Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 8. Bijzondere bepalingen over de wijze van procederen bij de bestuursrechter
Titel 8.2. Behandeling van het beroep in eerste aanleg
Afdeling 8.2.6. Uitspraak
Artikel 8:77

Artikel 8:77 (Inhoud en ondertekening schriftelijke uitspraak)

Laatste versie

1. De schriftelijke uitspraak vermeldt:

a. de namen van partijen en van hun vertegenwoordigers of gemachtigden, b. de gronden van de beslissing, c. de beslissing, d. de naam van de rechter of de namen van de rechters die de zaak heeft onderscheidenlijk hebben behandeld, e. de dag waarop de beslissing is uitgesproken, en f. door wie, binnen welke termijn en bij welke bestuursrechter welk rechtsmiddel kan worden aangewend.

2. Indien de uitspraak strekt tot gegrondverklaring van het beroep, wordt in de uitspraak vermeld welke geschreven of ongeschreven rechtsregel of welk algemeen rechtsbeginsel geschonden wordt geoordeeld.

3. De uitspraak wordt ondertekend door de voorzitter en de griffier. Bij verhindering van de voorzitter of de griffier wordt dit in de uitspraak vermeld.

Uitleg in duidelijke taal

1. De schriftelijke uitspraak vermeldt:

Dit betekent dat de schriftelijke uitspraak de volgende informatie moet bevatten:

a. de namen van partijen en van hun vertegenwoordigers of gemachtigden,

Dit houdt in dat de namen van de betrokken partijen en de namen van hun eventuele vertegenwoordigers of gemachtigden genoemd moeten worden.

b. de gronden van de beslissing,

Dit betekent dat de redenen die tot de beslissing hebben geleid, oftewel de motivering, moeten worden vermeld.

c. de beslissing,

Dit houdt in dat het uiteindelijke oordeel van de rechter duidelijk moet worden opgenomen.

d. de naam van de rechter of de namen van de rechters die de zaak heeft onderscheidenlijk hebben behandeld,

Dit betekent dat de naam van de rechter (indien één rechter de zaak heeft behandeld) of de namen van de rechters (indien meerdere rechters de zaak hebben behandeld) die de zaak hebben behandeld, moeten worden vermeld.

e. de dag waarop de beslissing is uitgesproken, en

Dit houdt in dat de datum waarop de rechter de beslissing officieel bekend heeft gemaakt (uitgesproken), moet worden genoemd.

f. door wie, binnen welke termijn en bij welke bestuursrechter welk rechtsmiddel kan worden aangewend.

Dit betekent dat in de uitspraak moet staan wie een rechtsmiddel (zoals hoger beroep) kan instellen, binnen welke periode (termijn) dit moet gebeuren, en bij welke bestuursrechter dit rechtsmiddel kan worden ingediend (aangewend).

2. Indien de uitspraak strekt tot gegrondverklaring van het beroep, wordt in de uitspraak vermeld welke geschreven of ongeschreven rechtsregel of welk algemeen rechtsbeginsel geschonden wordt geoordeeld.

Dit betekent dat als de rechterlijke uitspraak inhoudt dat het beroep gegrond wordt verklaard (de indiener van het beroep krijgt gelijk), dan moet in die uitspraak worden vermeld welke geschreven rechtsregel (bijvoorbeeld een wet), ongeschreven rechtsregel (bijvoorbeeld een norm uit de jurisprudentie) of welk algemeen rechtsbeginsel (een fundamenteel principe van recht) volgens het oordeel van de rechter geschonden is.

3. De uitspraak wordt ondertekend door de voorzitter en de griffier. Bij verhindering van de voorzitter of de griffier wordt dit in de uitspraak vermeld.

Dit betekent dat de voorzitter (de rechter die de zitting leidt) en de griffier (de juridisch secretaris van de rechtbank) de uitspraak moeten ondertekenen. Als de voorzitter of de griffier niet in staat is (verhinderd is) om te ondertekenen, moet dit feit in de uitspraak worden opgenomen.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad66x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:3270

ECLI:NL:HR:2015:327013 november 2015Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtInkomstenbelasting, Procesrecht Belastingen, Fiscaal Strafrecht
BestuursrechtBestuursprocesrecht
Hoge Raad36x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:224

ECLI:NL:HR:2014:2247 februari 2014Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtVennootschapsbelasting, Procesrecht Belastingen
Hoge Raad24x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2012:BV2583

ECLI:NL:HR:2012:BV25833 februari 2012Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad21x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:82

ECLI:NL:HR:2016:8222 januari 2016Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad20x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2009:BJ5125

ECLI:NL:HR:2009:BJ512514 augustus 2009Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad10x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2012:BW9850

ECLI:NL:HR:2012:BW985029 juni 2012Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad9x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:1458

ECLI:NL:HR:2014:145820 juni 2014Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad8x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:842

ECLI:NL:HR:2014:84211 april 2014Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:3295

ECLI:NL:HR:2015:329513 november 2015Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2024:741 - Hoge Raad: Inrichting E-archief Rechtspraak voldoet niet aan privacyeisen AVG

ECLI:NL:HR:2024:74124 mei 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat de inrichting van het E-archief van de Rechtspraak niet volledig voldoet aan de AVG. Met name de te brede toegang per rechtsgebied en het ontbreken van duidelijke autorisatiecriteria schenden de beginselen van dataminimalisatie, proportionaliteit en subsidiariteit.

Civiel RechtInformatierecht
Internationaal PubliekrechtEuropees Recht