Artikel 799 (Inhoudsvereisten verzoekschrift personen- en familierecht)
1. Onverminderd het bepaalde in artikel 278, eerste lid, bevat een verzoekschrift de namen en, voor zover bekend, de voornamen en de woonplaats van de belanghebbenden, alsmede van anderen wier verklaring in verband met de beoordeling van het verzoek van betekenis kan zijn.
2. Bij de indiening van het verzoekschrift ter griffie worden, voor zover nodig, overgelegd de bescheiden die kunnen dienen tot bewijs van de gestelde feiten. Eveneens worden de nodige afschriften van het verzoekschrift en de bescheiden overgelegd.
Uitleg in duidelijke taal
1. Onverminderd het bepaalde in artikel 278, eerste lid, bevat een verzoekschrift de namen en, voor zover bekend, de voornamen en de woonplaats van de belanghebbenden, alsmede van anderen wier verklaring in verband met de beoordeling van het verzoek van betekenis kan zijn.
Dit lid bepaalt dat een verzoekschrift, onverminderd het bepaalde in artikel 278, eerste lid, de namen moet bevatten van de belanghebbenden. Voor zover bekend, moeten ook hun voornamen en woonplaats worden vermeld. Daarnaast moeten de namen, en indien bekend de voornamen en woonplaats, worden opgenomen van anderen wier verklaring van betekenis kan zijn voor de beoordeling van het verzoek.
2. Bij de indiening van het verzoekschrift ter griffie worden, voor zover nodig, overgelegd de bescheiden die kunnen dienen tot bewijs van de gestelde feiten. Eveneens worden de nodige afschriften van het verzoekschrift en de bescheiden overgelegd.
Dit lid schrijft voor dat bij de indiening van het verzoekschrift ter griffie, de bescheiden die kunnen dienen tot bewijs van de gestelde feiten, voor zover nodig, moeten worden overgelegd. Eveneens moeten de nodige afschriften van het verzoekschrift en de bescheiden worden overgelegd.