Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 3. Verblijf
Afdeling 3. De verblijfsvergunning regulier
Paragraaf 2. De verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd
Artikel 20Artikel 20
Laatste versie
1. Onze Minister is bevoegd:
a. de aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd in te willigen, af te wijzen dan wel niet in behandeling te nemen; b. een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd in te trekken; c. ambtshalve een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd te verlenen aan de vreemdeling wiens EU-verblijfsvergunning voor langdurig ingezetenen op grond van artikel 45d is ingetrokken.
2. Een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd wordt niet onder beperkingen verleend. Aan de vergunning worden geen voorschriften verbonden.