ECLI:NL:RBAMS:2025:4748 - Rechtbank Amsterdam - 8 juli 2025
Uitspraak
Rechtsgebieden
Genoemde wetsartikelen
Uitspraak inhoud
Afdeling privaatrecht
faillissementsnummer: C/13/24/340-F beschikking 8 juli 2025
beschikking op het verzoek tot het instellen van een voorlopige commissie van schuldeisers, ingediend door:
[verzoeker 1] , [verzoeker 2] , [verzoeker 3] , [verzoeker 4] en [verzoeker 5] , advocaat mr. D.M. Lamers,
in het op 6 augustus 2024 uitgesproken faillissement van
de besloten vennootschap [gefailleerde] B.V., ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer [nummer] , statutair gevestigd te [vestigingsplaats] , vestigingsadres: [vestigingsadres]
- hierna te noemen: [gefailleerde] ,
met aanstelling van mr. Y.S. Beerepoot tot curator en benoeming van mr. K.M. van Hassel tot rechter-commissaris. Mr. van Hassel is op 31 december 2024 vervangen door mr. C.H. Rombouts.
1 De procedure
1.1. Bij brief van 4 juni 2025 hebben de genoemde vijf schuldeisers van [gefailleerde] , verzocht over te gaan tot het instellen van een voorlopige commissie van schuldeisers.
1.2. De rechter-commissaris heeft op 23 juni 2025 schriftelijk haar advies aan de rechtbank gezonden.
1.3. Bij e-mail van 26 juni 2025 heeft de Belastingdienst te kennen gegeven deel te willen uitmaken van een in te stellen commissie van schuldeisers.
1.4. Het verzoek is behandeld op 26 juni 2025. Bij de behandeling is, namens de curator, haar kantoorgenoot mr. M.S. Breeman verschenen. Namens verzoekers is mr. Lamers voornoemd verschenen. De rechter-commissaris was op de zitting aanwezig.
2 Het verzoek
2.1. Verzoekers hebben de rechtbank verzocht over te gaan tot het instellen van een voorlopige commissie van schuldeisers, zoals bedoeld in artikel 74 van de Faillissementswet (Fw). Zij hebben verzocht een commissie, bestaande uit de volgende drie leden in te stellen:
met als mogelijke extra leden:
2.2. Alle voorgestelde leden zijn (beurs)handelaren die vanuit die hoedanigheid de curator kunnen voorzien van de voor de afwikkeling van het faillissement benodigde specialistische kennis.
2.3. Verzoekers hebben verklaard geen meerwaarde te zien in deelname van de Belastingdienst.
2.4. Tot slot hebben verzoekers de rechtbank verzocht een reglement voor de commissie vast te stellen.
3 Het advies van de curator
3.1. De curator stemt in met het verzoek van de vijf schuldeisers. Voor wat betreft de samenstelling ziet de curator meerwaarde in deelname door de Belastingdienst, zodat de commissie in haar advisering aan de curator naast specialistische handelskennis, ook fiscale kennis meebrengt. De curator acht een commissie van drie leden wenselijk, twee verzoekers en de Belastingdienst.
4 Het advies van de rechters-commissaris
4.1. De rechter-commissaris heeft positief over het verzoek geadviseerd. De rechter-commissaris heeft ook haar voorkeur kenbaar gemaakt voor deelname van de Belastingdienst aan de te benoemen commissie.
5 De beoordeling
5.1. De rechtbank acht het, gelet op hetgeen verzoekers, curator en rechter-commissaris naar voren hebben gebracht, in het belang van de boedel om over te gaan tot benoeming van een voorlopige commissie van schuldeisers zoals bedoeld in artikel 74 Fw.
5.2. De commissie zal bestaan uit de volgende leden:
5.3. Niet is gebleken dat de leden van de commissie belangen hebben die strijdig zijn met de belangen van de gezamenlijke schuldeisers.
5.4. De curator heeft voorafgaand aan de behandeling een een concept-reglement opgesteld ten behoeve van de commissie van schuldeisers. De curator heeft het concept-reglement toegelicht aan de hand van vragen van de rechtbank. Verzoekers en de rechter-commissaris hebben commentaar op het concept gegeven. Hierna zal worden besproken welke aanpassingen van het voorgestelde reglement de rechtbank noodzakelijk acht en waarom. De rechtbank zal het reglement zoals dat wordt vastgesteld in het dictum opnemen.
