Algemene wet bestuursrecht

1. Voor zover de toepassing van bestuursdwang dit vergt, kan het bestuursorgaan zaken meevoeren en opslaan.

Dit lid bepaalt dat als de toepassing van bestuursdwang het noodzakelijk maakt (vergt), het bestuursorgaan bevoegd is om zaken mee te nemen (meevoeren) en op te slaan (opslaan).

2. Het bestuursorgaan doet van het meevoeren en opslaan proces-verbaal opmaken. Een afschrift van het proces-verbaal wordt verstrekt aan degene die de zaken onder zijn beheer had.

Dit lid stelt dat het bestuursorgaan een officieel verslag (proces-verbaal) moet laten opmaken van het meevoeren en opslaan van de zaken. Een kopie (afschrift) van het proces-verbaal wordt gegeven (verstrekt) aan de persoon die de zaken onder zijn controle (beheer) had.

3. Het bestuursorgaan draagt zorg voor de bewaring van de opgeslagen zaken en geeft deze zaken terug aan de rechthebbende.

Dit lid legt vast dat het bestuursorgaan verantwoordelijk is voor het bewaren (bewaring) van de opgeslagen zaken en deze zaken moet teruggeven aan de persoon die er recht op heeft (de rechthebbende).

4. Het bestuursorgaan kan de teruggave opschorten totdat de ingevolge artikel 5:25 verschuldigde kosten zijn voldaan.

Dit lid geeft het bestuursorgaan de mogelijkheid om de teruggave van de zaken uit te stellen (opschorten) totdat de ingevolge artikel 5:25 verschuldigde kosten betaald (voldaan) zijn.

5. Indien de rechthebbende niet tevens de overtreder is, kan het bestuursorgaan de teruggave opschorten totdat de kosten van bewaring zijn voldaan.

Dit lid bepaalt dat als de rechthebbende niet ook (tevens) de overtreder is, het bestuursorgaan de teruggave kan uitstellen (opschorten) totdat de kosten van bewaring betaald (voldaan) zijn.