Artikel 4:49 (Intrekking wijziging subsidievaststelling gronden termijnen)
1. Het bestuursorgaan kan de subsidievaststelling intrekken of ten nadele van de ontvanger wijzigen:
- op grond van feiten of omstandigheden waarvan het bij de subsidievaststelling redelijkerwijs niet op de hoogte kon zijn en op grond waarvan de subsidie lager dan overeenkomstig de subsidieverlening zou zijn vastgesteld;
- indien de subsidievaststelling onjuist was en de subsidie-ontvanger dit wist of behoorde te weten, of
- indien de subsidie-ontvanger na de subsidievaststelling niet heeft voldaan aan aan de subsidie verbonden verplichtingen.
2. De intrekking of wijziging werkt terug tot en met het tijdstip waarop de subsidie is vastgesteld, tenzij bij de intrekking of wijziging anders is bepaald.
3. De subsidievaststelling kan niet meer worden ingetrokken of ten nadele van de ontvanger worden gewijzigd indien vijf jaren zijn verstreken sedert de dag waarop zij is bekendgemaakt dan wel, in het geval, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, sedert de dag waarop de handeling in strijd met de verplichting is verricht of de dag waarop aan de verplichting had moeten zijn voldaan.
Uitleg in duidelijke taal
1. Het bestuursorgaan kan de subsidievaststelling intrekken of ten nadele van de ontvanger wijzigen:
Dit lid geeft aan dat het bestuursorgaan de bevoegdheid heeft om een eerder genomen besluit tot subsidievaststelling in te trekken, of te wijzigen op een manier die nadelig is voor de subsidie-ontvanger, onder de volgende voorwaarden:
- op grond van feiten of omstandigheden waarvan het bij de subsidievaststelling redelijkerwijs niet op de hoogte kon zijn en op grond waarvan de subsidie lager dan overeenkomstig de subsidieverlening zou zijn vastgesteld;
Dit betekent dat intrekking of wijziging mogelijk is als deze gebaseerd is op feiten of omstandigheden die het bestuursorgaan redelijkerwijs niet kende op het moment van de subsidievaststelling. Bovendien moeten deze feiten of omstandigheden zodanig zijn dat, als ze wel bekend waren geweest, de subsidie lager zou zijn vastgesteld dan oorspronkelijk was toegekend overeenkomstig de subsidieverlening.
- indien de subsidievaststelling onjuist was en de subsidie-ontvanger dit wist of behoorde te weten, of
Dit houdt in dat intrekking of wijziging ook kan plaatsvinden als de oorspronkelijke subsidievaststelling onjuist was, én de subsidie-ontvanger wist of behoorde te weten dat deze onjuist was.
- indien de subsidie-ontvanger na de subsidievaststelling niet heeft voldaan aan aan de subsidie verbonden verplichtingen.
Ten slotte kan het bestuursorgaan de subsidievaststelling intrekken of wijzigen als de subsidie-ontvanger, na de subsidievaststelling, niet heeft voldaan aan de verplichtingen die aan de subsidie verbonden waren.
2. De intrekking of wijziging werkt terug tot en met het tijdstip waarop de subsidie is vastgesteld, tenzij bij de intrekking of wijziging anders is bepaald.
Dit lid stelt dat een intrekking of wijziging van de subsidievaststelling in principe met terugwerkende kracht geldt, namelijk vanaf het tijdstip waarop de subsidie is vastgesteld. Een uitzondering hierop is mogelijk als bij de intrekking of wijziging expliciet anders is bepaald.
3. De subsidievaststelling kan niet meer worden ingetrokken of ten nadele van de ontvanger worden gewijzigd indien vijf jaren zijn verstreken sedert de dag waarop zij is bekendgemaakt dan wel, in het geval, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, sedert de dag waarop de handeling in strijd met de verplichting is verricht of de dag waarop aan de verplichting had moeten zijn voldaan.
Dit lid stelt dat de subsidievaststelling niet meer kan worden ingetrokken of ten nadele van de ontvanger kan worden gewijzigd indien vijf jaren zijn verstreken sedert de dag waarop zij is bekendgemaakt. Een uitzondering geldt voor de situatie bedoeld in het eerste lid, onderdeel c: in dat geval begint de termijn van vijf jaren te lopen sedert de dag waarop de handeling in strijd met de verplichting is verricht of de dag waarop aan de verplichting had moeten zijn voldaan.