5.5. Het door de curator voorgestelde reglement, waarmee verzoekers hebben verklaard in te stemmen, luidt als volgt.
REGLEMENT VAN DE VOORLOPIGE SCHULDEISERSCOMMISSIE in het faillissement van [gefailleerde] N.V. OVERWEGINGEN (A) De rechtbank Amsterdam heeft [gefailleerde] N.V. (" [gefailleerde] ") bij vonnis van 7 augustus 2024 in staat van faillissement verklaard. (8) Aanvankelijk had de rechtbank mr. K.M. van Hassel benoemd tot rechter-commissaris. Per 31 december 2024 heeft de rechtbank mr. K.M. van Hassel vervangen als rechter commissaris en mr. C.H. Rombouts benoemd tot rechter-commissaris (de "RechterCommissaris"). (C) De rechtbank heeft mr. Y.S. Beerepoot aangesteld tot curator in het faillissement van [gefailleerde] (de "Curator"). (D) Bij beschikking van 3 juli 2025 heeft de rechtbank Amsterdam een voorlopige schuldeiserscommissie ingesteld in het faillissement van [gefailleerde] (de "Commissie") en onderhavig reglement (het "Reglement") vastgesteld over de werkwijze van de Commissie. BEPALINGEN
- REIKWIJDTE REGLEMENT l. l Het Reglement is een reglement als bedoeld in art. 75a lid I Fw. 1.2 Het Reglement is van toepassing op de werkwijze van de Commissie. 1.3 Het Reglement geldt in aanvulling op artt. 74-79 Fw. Indien het Reglement strijdig is met deze artikelen, gaan deze artikelen voor. 1.4 Onder "schriftelijk" in dit Reglement, wordt ook "elektronisch" verstaan.
- TAAK 2.1 De Commissie heeft als taak de Curator van advies te voorzien indien de Curator daarom verzoekt. 2.2 De Commissie richt zich in haar advisering in beginsel op het belang van de gezamenlijke schuldeisers van [gefailleerde] .
- VERGADERINGEN 3.1 De Commissie vergadert minstens eens per kalenderjaar. 3.2 De Curator of een lid van de Commissie (een "Lid") kan een vergadering van de Commissie bijeenroepen. 3.3 Vergaderingen vinden in persoon of digitaal plaats. 3.4 De oproeping voor een vergadering moet minimaal een week voor de vergadering schriftelijk zijn verzonden. 3.5 In de oproeping staat minimaal het volgende opgenomen: (A) datum, tijd en plaats van de vergadering; (B) te bespreken onderwerpen; en (C) of de Curator de Commissie om een advies in de zin van art. 78 lid I Fw verzoekt. 3.6 De Curator verstrekt uiterlijk een week voor een vergadering de voor de vergadering relevante stukken aan de Commissie. 3.7 De Curator zit de vergadering van de Commissie voor. 3.8 Leden van de Commissie (de "Leden") kunnen zich tijdens de vergadering laten bijstaan door een adviseur. 3.9 De Commissie kan ook buiten aanwezigheid van de Curator vergaderen. In dat geval kiezen de Leden een voorzitter uit hun midden. 3.10 De voorzitter van de vergadering draagt zorg voor notulering van de vergadering en deelt de notulen van een vergadering zo spoedig mogelijk na een vergadering met de Leden. 3.11 De Curator en de Commissie kunnen gezamenlijk besluiten af te wijken van de vereisten van art. 3.4 - 3.7. Zo een besluit tot afwijking vereist een unaniem besluit van de Commissie.
- BESLUITVORMING 4.1 De Commissie besluit in beginsel bij gewone meerderheid van op een vergadering uitgebrachte stemmen. Er geldt geen quorum. 4.2 Ieder Lid heeft één stem. 4.3 Indien de stemmen staken ten aanzien van een door de Curator gevraagd advies wordt de Commissie geacht negatief te adviseren. 4.4 Indien de Commissie positief adviseert, maar een Lid tegen heeft gestemd wordt de afwijkende opvatting van dit Lid vermeld in het advies aan de Curator. 4.5 Indien de Commissie positief adviseert, maar een of meer Leden zich onthouden van stemming wordt de afwijkende opvatting van dit Lid of deze Leden vermeld in het advies aan de Curator. 4.6 Indien geen enkel Lid een stem uitbrengt, wordt de Commissie geacht geen advies te hebben uitgebracht als bedoeld in art. 78 lid 2 Fw. 4.7 De Commissie kan ook buiten vergadering een besluit nemen indien de Leden unaniem en schriftelijk instemmen met besluitvorming buiten vergadering ten aanzien van dat besluit.
