ECLI:NL:HR:2025:1424 - Hoge Raad verklaart cassatieberoep niet ontvankelijk met toepassing van artikel tachtig-a RO - 26 september 2025
Arrest
Essentie
De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep nietontvankelijk op grond van artikel tachtig-a van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad oordeelt zonder verdere motivering dat de aangevoerde klachten over de uitspraak van de rechtbank kennelijk niet tot cassatie kunnen leiden.
Rechtsgebieden
Genoemde wetsartikelen
Arrest inhoud
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer24/01330 Datum26 september 2025
ARREST
in de zaak van
[X] (hierna: belanghebbende)
tegen
de STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag van 27 februari 2024, nr. SGR 23/3480 V, op het verzet van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank van 11 augustus 2023.
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie
De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van de Rechtbank beoordeeld. De procureur-generaal bij de Hoge Raad heeft de gelegenheid gekregen een advies uit te brengen. De Hoge Raad is tot het oordeel gekomen dat het cassatieberoep duidelijk niet kan slagen. Hij zal daarom gebruikmaken van de mogelijkheid om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren (zie artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie).
2 Proceskosten
De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.
3 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de vice-president M.E. van Hilten als voorzitter, en de raadsheren E.N. Punt en M.A. Fierstra, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 26 september 2025.