Terug naar bibliotheek
Authentiek : NL
Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie
DERDE DEEL. HET BELEID EN INTERN OPTREDEN VAN DE UNIE
TITEL II. HET VRIJE VERKEER VAN GOEDEREN
HOOFDSTUK 3. VERBOD OP KWANTITATIEVE BEPERKINGEN TUSSEN DE LIDSTATEN
Artikel 37

Artikel 37 (Aanpassing nationale commerciële monopolies discriminatieverbod)

Laatste versie

1. De lidstaten passen hun nationale monopolies van commerciële aard aan in dier voege dat elke discriminatie tussen de onderdanen van de lidstaten wat de voorwaarden van de voorziening en afzet betreft is uitgesloten.De bepalingen van dit artikel zijn van toepassing op elk lichaam waardoor een lidstaat de invoer of de uitvoer tussen de lidstaten in rechte of in feite rechtstreeks of zijdelings beheerst, leidt of aanmerkelijk beïnvloedt. Deze bepalingen zijn eveneens van toepassing op de door een staat gedelegeerde monopolies.

2. De lidstaten onthouden zich ervan enige nieuwe maatregel te treffen welke tegen de in lid 1 vermelde beginselen indruist of de draagwijdte van de artikelen inzake het verbod op douanerechten en kwantitatieve beperkingen tussen de lidstaten beperkt.

3. Wanneer er een monopolie van commerciële aard bestaat, dat een regeling ter vergemakkelijking van de afzet of van de valorisatie van landbouwproducten omvat, dienen bij de toepassing van de bepalingen van dit artikel gelijkwaardige waarborgen te worden gegeven voor de werkgelegenheid en de levensstandaard van de betrokken producenten.

Uitleg in duidelijke taal

1. De lidstaten passen hun nationale monopolies van commerciële aard aan in dier voege dat elke discriminatie tussen de onderdanen van de lidstaten wat de voorwaarden van de voorziening en afzet betreft is uitgesloten.De bepalingen van dit artikel zijn van toepassing op elk lichaam waardoor een lidstaat de invoer of de uitvoer tussen de lidstaten in rechte of in feite rechtstreeks of zijdelings beheerst, leidt of aanmerkelijk beïnvloedt. Deze bepalingen zijn eveneens van toepassing op de door een staat gedelegeerde monopolies.

Dit lid legt de lidstaten de verplichting op om hun nationale monopolies die een commercieel karakter hebben, zodanig te wijzigen (aan te passen) dat elke vorm van discriminatie tussen de onderdanen van de lidstaten wordt voorkomen (uitgesloten). Deze non-discriminatie moet specifiek gelden voor de voorwaarden die betrekking hebben op de levering (voorziening) en de verkoop (afzet) van goederen. Verder stelt dit lid dat deze regels (bepalingen) van toepassing zijn op elke entiteit (elk lichaam) waarmee een lidstaat, hetzij juridisch (in rechte) hetzij feitelijk (in feite), direct of indirect controle uitoefent op (beheerst), sturing geeft aan (leidt), of een aanzienlijke invloed heeft op (aanmerkelijk beïnvloedt) de invoer of uitvoer van goederen tussen de lidstaten. Ten slotte zijn deze bepalingen ook van toepassing op monopolies die door een staat aan andere entiteiten zijn overgedragen (gedelegeerde monopolies).

2. De lidstaten onthouden zich ervan enige nieuwe maatregel te treffen welke tegen de in lid 1 vermelde beginselen indruist of de draagwijdte van de artikelen inzake het verbod op douanerechten en kwantitatieve beperkingen tussen de lidstaten beperkt.

Dit lid bepaalt dat de lidstaten geen nieuwe maatregelen mogen invoeren die in strijd zijn met (indruisen tegen) de principes zoals uiteengezet in lid 1. Daarnaast mogen zij geen maatregelen treffen die de reikwijdte (draagwijdte) verminderen van de artikelen die het verbod op douanerechten en kwantitatieve beperkingen tussen de lidstaten vastleggen.

3. Wanneer er een monopolie van commerciële aard bestaat, dat een regeling ter vergemakkelijking van de afzet of van de valorisatie van landbouwproducten omvat, dienen bij de toepassing van de bepalingen van dit artikel gelijkwaardige waarborgen te worden gegeven voor de werkgelegenheid en de levensstandaard van de betrokken producenten.

Dit lid specificeert dat indien er een monopolie met een commercieel karakter bestaat dat een regeling omvat die bedoeld is om de verkoop (afzet) of de waardevermeerdering (valorisatie) van landbouwproducten makkelijker te maken (te vergemakkelijken), er bij de toepassing van de bepalingen van dit artikel gezorgd moet worden voor gelijkwaardige garanties (waarborgen). Deze garanties moeten de werkgelegenheid en de levensstandaard van de betreffende (betrokken) producenten beschermen.

Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd

1 uitspraak gevonden