- TEGENSTRIJDIG BELANG 5.1 Heeft een Lid, zijn vertegenwoordiger, of zijn adviseur, ten aanzien van een bepaald onderwerp een tegenstrijdig belang? Dan neemt het Lid niet deel aan de beraadslaging en stemming over dat onderwerp. 5.2 Een tegenstrijdig belang is een eigen direct of indirect belang dat strijdt of strijdig kan zijn met het belang van de boedel van [gefailleerde] en het belang dat het desbetreffende Lid geacht wordt te behartigen in de Commissie. 5.3 Indien een Lid bemerkt dat het Lid zelf, een ander Lid, of een vertegenwoordiger of adviseur van een Lid een tegenstrijdig belang heeft, dan meldt het Lid dit tegenstrijdig belang bij de Curator en de overige Leden. 5.4 Indien een Lid of Leden een tegenstrijdig belang heeft, wordt dit in het advies aan de Curator vermeld. 5.5 De Curator is bevoegd in geval van een tegenstrijdig belang het desbetreffende Lid of Leden niet te voorzien van informatie over het onderwerp of het besluit waarop het tegenstrijdig belang ziet, indien het belang van de boedel van [gefailleerde] dit vergt.
- VERTEGENWOORDIGING COMMISSIE 6.1 De Commissie kan bij besluit de bevoegdheid toekennen aan een Lid of een derde de Commissie voor een specifiek omschreven geval extern te vertegenwoordigen.
- VERGOEDING 7.1 Het lidmaatschap van de Commissie is onbezoldigd. 7.2 Leden hebben geen recht op vergoeding van onkosten zoals reis- en verblijfskosten en kosten voor het inschakelen van deskundigen of adviseurs. 7.3 De Commissie heeft wel recht op vergoeding van in redelijkheid te maken noodzakelijke kosten voor het inschakelen van deskundigen of juridische bijstand. Deze vergoeding kwalificeert als concurrente boedelschuld. De Commissie overlegt voorafgaand aan het maken van deze kosten met de Curator zodat de Curator rekening kan houden met deze kosten.
- INFORMATIEVERSTREKKING 8.1 Een verzoek om informatie als bedoeld in art. 76 Fw dient de Commissie schriftelijk bij de Curator in. 8.2 Op een verzoek van de Commissie om informatie reageert de Curator in beginsel binnen twee weken. 8.3 De Curator versterkt door de Commissie verzochte informatie schriftelijk of door middel van raadpleging van de informatie op het kantoor van de Curator. 8.4 De Curator is bevoegd informatieverzoeken van de Commissie naast zich neer te leggen indien (i) naar het oordeel van de Curator de informatie niet wordt verzocht met het oog op de taak van de Commissie of (ii) indien de Curator enkel aan het verzoek kan voldoen door het maken van onredelijk hoge kosten. In dat laatste geval treedt de Curator in overleg met de Commissie over herformulering van het informatieverzoek.
- GEHEIMHOUDING 9.1 De informatie en inlichtingen die de Curator aan de Commissie, een Lid, zijn vertegenwoordiger of zijn adviseur verstrekt zijn strikt vertrouwelijk, tenzij de Curator bij de verstrekking anders vermeldt. 9.2 leder Lid is verplicht de informatie en inlichtingen die het Lid, zijn vertegenwoordiger of zijn adviseur ontvangt van de Curator in verband met het lidmaatschap van de Commissie uitsluitend voor zijn taakuitoefening als Lid van de Commissie te gebruiken, deze informatie en inlichtingen niet met derden te delen of openbaar te maken. 9.3 Indien een Lid tekortschiet in de nakoming van art. 9.2 dan is dat Lid, zonder dat een aanmaning of ingebrekestelling is vereist, per overtreding een direct opeisbare boete aan de boedel verschuldigd van EUR 50.000 te vermeerderen met EUR 25.000 per dag dat de overtreding voortduurt of heeft voortgeduurd met een maximum van EUR 250.000. 9.4 Art. 9.3 laat het recht van de Curator om de daadwerkelijk geleden schade van de boedel te vorderen in geval van overtreding van art. 9.2 onverlet. 9.5 De Rechter-Commissaris kan op verzoek van een Lid de vertrouwelijkheid van verstrekte informatie of inlichtingen geheel of gedeeltelijk opheffen.
