Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 5. Handhaving
Titel 5.3. Herstelsancties
Afdeling 5.3.2. Last onder dwangsom
Artikel 5:34

Artikel 5:34 (Opheffen of aanpassen last onder dwangsom)

Laatste versie

1. Het bestuursorgaan dat een last onder dwangsom heeft opgelegd, kan op verzoek van de overtreder de last opheffen, de looptijd ervan opschorten voor een bepaalde termijn of de dwangsom verminderen ingeval van blijvende of tijdelijke gehele of gedeeltelijk onmogelijkheid voor de overtreder om aan zijn verplichtingen te voldoen.

2. Het bestuursorgaan dat een last onder dwangsom heeft opgelegd, kan op verzoek van de overtreder de last opheffen indien de beschikking een jaar van kracht is geweest zonder dat de dwangsom is verbeurd.

Uitleg in duidelijke taal

1. Het bestuursorgaan dat een last onder dwangsom heeft opgelegd, kan op verzoek van de overtreder de last opheffen, de looptijd ervan opschorten voor een bepaalde termijn of de dwangsom verminderen ingeval van blijvende of tijdelijke gehele of gedeeltelijk onmogelijkheid voor de overtreder om aan zijn verplichtingen te voldoen.

Dit lid stelt dat het bestuursorgaan dat een last onder dwangsom heeft opgelegd, de bevoegdheid heeft om, op verzoek van de overtreder, de last op te heffen, de looptijd ervan voor een bepaalde termijn op te schorten, of de dwangsom te verminderen. Dit kan gebeuren ingeval van blijvende of tijdelijke gehele of gedeeltelijke onmogelijkheid voor de overtreder om aan zijn verplichtingen te voldoen.

2. Het bestuursorgaan dat een last onder dwangsom heeft opgelegd, kan op verzoek van de overtreder de last opheffen indien de beschikking een jaar van kracht is geweest zonder dat de dwangsom is verbeurd.

Dit lid bepaalt dat het bestuursorgaan dat een last onder dwangsom heeft opgelegd, de bevoegdheid heeft om, op verzoek van de overtreder, de last op te heffen. Dit is mogelijk indien de beschikking (waarmee de last is opgelegd) een jaar van kracht is geweest zonder dat de dwangsom is verbeurd (verschuldigd is geworden).

Gerelateerde rechtspraak

Rechtbank Noord-Nederland1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:RBNNE:2024:1433 - Rechtbank Noord-Nederland - 16 april 2024

ECLI:NL:RBNNE:2024:143316 april 2024Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2023:4843 - Raad van State - 26 december 2023

ECLI:NL:RVS:2023:484326 december 2023Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:RVS:2024:2707 - Raad van State - 2 juli 2024

ECLI:NL:RVS:2024:27072 juli 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Overijssel

ECLI:NL:RBOVE:2024:5285 - Rechtbank Overijssel - 14 oktober 2024

ECLI:NL:RBOVE:2024:528514 oktober 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2024:3667 - Raad van State - 10 september 2024

ECLI:NL:RVS:2024:366710 september 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Limburg

ECLI:NL:RBLIM:2024:4753 - Rechtbank Limburg - 22 juli 2024

ECLI:NL:RBLIM:2024:475322 juli 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2024:2418 - Raad van State - 11 juni 2024

ECLI:NL:RVS:2024:241811 juni 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2024:379 - Raad van State - 30 januari 2024

ECLI:NL:RVS:2024:37930 januari 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
College van Beroep voor het bedrijfsleven

ECLI:NL:CBB:2023:731 - College van Beroep voor het bedrijfsleven - 18 december 2023

ECLI:NL:CBB:2023:73118 december 2023Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
College van Beroep voor het bedrijfsleven

ECLI:NL:CBB:2023:733 - College van Beroep voor het bedrijfsleven - 18 december 2023

ECLI:NL:CBB:2023:73318 december 2023Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak