Terug naar bibliotheek
Rechtbank Rotterdam

ECLI:NL:RBROT:2025:12193 - Rechtbank Rotterdam - 10 oktober 2025

Uitspraak

ECLI:NL:RBROT:2025:1219310 oktober 2025

Rechtsgebieden

Civiel RechtVerzekeringsrecht

Uitspraak inhoud

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11707936 CV EXPL 25-12077
datum uitspraak: 10 oktober 2025
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
Achmea Schadeverzekeringen N.V., handelend onder de naam FBTO,
vestigingsplaats: Apeldoorn,
eiseres,
gemachtigde: Syncasso Gerechtsdeurwaarders,
tegen
[gedaagde],
woonplaats: Rotterdam,
gedaagde,
die zelf procedeert.
De partijen worden hierna 'FBTO' en ' [gedaagde] ' genoemd.

1 De procedure

1.1. Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
1.2. [gedaagde] is in de gelegenheid gesteld om te reageren op de conclusie van repliek van FBTO op de rolzitting van 14 augustus 2025. Hij heeft dit niet meer gedaan. De kantonrechter heeft vervolgens vonnis bepaald.

2 De beoordeling

Waar gaat de zaak over?
2.1. [gedaagde] heeft een autoschadeverzekering afgesloten bij FBTO. [gedaagde] heeft op 17 december 2022 tijdens het autorijden een lantaarnpaal geraakt. Hierdoor heeft de gemeente Vlaardingen schade geleden van in totaal € 1.760,13. FBTO heeft het schadebedrag op 7 september 2023 uitbetaald aan de gemeente. FBTO vindt echter dat de verzekering geen dekking biedt voor deze schade, omdat [gedaagde] na het ongeval is weggereden en omdat hij de schade niet tijdig na het ongeval heeft gemeld. Zij heeft [gedaagde] meerdere keren gevraagd een schadeformulier in te vullen. [gedaagde] heeft pas op 26 september 2023 en 5 oktober 2023 een schadeformulier ingediend en informatie gedeeld over het ongeval. In deze procedure eist FBTO dat [gedaagde] het schadebedrag moet betalen aan FBTO, met rente en kosten.
2.2. [gedaagde] is het niet eens met de vordering. Hij heeft uiteindelijk een schadeformulier ingevuld en FBTO heeft tegen hem gezegd dat dan alles zou worden rechtgetrokken
De eis van FBTO wordt afgewezen
2.3. FBTO stelt dat de verzekering geen dekking biedt en doet een beroep op de volgende polisvoorwaarden (AV-03-211 en PAV-RV-82-221):
'7. Wanneer is schade niet verzekerd?
(…)
U of een verzekerde houdt zich niet aan deze voorwaarden.
En dit is voor ons nadelig.

13 Wanneer is schade niet verzekerd?

De bestuurder verlaat de plaats van het ongeval.
En wij zijn hierdoor in onze belangen geschaad.

15 Wanneer meldt u schade?

Zo snel mogelijk.
Het telefoonnummer staat op uw groene kaart en op de website.'
2.4. FBTO heeft niet gesteld dat zij nadeel heeft geleden doordat [gedaagde] de schade niet zo snel mogelijk heeft gemeld en evenmin dat zij in haar belangen is geschaad doordat [gedaagde] de plaats van het ongeval heeft verlaten. Uit de stellingen van FBTO kan daarom niet de conclusie worden getrokken dat de verzekering geen dekking biedt. Dit betekent dat haar eis wordt afgewezen.
FBTO moet de proceskosten betalen
2.5. De proceskosten komen voor rekening van FBTO, omdat zij ongelijk krijgt (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot de kosten die FBTO aan [gedaagde] moet betalen op nihil, omdat hij zonder gemachtigde procedeert.

3 De beslissing

De kantonrechter:
3.1. wijst de eis van FBTO af;
3.2. veroordeelt FBTO in de proceskosten, die aan de kant van [gedaagde] worden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Fiege en in het openbaar uitgesproken.
64363