- RECHTSKEUZE 10.1 Op het Reglement is Nederlands recht van toepassing.
- GESCHILBESLECHTING 11.1 In geval van een geschil over dit Reglement beslist de Rechter-Commissaris in enige en hoogste instantie. 11.2 Deze bepaling geldt zowel voor geschillen tussen de Commissie en de Curator, als tussen Leden onderling.
Ondergetekenden hebben van het Reglement kennisgenomen en verklaren zich daarmee akkoord. [Hierna volgen handtekeningen van de Curator en de Leden van de commissie]
5.6. De rechtbank wijzigt dit voorstel op de volgende punten.
-
In artikel 2.2 vervallen de woorden “in beginsel”, omdat dit uitgangspunt (het belang van de gezamenlijke schuldeisers) geldt voor elk advies van de commissie.
-
Artikel 3.9 vervalt, omdat de rechtbank dit in strijd acht met het uitgangspunt van artikel 77 Fw dat de commissie vergadert onder voorzitterschap van de curator.
-
In 3.10 wordt “De voorzitter van de vergadering draagt zorg voor notulering” vervangen door “De Curator draagt zorg voor notulering van de vergadering”. Dit omdat de Curator volgens artikel 77 Fw “de pen voert” en omdat de mogelijkheid van een vergadering zonder dat de Curator voorzit (zoals in het voorstel voorzien in artikel 3.9) vervalt.
-
In artikel 4.1 vervallen de woorden “in beginsel”; elk besluit wordt genomen bij gewone meerderheid van stemmen.
-
In artikel 4.1 vervalt de zin “Er geldt geen quorum.” Een quorumvereiste is wenselijk om te voorkomen dat één lid een beslissende stem uit zou kunnen brengen. Het quorumvereiste is nu opgenomen in artikel 4.3.
-
Artikel 4.3 wordt vervangen door: “Indien de Curator een advies vraagt over een van de onderwerpen bedoeld in artikel 78 lid 1 Fw, kan daarover alleen gestemd worden als ten minste twee Leden aanwezig zijn. Zijn er geen twee Leden aanwezig of staken de stemmen, dan wordt naar keuze van de Curator een volgende vergadering gehouden waarin opnieuw gestemd wordt, dan wel wordt het ontbrekende Lid c.q. de ontbrekende Leden in de gelegenheid gesteld schriftelijk hun stem uit te brengen na de vergadering.”
De voorgestelde regeling voor het staken van de stemmen is onwenselijk omdat de uitkomst van die regel afhangt van de wijze waarop de adviesaanvraag geformuleerd is.
-
In artikel 4.7 worden de woorden “en de Curator” ingevoegd; dit hangt samen met het vervallen van het voorgestelde artikel 3.9.
-
In artikel 5.2 over tegenstrijdig belang worden de woorden “het belang van de boedel van [gefailleerde] en het belang dat het desbetreffende Lid geacht wordt te behartigen in de Commissie” vervangen door “het belang van de gezamenlijke schuldeisers van [gefailleerde] ”.
-
Artikel 7.3 vervalt. Het past niet in de adviestaak van de (voorlopige) commissie van schuldeisers om behalve de onbetaalde adviseurs die de Leden naar een vergadering mogen meenemen (zie artikel 3.8 en 7.2) ook nog betaalde deskundigen of juridische bijstand (als ‘adviseur van de adviseur’) te kunnen inschakelen. Voor zover de commissie signaleert dat zij niet goed kan adviseren kan zij de curator adviseren nog andere (betaalde) deskundigen of juridische bijstand in te schakelen, maar het is aan de curator om daarover te beslissen.
