Artikel 10

Laatste versie

1. Een uit deze wet voortvloeiende rechtsvordering van de benadeelde tegen de verzekeraar verjaart door verloop van drie jaar te rekenen van het feit waaruit de schade is ontstaan.

2. In afwijking van het eerste lid verjaart een rechtsvordering tot vergoeding van schade als bedoeld in artikel 1210, onderdeel b, van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek, van de benadeelde tegen de verzekeraar door verloop van drie jaren na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de benadeelde bekend was of redelijkerwijze bekend had behoren te zijn met de schade en de daarvoor aansprakelijke persoon, en in ieder geval door verloop van tien jaren na de gebeurtenis waardoor de schade is ontstaan.

3. Indien de gebeurtenis bestond uit een opeenvolging van feiten met dezelfde oorzaak, loopt de termijn van tien jaren, bedoeld in het tweede lid, vanaf de dag waarop het laatste van die feiten plaatsvond.

4. Handelingen die de verjaring van de rechtsvordering van een benadeelde tegen een verzekerde stuiten, stuiten tevens de verjaring van de rechtsvordering van die benadeelde tegen de verzekeraar. Handelingen die de verjaring van de rechtsvordering van een benadeelde tegen de verzekeraar stuiten, stuiten tevens de verjaring van de rechtsvordering van de benadeelde tegen de verzekerden.

5. De verjaring wordt ten opzichte van een verzekeraar gestuit door iedere onderhandeling tussen de verzekeraar en de benadeelde. Een nieuwe termijn van drie jaar begint te lopen te rekenen van het ogenblik waarop een van de partijen bij deurwaardersexploot of aangetekende brief aan de andere partij heeft kennisgegeven dat zij de onderhandelingen afbreekt.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad90x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2006:AZ0418

ECLI:NL:HR:2006:AZ041824 november 2006Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad70x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2009:BI8502

ECLI:NL:HR:2009:BI850218 september 2009Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad15x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2008:BD1842

ECLI:NL:HR:2008:BD184227 juni 2008Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2008:BB6907

ECLI:NL:HR:2008:BB690718 januari 2008Dit wetsartikel wordt 11 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerzekeringsrecht, Letselschaderecht
BestuursrechtSocialezekerheidsrecht
Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2013:BY4124

ECLI:NL:HR:2013:BY412422 februari 2013Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2005:AT6833

ECLI:NL:HR:2005:AT68334 november 2005Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2022:616 - Verjaarde WAM-vordering sluit directe actie op verzekeraar niet uit

ECLI:NL:HR:2022:61622 april 2022Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

Een benadeelde wiens eigen recht op schadevergoeding jegens een WAM-verzekeraar (art. 6 WAM) is verjaard, kan alsnog de directe actie van art. 7:954 BW inroepen. De uitsluitingsgrond van art. 7:954 lid 7 BW is in dat geval niet van toepassing.

Civiel RechtVerzekeringsrecht, Letselschaderecht, Verbintenissenrecht