ECLI:NL:RBDHA:2024:9127 - Rechtbank Den Haag - 10 juni 2024
Uitspraak
Genoemde wetsartikelen
Uitspraak inhoud
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.37467
[eiser] , eiser
V-nummer: [v-nummer] (gemachtigde: mr. L.M. Weber),
en
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
(gemachtigde: mr. G. Wischhoff).
Inleiding
1. In deze uitspraak oordeelt de rechtbank over het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag.
1.1 Eiser heeft op 8 augustus 2021 een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd ingediend.
1.2 Verweerder heeft met het bestreden besluit van 1 november 2023 deze aanvraag in de verlengde procedure afgewezen als ongegrond.
1.3 Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
1.4 Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
1.5 Het beroep is op 28 mei 2024 op zitting behandeld. Eiser is verschenen met zijn gemachtigde. Als tolk is verschenen B.J. Kane. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Beoordeling door de rechtbank
Waar gaat deze zaak over?
2. Eiser stelt de Gambiaanse nationaliteit te hebben en te zijn geboren op [geboortedatum 1] 1998. Een eerdere asielaanvraag van eiser is niet in behandeling genomen omdat Italië ervoor verantwoordelijk zou zijn. Dit besluit staat in rechte vast. Omdat eiser niet tijdig aan Italië is overgedragen is hij opgenomen in de nationale procedure. Eiser heeft aan zijn asielaanvraag het volgende ten grondslag gelegd. Eiser stelt drie jaar op de basisschool te hebben gezeten, om vervolgens na het overlijden van zijn vader naar de Koranschool te zijn gestuurd. Toen eiser daarna terugkeerde naar de compound waar zijn vader leefde, was het vermogen van zijn vader verdeeld onder de broers en zussen van eisers vader. Toen eiser probeerde aanspraak te maken op zijn deel van de erfenis, werd hij mishandeld en ontvoerd door deze familieleden en opgepakt door de politie. Eiser heeft zich enige tijd schuilgehouden bij een christelijke vriend en is vervolgens het land uit gevlucht.
Wat heeft verweerder besloten?
3. Het asielrelaas van eiser bevat volgens verweerder de volgende relevante elementen:
3.1 Verweerder heeft de herkomst en nationaliteit van eiser geloofwaardig geacht. Eisers gestelde identiteit, voor zover deze ziet op de leeftijd van eiser, heeft verweerder ongeloofwaardig geacht in die zin dat verweerder weliswaar de in Italië geregistreerde gegevens van eiser overneemt, maar dat eiser onder een alias blijft geregistreerd. Verweerder heeft de problemen met familie over erfenis van vader eveneens niet geloofwaardig geacht. Verweerder heeft daarbij betrokken dat eiser op verschillende punten tegenstrijdige verklaringen heeft afgelegd.
Wat vindt eiser in beroep?
4. Eiser is het niet eens met het bestreden besluit en voert aan dat er onterecht een alias aan hem gekoppeld wordt, nu hij al in Italië aangegeven heeft te zijn geboren op [geboortedatum 1] 1998. Daarnaast heeft verweerder onvoldoende rekening gehouden met eisers referentiekader, waaronder ook zijn culturele achtergrond en ontwikkeling valt. Eiser is kwetsbaar, in het dossier bevindt zich een calamiteitenmelding. Eiser verzoekt de rechtbank op grond van artikel 8:47 van de Awb
Wat is het oordeel van de rechtbank?
Afwending van de islam
5.1 De rechtbank stelt vast dat eiser in beroep voor het eerst aanvoert dat hij zich heeft afgewend van de islam. De rechtbank moet op grond van artikel 83, eerste en derde lid van de Vw
5.2 De rechtbank oordeelt, dit toetsingskader in acht nemend, dat de door eiser gestelde afwending van de islam in deze procedure niet hoeft te worden betrokken omdat dit in deze procedure niet naar behoren onderzocht kan worden en tot een ontoelaatbare vertraging zou leiden. Eiser moet immers opnieuw worden gehoord en er zal een aanvullend besluit moeten worden genomen. Daarbij komt dat partijen ter zitting ook hebben aangegeven dat het nieuwe asielmotief niet in deze procedure hoeft te worden betrokken. Als eiser vindt dat hij in aanmerking komt voor een asielvergunning op grond van zijn gestelde afvalligheid kan hij daartoe een nieuwe asielaanvraag indienen.
Deskundigenonderzoek
6. Eiser verzoekt de rechtbank op grond van artikel 8:47 van de Awb een deskundige te benoemen. Ter zitting heeft eiser toegelicht dat hiervoor twee redenen zijn. Ten eerste omdat eisers mentale capaciteiten van invloed kunnen zijn geweest op zijn verklaringen en ten tweede omdat eiser littekens heeft die het gevolg zijn van de door hem gestelde mishandeling.
Mentale gesteldheid
7. De rechtbank overweegt als volgt ten aanzien van het verzoek tot een deskundigenonderzoek naar de mentale capaciteiten van eiser. In het advies van Medifirst van 19 april 2021 staat dat eiser analfabeet is, wat volgens het advies geen beperking bij het horen en beslissen is. De rechtbank is van oordeel dat uit het verslag van het nader gehoor blijkt dat het zorgvuldig heeft plaatsgevonden. Zo heeft de hoormedewerker bij eiser geïnformeerd of er klachten zijn waar rekening mee kan worden gehouden en zijn extra pauzes aangeboden.