5.7. Een en ander leidt tot de volgende beslissing.
6 De beslissing
De rechtbank:
6.1. benoemt een voorlopige commissie van schuldeisers, met als leden:
6.2. stelt het reglement van de voorlopige commissie van schuldeisers als volgt vast:
REGLEMENT VAN DE VOORLOPIGE SCHULDEISERSCOMMISSIE in het faillissement van [gefailleerde] N.V. OVERWEGINGEN (A) De rechtbank Amsterdam heeft [gefailleerde] N.V. (" [gefailleerde] ") bij vonnis van 7 augustus 2024 in staat van faillissement verklaard. (8) Aanvankelijk had de rechtbank mr. K.M. van Hassel benoemd tot rechter-commissaris. Per 31 december 2024 heeft de rechtbank mr. K.M. van Hassel vervangen als rechter commissaris en mr. C.H. Rombouts benoemd tot rechter-commissaris (de "Rechter Commissaris"). (C) De rechtbank heeft mr. Y.S. Beerepoot aangesteld tot curator in het faillissement van [gefailleerde] (de "Curator"). (D) Bij beschikking van 3 juli 2025 heeft de rechtbank Amsterdam een voorlopige schuldeiserscommissie ingesteld in het faillissement van [gefailleerde] (de "Commissie") en onderhavig reglement (het "Reglement") vastgesteld over de werkwijze van de Commissie. BEPALINGEN
- REIKWIJDTE REGLEMENT l. l Het Reglement is een reglement als bedoeld in art. 75a lid I Fw. 1.2 Het Reglement is van toepassing op de werkwijze van de Commissie. 1.3 Het Reglement geldt in aanvulling op artt. 74-79 Fw. Indien het Reglement strijdig is met deze artikelen, gaan deze artikelen voor. 1.4 Onder "schriftelijk" in dit Reglement, wordt ook "elektronisch" verstaan.
- TAAK 2.1 De Commissie heeft als taak de Curator van advies te voorzien indien de Curator daarom verzoekt. 2.2 De Commissie richt zich in haar advisering op het belang van de gezamenlijke schuldeisers van [gefailleerde] .
- VERGADERINGEN 3.1 De Commissie vergadert minstens eens per kalenderjaar. 3.2 De Curator of een lid van de Commissie (een "Lid") kan een vergadering van de Commissie bijeenroepen. 3.3 Vergaderingen vinden in persoon of digitaal plaats. 3.4 De oproeping voor een vergadering moet minimaal een week voor de vergadering schriftelijk zijn verzonden. 3.5 In de oproeping staat minimaal het volgende opgenomen: (A) datum, tijd en plaats van de vergadering; (B) te bespreken onderwerpen; en (C) of de Curator de Commissie om een advies in de zin van art. 78 lid I Fw verzoekt. 3.6 De Curator verstrekt uiterlijk een week voor een vergadering de voor de vergadering relevante stukken aan de Commissie. 3.7 De Curator zit de vergadering van de Commissie voor. 3.8 Leden van de Commissie (de "Leden") kunnen zich tijdens de vergadering laten bijstaan door een adviseur. 3.9 (vervallen) 3.10 De Curator draagt zorg voor notulering van de vergadering en deelt de notulen van een vergadering zo spoedig mogelijk na een vergadering met de Leden. 3.11 De Curator en de Commissie kunnen gezamenlijk besluiten af te wijken van de vereisten van art. 3.4 - 3.7. Zo een besluit tot afwijking vereist een unaniem besluit van de Commissie.
- BESLUITVORMING 4.1 De Commissie besluit bij gewone meerderheid van op een vergadering uitgebrachte stemmen. 4.2 Ieder Lid heeft één stem. 4.3 Indien de Curator een advies vraagt over een van de onderwerpen bedoeld in artikel 78 lid 1 Fw, kan daarover alleen gestemd worden als ten minste twee Leden aanwezig zijn. Zijn er geen twee leden aanwezig of staken de stemmen, dan wordt naar keuze van de Curator een volgende vergadering gehouden waarin opnieuw gestemd wordt, dan wel wordt het ontbrekende Lid c.q. de ontbrekende Leden in de gelegenheid gesteld schriftelijk hun stem uit te brengen na de vergadering. 4.4 Indien de Commissie positief adviseert, maar een Lid tegen heeft gestemd, wordt de afwijkende opvatting van dit Lid vermeld in het advies aan de Curator. 4.5 Indien de Commissie positief adviseert, maar een of meer Leden zich onthouden van stemming wordt de afwijkende opvatting van dit Lid of deze Leden vermeld in het advies aan de Curator. 4.6 Indien geen enkel Lid een stem uitbrengt, wordt de Commissie geacht geen advies te hebben uitgebracht als bedoeld in art. 78 lid 2 Fw. 4.7 De Commissie kan ook buiten vergadering een besluit nemen indien de Leden en de Curator unaniem en schriftelijk instemmen met besluitvorming buiten vergadering ten aanzien van dat besluit.
