Algemene wet bestuursrecht

1. De betaling geschiedt binnen zes weken nadat de beschikking op de voorgeschreven wijze is bekendgemaakt, tenzij de beschikking een later tijdstip vermeldt.

Dit lid bepaalt dat de betaling moet plaatsvinden (geschiedt) binnen een termijn van zes weken. Deze termijn start nadat de beschikking (het besluit) op de correcte (voorgeschreven) wijze openbaar is gemaakt (bekendgemaakt). Een uitzondering hierop is als de beschikking zelf een andere, latere betalingsdatum (tijdstip) aangeeft.

2. Bij of krachtens wettelijk voorschrift kan een andere termijn voor de betaling worden vastgesteld.

Dit lid stelt dat er door middel van een wettelijk voorschrift, of op basis van (krachtens) een wettelijk voorschrift, een afwijkende termijn voor de betaling kan worden bepaald (vastgesteld).