Terug naar bibliotheek
Beleidsregel registratie snelle motorbotenArtikel 7

Artikel 7

Laatste versie

1. Degene op wiens naam een snelle motorboot in het Register is ingeschreven of degene die na diens overlijden eigenaar van een snelle motorboot is geworden, is, ingeval hij ophoudt eigenaar te zijn van een snelle motorboot waarvoor de inschrijving gold, gehouden het registratiebewijs ter hand te stellen aan degene die eigenaar van een snelle motorboot is geworden.

2. Degene die eigenaar van een snelle motorboot is geworden is gehouden om zo spoedig mogelijk nadat hij eigenaar van een snelle motorboot is geworden bij een loket om een tenaamstelling te verzoeken van de snelle motorboot onder overlegging van het registratiebewijs en een bij de Dienst Wegverkeer vastgesteld legitimatiebewijs.

3. De Dienst Wegverkeer geeft aan degene die aan de verplichtingen van het tweede lid heeft voldaan een bevestiging van de aanvraag af. Het registratiebewijs ten behoeve van de nieuw geregistreerde eigenaar wordt toegezonden door de Dienst Wegverkeer. Ten behoeve van de vorige geregistreerde eigenaar geeft de Dienst Wegverkeer een bevestiging van uitschrijving af.

4. In afwijking van het derde lid houdt de Dienst Wegverkeer de beslissing op het verzoek, bedoeld in het tweede lid, aan indien daartoe naar het oordeel van deze dienst aanleiding bestaat. In dat geval wendt de aanvrager zich tot de Dienst Wegverkeer.