Uitspraak inhoud

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Bestuursrecht

zaaknummer: BRE 25/4370

uitspraak van de voorzieningenrechter van 2 oktober 2025 in de zaak tussen

**1. [verzoeker 1]**uit [plaats],

2. [verzoeker 2] uit [plaats],

3. [verzoeker 3] uit [plaats],

**4. [verzoeker 4]**uit [plaats],

tezamen: verzoekers

en

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Loon op Zand, het college.

Inleiding

  1. In deze uitspraak beoordeelt de voorzieningenrechter het verzoek van verzoekers om teruggave van het door hen betaalde griffierecht. Verzoekers hebben dit verzoek gedaan bij de intrekking van hun verzoek tegen het besluit van het college van 21 augustus 2025. Verzoekers hadden bezwaar gemaakt tegen het besluit van 21 augustus 2025.

1.1. Zij hebben het verzoek ingetrokken omdat de gemeente Loon op Zand (vergunninghouder) heeft laten weten geen gebruik te maken van de vergunning totdat op het bezwaar is beslist.

1.2. De voorzieningenrechter heeft het college in de gelegenheid gesteld te reageren op dat verzoek. Het college heeft hierop niet gereageerd.

1.3. De voorzieningenrechter doet zonder zitting uitspraak op het verzoek om proceskostenveroordeling.[1]

Beoordeling door de voorzieningenrechter

  1. De voorzieningenrechter wijst het verzoek toe. Hij legt hierna uit hoe hij tot dit oordeel is gekomen.

2.1. Op grond van artikel 8:82, vierde lid, onder b, van de van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) betaald de griffier het griffierecht terug indien het verzoek wordt ingetrokken omdat de belanghebbende tot wie het bestreden besluit is gericht, aan de voorzieningenrechter schriftelijk heeft medegedeeld de gevraagde voorlopige maatregelen te zullen nemen.

2.2. Omdat de vergunninghouder heeft toegezegd geen gebruik te maken van de vergunning totdat op het bezwaar is beslist, betaald de griffier het griffierecht aan verzoekers terug.

Conclusie en gevolgen

  1. De griffier betaalt het griffierecht aan verzoekers terug, omdat de vergunninghouder heeft toegezegd geen gebruik te maken van de vergunning totdat op het bezwaar is beslist.

Beslissing

De griffier betaalt het griffierecht aan verzoekers terug.

Deze uitspraak is gedaan door mr. R.P. Broeders, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. T.A.A. van Hooijdonk, griffier, op 2 oktober 2025 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.

Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Met toepassing van 8:84, vijfde lid, in samenhang met artikel 8:75a en artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).


Voetnoten

Met toepassing van 8:84, vijfde lid, in samenhang met artikel 8:75a en artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).