Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk VA. Belastingrente en revisierente
Artikel 30j

Artikel 30j

Laatste versie

1. De inspecteur stelt het bedrag van de belastingrente vast bij voor bezwaar vatbare beschikking. Met betrekking tot deze beschikking zijn de bepalingen in de belastingwet die gelden voor de belastingaanslag ter zake waarvan belastingrente wordt berekend, van overeenkomstige toepassing.

2. Het bedrag van de belastingrente wordt op het aanslagbiljet of op het afschrift van de uitspraak of bij de bekendmaking afzonderlijk vermeld. Ingeval de eerste volzin geen toepassing vindt, blijkt het bedrag van de belastingrente uit het afschrift van de beschikking.

3. Met betrekking tot de revisierente bedoeld in artikel 30i zijn het eerste en tweede lid van overeenkomstige toepassing.

4. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld voor de bij de berekening van belastingrente toe te passen afrondingen. Voorts kunnen regels worden gesteld met betrekking tot een doelmatige berekening van de belastingrente.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad94x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:89 - Rente op onrechtmatig geheven BPM: rechtsmiddelen en EU-doeltreffendheidstoets - 27 januari 2022

ECLI:NL:HR:2022:8927 januari 2022Dit wetsartikel wordt 11 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad verduidelijkt de rechtsmiddelen tegen een rentevergoeding op teruggegeven BPM en introduceert een nieuwe toets voor Unierechtelijke doeltreffendheid. De rentevergoeding is adequaat als deze ten minste gelijk is aan een berekening op basis van de bancaire rente op consumptief krediet.

BelastingrechtProcesrecht Belastingen, Motorrijtuigenbelasting
Internationaal PubliekrechtEuropees Recht
Hoge Raad24x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2012:BW5409 - Hoge Raad - 10 mei 2012

ECLI:NL:HR:2012:BW540910 mei 2012Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2012:BR4790 - Correctie te lage heffingsrente mogelijk via nadere beschikking - 19 januari 2012

ECLI:NL:HR:2012:BR479019 januari 2012Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat een te laag vastgestelde heffingsrente kan worden gecorrigeerd via een nadere beschikking. Op grond van artikel 30j, lid 1, AWR zijn de regels voor de correctie van de belastingaanslag van overeenkomstige toepassing op de correctie van de bijbehorende heffingsrentebeschikking.

Hoge Raad10x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2023:132 - Rentecompensatie bij Unierechtelijk strijdige BPM: objectieve maatstaf en bewijslast - 2 februari 2023

ECLI:NL:HR:2023:1322 februari 2023Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

Bij terugbetaling van Unierechtelijk strijdige BPM moet de rentevergoeding worden berekend naar een objectieve maatstaf: de DNB-rente op consumptief krediet. De belastingplichtige hoeft niet de hoogte van zijn individuele leenkosten te bewijzen; deze bewijslast rust niet op hem.

BelastingrechtMotorrijtuigenbelasting, Procesrecht Belastingen
BestuursrechtBestuursprocesrecht
Hoge Raad12x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2024:1427 - Ook geschil over belastingrente rechtvaardigt vergoeding immateriële schade bij termijnoverschrijding - 10 oktober 2024

ECLI:NL:HR:2024:142710 oktober 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat een belastingplichtige ook recht heeft op vergoeding van immateriële schade wegens overschrijding van de redelijke termijn in een procedure die uitsluitend een beschikking belastingrente betreft. Dergelijke procedures kunnen, net als geschillen over de belastingheffing zelf, spanning en frustratie veroorzaken.

BestuursrechtBestuursprocesrecht
BelastingrechtProcesrecht Belastingen
Hoge Raad6x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:482 - Een te laat vastgestelde heffingsrentebeschikking is een voor bezwaar vatbaar besluit - 24 maart 2016

ECLI:NL:HR:2016:48224 maart 2016Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

Een beschikking die heffingsrente vaststelt, ook als deze te laat wordt genomen, is een voor bezwaar vatbare beschikking in de zin van artikel 30j AWR. Het enkele feit dat de inspecteur bij een eerdere kennisgeving van teruggave geen beslissing over de heffingsrente nam, is onvoldoende.

Hoge Raad8x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2011:BP3080 - Keuzevrijheid inspecteur bij correctie voorlopige aanslag en de gevolgen voor heffingsrente - 29 september 2011

ECLI:NL:HR:2011:BP308029 september 2011Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De inspecteur heeft keuzevrijheid bij het corrigeren van een te hoge voorlopige aanslag, maar moet op grond van het evenredigheidsbeginsel (art. 3:4 Awb) de voor de belanghebbende meest gunstige methode qua rentevergoeding hanteren of het nadeel compenseren bij een latere beschikking heffingsrente.

BelastingrechtProcesrecht Belastingen, Inkomstenbelasting
BestuursrechtBestuursprocesrecht
Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:1457 - Wettelijke rente bij te laat vastgestelde heffingsrente door de inspecteur - 19 juni 2014

ECLI:NL:HR:2014:145719 juni 2014Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De inspecteur is wettelijke rente (art. 4:102 lid 2 Awb) verschuldigd als hij na bezwaar alsnog een beschikking heffingsrente vaststelt. De afwezigheid van een specifieke fiscale regeling voor dit verzuim maakt de algemene regeling uit de Awb van toepassing, ondanks andersluidende parlementaire geschiedenis.

BelastingrechtVennootschapsbelasting, Procesrecht Belastingen
BestuursrechtBestuursprocesrecht
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2024:2506 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 15 april 2024

ECLI:NL:RBZWB:2024:250615 april 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2024:435 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 24 januari 2024

ECLI:NL:RBZWB:2024:43524 januari 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak