 - Rechtbank Limburg - 21 mei 2024

ECLI:NL:RBLIM:2024:260821 mei 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Midden-Nederland2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:RBMNE:2024:1968 - Rechtbank Midden-Nederland - 1 april 2024

ECLI:NL:RBMNE:2024:19681 april 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak