Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk IV. Wijze van heffing
Artikel 28

Artikel 28

Laatste versie

1 De inhoudingsplichtige is gehouden volgens bij ministeriële regeling te stellen regels, waaronder regels inzake de wijze waarop:

a. van de werknemer opgave te verlangen van gegevens waarvan de kennisneming voor de heffing van de belasting van belang kan zijn;

b. de in onderdeel a bedoelde gegevens door te geven aan een andere inhoudingsplichtige;

c. een loonadministratie te voeren en daarbij de gegevens te administreren met betrekking tot de bij ministeriële regeling aan te wijzen uitkeringen en verstrekkingen welke ingevolge artikel 11 niet tot het loon behoren;

d. aan de inspecteur opgave te verstrekken van de bij ministeriële regeling, in overeenstemming met Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, en na overleg met het Centraal Bureau voor de Statistiek, te bepalen gegevens, bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, waaronder gegevens ten behoeve van de doelen van de polisadministratie, bedoeld in artikel 33, tweede lid, onderdelen a, d en e, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;

e. aan de werknemer opgave te verstrekken van het in het voorafgaande kalenderjaar genoten loon, de op dat loon ingehouden belasting en premie voor de volksverzekeringen, de op dat loon ingehouden inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet, de over dat loon door de inhoudingsplichtige verschuldigde premies werknemersverzekeringen en inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet en de bij de toepassing van de loonbelastingtabellen, bedoeld in artikel 25, tweede lid, met de loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen verrekende arbeidskorting;

f. van de werknemer die loon uit tegenwoordige dienstbetrekking geniet vast te stellen de identiteit aan de hand van een document als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder 1° tot en met 3°, van de Wet op de identificatieplicht en – zo de werknemer een vreemdeling is in de zin van de Vreemdelingenwet 2000 en niet behoort tot de categorie werknemers die op grond van overeenkomsten van internationaal recht is uitgezonderd van de verplichting tot het hebben van een geldige verblijfsvergunning als bedoeld in die wet en een geldige tewerkstellingsvergunning als bedoeld in de Wet arbeid vreemdelingen – tevens de verblijfsrechtelijke status ter zake van het verrichten van arbeid aan de hand van een geldige verblijfsvergunning of aan de hand van een geldige tewerkstellingsvergunning, alsmede van een en ander de aard, het nummer en een afschrift daarvan in de loonadministratie op te nemen;

g. ingeval de inspecteur hem bij voor bezwaar vatbare beschikking daartoe heeft verplicht, voor de datum van aanvang van de werkzaamheden van een werknemer aan de inspecteur opgave te verstrekken van gegevens waarvan kennisneming voor de heffing van de belasting van belang kan zijn (eerstedagsmelding), met dien verstande dat indien de dienstbetrekking is overeengekomen op de datum waarop de werkzaamheden aanvangen, de eerstedagsmelding wordt gedaan voor de aanvang van de werkzaamheden;

h. mededeling aan de inspecteur te doen omtrent het einde van zijn inhoudingsplicht.

2 Het eerste lid is niet van toepassing ten aanzien van de werknemer die niet in Nederland woont en die werkzaamheden verricht of heeft verricht in een in artikel 2, derde lid, genoemde dienstbetrekking, indien het heffingrecht over het loon uit die dienstbetrekking op grond van een belastingverdrag niet aan Nederland is toegewezen en de werknemer niet premieplichtig is voor de volksverzekeringen.

Details

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2012. Zie het overzicht van wijzigingen]

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad11x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2001:AB1760

ECLI:NL:HR:2001:AB176022 mei 2001Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtFiscaal Strafrecht, Loonbelasting
StrafrechtFinancieel Economisch Strafrecht, Strafprocesrecht
Hoge Raad10x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2010:BN9780

ECLI:NL:HR:2010:BN97808 oktober 2010Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad8x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2011:BQ8193

ECLI:NL:HR:2011:BQ819311 oktober 2011Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:1998:AA2396

ECLI:NL:HR:1998:AA239628 januari 1998Dit wetsartikel wordt 9 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtLoonbelasting, Procesrecht Belastingen
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:1999:AA3940

ECLI:NL:HR:1999:AA394022 december 1999Dit wetsartikel wordt 8 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2003:AF2337

ECLI:NL:HR:2003:AF233715 april 2003Dit wetsartikel wordt 6 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtFiscaal Strafrecht, Loonbelasting
StrafrechtFinancieel Economisch Strafrecht, Strafprocesrecht, Materieel Strafrecht
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:1998:AA2365

ECLI:NL:HR:1998:AA236522 juli 1998Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtFiscaal Strafrecht, Loonbelasting, Procesrecht Belastingen
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:696

ECLI:NL:HR:2014:69625 maart 2014Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2002:AD6092

ECLI:NL:HR:2002:AD60928 februari 2002Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2001:AD4061

ECLI:NL:HR:2001:AD40615 oktober 2001Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak