ECLI:NL:RBROT:2025:11377 - Rechtbank Rotterdam - 18 juli 2025
Uitspraak
Rechtsgebieden
Uitspraak inhoud
locatie Rotterdam
zaaknummer: 11686353 CV EXPL 25-10843
datum uitspraak: 18 juli 2025
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
Stedin Netbeheer B.V., vestigingsplaats: Rotterdam, eiseres, gemachtigde: Bosveld Incasso en Gerechtsdeurwaarders,
tegen
1. [gedaagde 1] ,
te Rotterdam en 2. [gedaagde 2] , te Rotterdam**,** gedaagden, die niet in de procedure zijn verschenen.
De partijen worden hierna ‘Stedin’ en ‘ [gedaagde 1] c.s.’ genoemd.
1 De procedure
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
2 De beoordeling
De dagvaarding is nietig
2.1. Uit de inleidende dagvaarding blijkt niet wanneer de dagvaarding aan gedaagden is betekend. Stedin is er bij rolbeslissing van 22 mei 2025 op gewezen dat aan de dagvaarding dit gebrek kleeft. Dit is een gebrek dat volgens de artikelen 45 lid 3 sub a en 65 Rv met nietigheid wordt bedreigd. Op grond van artikel 121 lid 1 Rv kan bij een gebleken gebrek dat nietigheid meebrengt - zoals hier -, geen verstek worden verleend. Op grond van artikel 121 lid 2 heeft de kantonrechter in dit geval een nieuwe roldatum bepaald en Stedin bevolen dat [gedaagde 1] c.s. worden aangezegd, met herstel van dat gebrek.
2.2. Hoewel Stedin die gelegenheid is geboden, heeft zij het gebrek niet hersteld. [gedaagde 1] c.s. zijn ook niet in de procedure verschenen. Dat betekent dat de dagvaarding nietig wordt verklaard.
Stedin moet de proceskosten betalen
2.3. Omdat de dagvaarding nietig is krijgt Stedin ongelijk en moet zij de proceskosten van [gedaagde 1] c.s. betalen. De kantonrechter begroot deze proceskosten op nihil.
3 De beslissing
De kantonrechter:
3.1. verklaart de dagvaarding nietig;
3.2. veroordeelt Stedin in de proceskosten, die aan de kant van [gedaagde 1] c.s. worden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.A. Vriezen en in het openbaar uitgesproken. 62574