Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 5. Handhaving
Titel 5.3. Herstelsancties
Afdeling 5.3.1. Last onder bestuursdwang
Artikel 5:31c

Artikel 5:31c (Reikwijdte rechtsmiddelen last, toepassing, kosten)

Laatste versie

1. Het bezwaar, beroep of hoger beroep tegen de last onder bestuursdwang heeft mede betrekking op een beschikking die strekt tot toepassing van bestuursdwang of op een beschikking tot vaststelling van de kosten van de bestuursdwang, voor zover de belanghebbende deze beschikking betwist.

2. De bestuursrechter kan de beslissing op het beroep of hoger beroep inzake de beschikking tot toepassing van bestuursdwang of de beschikking tot vaststelling van de kosten echter verwijzen naar een ander orgaan, indien behandeling door dit orgaan gewenst is.

3. In beroep of hoger beroep legt de belanghebbende zo mogelijk een afschrift over van de beschikking die hij betwist.

4. Het eerste tot en met het derde lid zijn van overeenkomstige toepassing op een verzoek om voorlopige voorziening.

Uitleg in duidelijke taal

1. Het bezwaar, beroep of hoger beroep tegen de last onder bestuursdwang heeft mede betrekking op een beschikking die strekt tot toepassing van bestuursdwang of op een beschikking tot vaststelling van de kosten van de bestuursdwang, voor zover de belanghebbende deze beschikking betwist.

Dit betekent dat als een belanghebbende bezwaar indient, in beroep gaat, of in hoger beroep gaat tegen een last onder bestuursdwang, deze juridische procedure automatisch ook gaat over (oftewel: mede betrekking heeft op) een aparte beschikking die strekt tot toepassing van bestuursdwang (dus de daadwerkelijke uitvoering) óf over een aparte beschikking tot vaststelling van de kosten van de bestuursdwang. Dit geldt echter alleen voor zover de belanghebbende die specifieke beschikking (over toepassing of kosten) ook daadwerkelijk aanvecht (betwist).

2. De bestuursrechter kan de beslissing op het beroep of hoger beroep inzake de beschikking tot toepassing van bestuursdwang of de beschikking tot vaststelling van de kosten echter verwijzen naar een ander orgaan, indien behandeling door dit orgaan gewenst is.

Dit betekent dat de bestuursrechter de mogelijkheid heeft om de beslissing op het beroep of hoger beroep – specifiek als dat gaat over de beschikking tot toepassing van bestuursdwang of de beschikking tot vaststelling van de kosten – niet zelf te nemen, maar echter deze te verwijzen naar een ander orgaan. Dit mag de rechter doen indien behandeling door dit andere orgaan gewenst is.

3. In beroep of hoger beroep legt de belanghebbende zo mogelijk een afschrift over van de beschikking die hij betwist.

Dit houdt in dat de belanghebbende, wanneer deze in beroep of hoger beroep gaat, zo mogelijk (dus als het kan) een kopie (afschrift) moet overleggen van de beschikking die hij betwist (de beslissing waar hij het niet mee eens is).

4. Het eerste tot en met het derde lid zijn van overeenkomstige toepassing op een verzoek om voorlopige voorziening.

Dit betekent dat de regels zoals beschreven in het eerste tot en met het derde lid van dit artikel op een vergelijkbare manier (van overeenkomstige toepassing zijn) gelden wanneer iemand een verzoek om voorlopige voorziening indient.

Gerelateerde rechtspraak

College van Beroep voor het bedrijfsleven

ECLI:NL:CBB:2024:475 - College van Beroep voor het bedrijfsleven - 15 juli 2024

ECLI:NL:CBB:2024:47515 juli 2024Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
College van Beroep voor het bedrijfsleven

ECLI:NL:CBB:2024:478 - College van Beroep voor het bedrijfsleven - 15 juli 2024

ECLI:NL:CBB:2024:47815 juli 2024Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2024:2149 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 2 april 2024

ECLI:NL:RBZWB:2024:21492 april 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
College van Beroep voor het bedrijfsleven1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:CBB:2024:546 - College van Beroep voor het bedrijfsleven - 5 augustus 2024

ECLI:NL:CBB:2024:5465 augustus 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:RVS:2024:2916 - Raad van State - 16 juli 2024

ECLI:NL:RVS:2024:291616 juli 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
College van Beroep voor het bedrijfsleven

ECLI:NL:CBB:2024:758 - College van Beroep voor het bedrijfsleven - 28 oktober 2024

ECLI:NL:CBB:2024:75828 oktober 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
College van Beroep voor het bedrijfsleven

ECLI:NL:CBB:2024:751 - College van Beroep voor het bedrijfsleven - 28 oktober 2024

ECLI:NL:CBB:2024:75128 oktober 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
College van Beroep voor het bedrijfsleven

ECLI:NL:CBB:2024:666 - College van Beroep voor het bedrijfsleven - 30 september 2024

ECLI:NL:CBB:2024:66630 september 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Amsterdam

ECLI:NL:RBAMS:2024:5938 - Rechtbank Amsterdam - 24 september 2024

ECLI:NL:RBAMS:2024:593824 september 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Limburg

ECLI:NL:RBLIM:2024:4761 - Rechtbank Limburg - 22 juli 2024

ECLI:NL:RBLIM:2024:476122 juli 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak