Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk III. Uitslag tot verbruik
Afdeling 3. Wijze van heffing en voldoening
Artikel 52

Artikel 52

Laatste versie

1 De accijns wordt verschuldigd op het tijdstip van de uitslag tot verbruik.

2 Onder het tijdstip van de uitslag tot verbruik wordt verstaan:

a. in de in artikel 2, eerste lid, onderdeel b, bedoelde situatie: het tijdstip van de aanvang van het voorhanden of in opslag hebben;

b. bij toepassing van artikel 2, eerste lid, onderdeel c: het tijdstip van de productie of verwerking;

c. in de in artikel 2a, tweede lid, onderdeel b, bedoelde situatie: het tijdstip van ontvangst van de accijnsgoederen door de geregistreerde geadresseerde;

d. in de in artikel 2a, tweede lid, onderdeel c, bedoelde situatie: het tijdstip van ontvangst van de accijnsgoederen door de geadresseerde;

e. in de in artikel 2a, vijfde lid, bedoelde situaties: het tijdstip van ontvangst van de accijnsgoederen op de plaats van rechtstreekse aflevering.

3 In afwijking van het eerste lid wordt de accijns verschuldigd:

a. bij toepassing van artikel 2, vierde lid: op het tijdstip van de aanvang van het voorhanden of in opslag hebben of het gebruik van de minerale oliën;

b. bij toepassing van artikel 2c: op het tijdstip van de vaststelling van de in artikel 2c bedoelde onregelmatigheid;

c. bij toepassing van artikel 2d, derde lid: op het tijdstip van de aanvang van het voorhanden hebben van de accijnsgoederen in Nederland;

d. bij toepassing van artikel 2d, vierde lid: op het tijdstip van de verkrijging van de minerale oliën in Nederland;

e. bij toepassing van artikel 2e, eerste lid: op het tijdstip dat de accijnsgoederen in ontvangst zijn genomen door de gecertificeerde geadresseerde in Nederland;

f. bij toepassing van artikel 2f, eerste lid: op het tijdstip van de levering van de accijnsgoederen;

g. bij toepassing van artikel 4: op het tijdstip van de vaststelling van de in artikel 4 bedoelde onregelmatigheid.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad43x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2003:AL6161

ECLI:NL:HR:2003:AL616123 december 2003Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad18x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2008:BD3699

ECLI:NL:HR:2008:BD36992 december 2008Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtAccijns, Fiscaal Strafrecht
StrafrechtFinancieel Economisch Strafrecht, Materieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Hoge Raad8x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2010:BI8501

ECLI:NL:HR:2010:BI850123 april 2010Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtAccijns, Procesrecht Belastingen
Internationaal PubliekrechtEuropees Recht
Hoge Raad8x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2003:AF0380

ECLI:NL:HR:2003:AF038013 juni 2003Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtAccijns, Procesrecht Belastingen
Internationaal PubliekrechtEuropees Recht
Hoge Raad4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:1611 - Brief als naheffingsaanslag en de grenzen van inbreng stukken strafdossier

ECLI:NL:HR:2022:161111 november 2022Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een brief kan een rechtsgeldige naheffingsaanslag zijn als deze alle essentiële kenmerken bevat. De verplichting tot inbreng van stukken (art. 8:42 Awb) geldt niet voor documenten die de besluitvorming niet meer kunnen beïnvloeden, zoals bewijs aangeleverd na een fatale termijn.

BelastingrechtAccijns, Procesrecht Belastingen
BestuursrechtBestuursprocesrecht
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2003:AF7970

ECLI:NL:HR:2003:AF797017 oktober 2003Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2009:BJ2009

ECLI:NL:HR:2009:BJ200910 juli 2009Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2005:AT8937

ECLI:NL:HR:2005:AT89378 juli 2005Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak