Terug naar bibliotheek
Boek 6. Tenuitvoerlegging
Hoofdstuk 6. Rechterlijke beslissingen inzake de tenuitvoerlegging
Tweede titel. Vrijheidsbenemende straffen en maatregelen
Artikel 6:6:15

Artikel 6:6:15 (Beroep beslissingen TBS en ISD-maatregelen)

Laatste versie

1. Het openbaar ministerie en de veroordeelde kunnen beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden tegen:

a. de beslissing ter zake van verlenging van de terbeschikkingstelling; b. de beslissing ter zake van voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege; c. de beslissing ter zake van hervatting van de verpleging van overheidswege; d. het bevel dat de ter beschikking gestelde alsnog van overheidswege wordt verpleegd; e. de beslissing ter zake van voortzetting of beëindiging van de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders.

2. Het openbaar ministerie kan beroep instellen binnen veertien dagen na de beslissing van de rechter en de veroordeelde binnen veertien dagen na de betekening van de beslissing van de rechter.

3. Indien de vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling is toegewezen, doch artikel 6:6:13, zesde lid, is toegepast, kan tegen de beslissing ter zake van verlenging slechts gelijktijdig met de beslissing omtrent de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege beroep worden ingesteld.

4. De artikelen 409, eerste lid, 410, 449, eerste lid, 450 tot en met 454 en 455, eerste lid, zijn van overeenkomstige toepassing.

Uitleg in duidelijke taal

1. Het openbaar ministerie en de veroordeelde kunnen beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden tegen:

Dit lid stelt dat zowel het openbaar ministerie als de persoon die veroordeeld is, de mogelijkheid hebben om in beroep te gaan bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Dit beroep kan worden ingesteld tegen de hieronder gespecificeerde beslissingen:

a. de beslissing ter zake van verlenging van de terbeschikkingstelling;

Dit betreft de beslissing die genomen is over het verlengen van de maatregel van terbeschikkingstelling.

b. de beslissing ter zake van voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege;

Dit betreft de beslissing die genomen is over het voorwaardelijk beëindigen van de verpleging die van overheidswege (door de overheid) wordt uitgevoerd.

c. de beslissing ter zake van hervatting van de verpleging van overheidswege;

Dit betreft de beslissing die genomen is over het hervatten van de verpleging die van overheidswege wordt uitgevoerd.

d. het bevel dat de ter beschikking gestelde alsnog van overheidswege wordt verpleegd;

Dit betreft het bevel waarbij wordt bepaald dat de persoon die ter beschikking is gesteld, alsnog (opnieuw of toch) van overheidswege zal worden verpleegd.

e. de beslissing ter zake van voortzetting of beëindiging van de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders.

Dit betreft de beslissing die genomen is over het voortzetten of beëindigen van de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders.

2. Het openbaar ministerie kan beroep instellen binnen veertien dagen na de beslissing van de rechter en de veroordeelde binnen veertien dagen na de betekening van de beslissing van de rechter.

Dit lid specificeert de termijnen voor het instellen van beroep. Het openbaar ministerie moet beroep instellen binnen veertien dagen nadat de rechter de beslissing heeft genomen. De veroordeelde persoon moet beroep instellen binnen veertien dagen nadat de beslissing van de rechter officieel aan hem of haar is meegedeeld (betekening).

3. Indien de vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling is toegewezen, doch artikel 6:6:13, vijfde lid, is toegepast, kan tegen de beslissing ter zake van verlenging slechts gelijktijdig met de beslissing omtrent de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege beroep worden ingesteld.

Dit lid bepaalt dat als de vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling is toegewezen, en tegelijkertijd artikel 6:6:13, vijfde lid, is toegepast, beroep tegen de beslissing tot verlenging alleen kan worden ingesteld samen met het beroep tegen de beslissing over de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege.

4. De artikelen 409, eerste lid, 410, 449, eerste lid, 450 tot en met 454 en 455, eerste lid, zijn van overeenkomstige toepassing.

Dit lid stelt dat de genoemde artikelen (409, eerste lid; 410; 449, eerste lid; 450 tot en met 454; en 455, eerste lid) op een vergelijkbare manier van toepassing zijn. Dit betekent dat de regels en procedures die in die artikelen zijn vastgelegd, ook gelden voor de situaties die in dit artikel worden beschreven.