ECLI:NL:HR:2019:314
Arrest
Arrest inhoud
8 maart 2019
Eerste Kamer
18/01593
TT/MD
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
DE ONDERNEMINGSRAAD VAN DE GEMEENTE LANDGRAAF,gevestigd te Landgraaf, VERZOEKER tot cassatie, advocaat: mr. K. Aantjes,
t e g e n
DE GEMEENTE LANDGRAAF, zetelende te Landgraaf, VERWEERSTER in cassatie, advocaat: mr. B.I. Kraaipoel.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als de ondernemingsraad en de gemeente.
1 Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
a. de beschikking in de zaak 5704034 OV VERZ 17-25 van de rechtbank Limburg van 31 mei 2017;
b. de beschikking in de zaak 200.221.178/01 van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 1 februari 2018.
De beschikking van het hof is aan deze beschikking gehecht.
2 Het geding in cassatie
Tegen de beschikking van het hof heeft de ondernemingsraad beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit. De gemeente heeft verzocht het beroep niet-ontvankelijkheid te verklaren dan wel te verwerpen. De ondernemingsraad heeft verzocht het beroep op niet-ontvankelijkheid te verwerpen. De conclusie van de plaatsvervangend Procureur-Generaal strekt tot verwerping van het cassatieberoep. De advocaat van de ondernemingsraad heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.
3 Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4 Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de vicepresident E.J. Numann als voorzitter en de raadsheren A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, C.E. du Perron en C.H. Sieburgh, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer M.V. Polak op 8 maart 2019.