- TEGENSTRIJDIG BELANG 5.1 Heeft een Lid, zijn vertegenwoordiger, of zijn adviseur, ten aanzien van een bepaald onderwerp een tegenstrijdig belang? Dan neemt het Lid niet deel aan de beraadslaging en stemming over dat onderwerp. 5.2 Een tegenstrijdig belang is een eigen direct of indirect belang dat strijdt of strijdig kan zijn met het belang van de gezamenlijke schuldeisers van [gefailleerde] . 5.3 Indien een Lid bemerkt dat het Lid zelf, een ander Lid, of een vertegenwoordiger of adviseur van een Lid een tegenstrijdig belang heeft, dan meldt het Lid dit tegenstrijdig belang bij de Curator en de overige Leden. 5.4 Indien een Lid of Leden een tegenstrijdig belang heeft, wordt dit in het advies aan de Curator vermeld. 5.5 De Curator is bevoegd in geval van een tegenstrijdig belang het desbetreffende Lid of Leden niet te voorzien van informatie over het onderwerp of het besluit waarop het tegenstrijdig belang ziet, indien het belang van de boedel van [gefailleerde] dit vergt.
- VERTEGENWOORDIGING COMMISSIE 6.1 De Commissie kan bij besluit de bevoegdheid toekennen aan een Lid of een derde de Commissie voor een specifiek omschreven geval extern te vertegenwoordigen.
- VERGOEDING 7.1 Het lidmaatschap van de Commissie is onbezoldigd. 7.2 Leden hebben geen recht op vergoeding van onkosten zoals reis- en verblijfskosten en kosten voor het inschakelen van deskundigen of adviseurs. 7.3 (vervallen)
- INFORMATIEVERSTREKKING 8.1 Een verzoek om informatie als bedoeld in art. 76 Fw dient de Commissie schriftelijk bij de Curator in. 8.2 Op een verzoek van de Commissie om informatie reageert de Curator in beginsel binnen twee weken. 8.3 De Curator versterkt door de Commissie verzochte informatie schriftelijk of door middel van raadpleging van de informatie op het kantoor van de Curator. 8.4 De Curator is bevoegd informatieverzoeken van de Commissie naast zich neer te leggen indien (i) naar het oordeel van de Curator de informatie niet wordt verzocht met het oog op de taak van de Commissie of (ii) indien de Curator enkel aan het verzoek kan voldoen door het maken van onredelijk hoge kosten. In dat laatste geval treedt de Curator in overleg met de Commissie over herformulering van het informatieverzoek.
- GEHEIMHOUDING 9.1 De informatie en inlichtingen die de Curator aan de Commissie, een Lid, zijn vertegenwoordiger of zijn adviseur verstrekt zijn strikt vertrouwelijk, tenzij de Curator bij de verstrekking anders vermeldt. 9.2 leder Lid is verplicht de informatie en inlichtingen die het Lid, zijn vertegenwoordiger of zijn adviseur ontvangt van de Curator in verband met het lidmaatschap van de Commissie uitsluitend voor zijn taakuitoefening als Lid van de Commissie te gebruiken, deze informatie en inlichtingen niet met derden te delen of openbaar te maken. 9.3 Indien een Lid tekortschiet in de nakoming van art. 9.2 dan is dat Lid, zonder dat een aanmaning of ingebrekestelling is vereist, per overtreding een direct opeisbare boete aan de boedel verschuldigd van EUR 50.000 te vermeerderen met EUR 25.000 per dag dat de overtreding voortduurt of heeft voortgeduurd met een maximum van EUR 250.000. 9.4 Art. 9.3 laat het recht van de Curator om de daadwerkelijk geleden schade van de boedel te vorderen in geval van overtreding van art. 9.2 onverlet. 9.5 De Rechter-Commissaris kan op verzoek van een Lid de vertrouwelijkheid van verstrekte informatie of inlichtingen geheel of gedeeltelijk opheffen.
- RECHTSKEUZE 10.1 Op het Reglement is Nederlands recht van toepassing.
- GESCHILBESLECHTING 11.1 In geval van een geschil over dit Reglement beslist de Rechter-Commissaris in enige en hoogste instantie. 11.2 Deze bepaling geldt zowel voor geschillen tussen de Commissie en de Curator, als tussen Leden onderling.
Ondergetekenden hebben van het Reglement kennisgenomen en verklaren zich daarmee akkoord. [Hierna volgen handtekeningen van de Curator en de Leden van de commissie]
6.3. wijst af hetgeen meer of anders is verzocht.
Deze beschikking is gegeven door mr. R.H.C. Jongeneel en in het openbaar uitgesproken op 8 juli 2025.