Identiteit, voor zover deze ziet op de leeftijd van eiser
8. De rechtbank is van oordeel dat verweerder de identiteit, voor zover deze ziet op de leeftijd van eiser, niet ten onrechte ongeloofwaardig heeft geacht in die zin dat verweerder weliswaar de in Italië geregistreerde gegevens van eiser overneemt, maar dat eiser onder een alias blijft geregistreerd.
8.1 Verweerder heeft eiser mogen tegenwerpen dat hij niet helder en consistent over zijn geboortedatum heeft verklaard. Eiser heeft bij zijn eerdere asielaanvraag gesteld dat zijn geboortedatum [geboortedatum 2] 1987 is
8.2 De rechtbank gaat mee in de stelling van verweerder dat van eiser verwacht mag worden dat hij ondanks zijn analfabetisme helder en consistent over zijn eigen leeftijd en over het wel of niet hebben van identificerende documenten kan verklaren. Dat in de correcties en aanvullingen een verschrijving heeft plaatsgevonden en dat daar niet 1988 maar 1998 had moeten staan, doet daar niet aan af. Dit verklaart immers nog altijd niet waarom eiser bij zijn eerdere asielaanvraag op 16 oktober 2020 heeft verklaard dat zijn geboortedatum [geboortedatum 2] 1987 is en dat hij dit in het aanmeldgehoor van 12 januari 2021 niet heeft gecorrigeerd.
Problemen met familie over de erfenis van vader 9. De rechtbank is van oordeel dat verweerder zich op het standpunt heeft kunnen stellen dat de problemen met familie over de erfenis van vader ongeloofwaardig zijn.
9.1. Verweerder heeft mogen tegenwerpen dat eisers ongerijmde verklaringen over zijn levensloop, in het bijzonder de grote verschillen in jaartallen daarin, afbreuk doen aan zijn asielrelaas. Zo heeft hij enerzijds verklaard dat hij opgegroeid is in [plaatsnaam 1] , dat hij twaalf jaar lang het beroep van automonteur heeft uitgeoefend en dat hij tot aan zijn vertrek uit Gambia altijd in [plaatsnaam 1] gewoond heeft. Anderzijds heeft eiser verklaard dat hij door zijn vader naar de Koranschool is gestuurd, daar zes jaar verbleven heeft, waarna hij nog drie jaar bij zijn moeder heeft verbleven voordat hij Gambia heeft verlaten. Zoals hiervoor is overwogen valt niet in te zien waarom eiser door zijn analfabetisme en beperkte scholing niet in staat zou zijn om een enigszins chronologisch tijdsbestek te schetsen.
9.2. Verder heeft verweerder eiser mogen tegenwerpen dat hij summier heeft verklaard over de mishandelingen, hoewel hij hier meermaals over is bevraagd.
9.3. Ten slotte heeft verweerder eiser ook mogen tegenwerpen dat hij tegenstrijdig heeft verklaard over de verblijfplaats van zijn moeder en broers en de oorzaak van zijn oogaandoening. Zo verklaart eiser enerzijds in het aanmeldgehoor van 12 januari 2021 dat zijn moeder in [plaatsnaam 2] woont en dat en zijn broers in [plaatsnaam 1] wonen.
Forensisch medisch onderzoek 10. Nu de rechtbank van oordeel is dat verweerder de problemen met familie over de erfenis van vader ongeloofwaardig heeft kunnen achten, ziet zij geen aanleiding een deskundige aan te stellen om de littekens van eiser te onderzoeken.
Conclusie en gevolgen
11. Het beroep is ongegrond. Dat betekent dat de afwijzing van de asielaanvraag en het terugkeerbesluit in stand blijven.
12. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. C.W. Griffioen*,* rechter, in aanwezigheid van K.A. Klarenbeek, griffier.
De beslissing is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
Informatie over hoger beroep Een partij die het niet eens is met de uitspraak op het beroep, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met de uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen 4 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden.
Algemene wet bestuursrecht.
Uitspraak van 27 september 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:14537.
Vreemdelingenwet 2000.
Zie het arrest Ahmedbekova & Ahmedbekov van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 4 oktober 2018, ECLI:EU:C:2018:801, zaaknummer C-652/16.
Hof van Justitie van de Europese Unie.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, zie de uitspraak van 3 juli 2019, ECLI:NL:RVS:2019:2073.
Zie pagina 3 van het nader gehoor.
Zie pagina 4 en 5 van het nader gehoor.
Zie pagina’s 5, 7, 8, 11, 3, 24 en 25 van het nader gehoor.
Proces-verbaal van verhoor van 16 oktober 2020.
Rapport Aanmeldgehoor Dublin van 26 mei 2021, p. 3
Correcties en aanvullingen aanmeldgehoor van 8 februari 2022, p. 1.
Zie proces-verbaal van gehoor van 16 oktober 2020, p. 1.
Rapport aanmeldgehoor, p. 5.
Proces-verbaal van verhoor van 8 augustus 2021, p. 1.
Rapport aanmeldgehoor van 15 augustus 2021, p. 4.
Verslag nader gehoor, p. 23 en 24.
Correcties en aanvullingen nader gehoor van 9 november 2022
Verslag nader gehoor, p. 10.
Verslag nader gehoor, p. 10 en 11.
Rapport aanmeldgehoor van 12 januari 2021, p. 8 en 9.
Verslag nader gehoor, p. 12.
Verslag nader gehoor, p. 11.
Rapport aanmeldgehoor van 12 januari 2021, p. 9.
Proces-verbaal van 8 augustus 2021, p. 3.
Verslag nader gehoor, p. 15.