Terug naar bibliotheek
Vierde Boek. Eenige rechtsplegingen van bijzonderen aard
Titel IIIb. Strafvordering ter zake van ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel
Artikel 511c

Artikel 511c (Schikking ontneming wederrechtelijk verkregen voordeel)

Laatste versie

De officier van justitie kan, zolang het onderzoek op de terechtzitting niet is gesloten, met de verdachte of veroordeelde een schriftelijke schikking aangaan tot betaling van een geldbedrag aan de staat of tot overdracht van voorwerpen ter gehele of gedeeltelijke ontneming van het ingevolge artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht voor ontneming vatbare wederrechtelijk verkregen voordeel.

Uitleg in duidelijke taal

De officier van justitie kan, zolang het onderzoek op de terechtzitting niet is gesloten, met de verdachte of veroordeelde een schriftelijke schikking aangaan tot betaling van een geldbedrag aan de staat of tot overdracht van voorwerpen ter gehele of gedeeltelijke ontneming van het ingevolge artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht voor ontneming vatbare wederrechtelijk verkregen voordeel.

Dit artikel bepaalt dat de officier van justitie de bevoegdheid heeft om een schriftelijke schikking aan te gaan met de verdachte of veroordeelde. Deze mogelijkheid bestaat zolang het onderzoek op de terechtzitting nog niet is afgesloten. De schriftelijke schikking kan inhouden dat de verdachte of veroordeelde een geldbedrag betaalt aan de staat, of dat voorwerpen worden overgedragen. Het doel van deze schriftelijke schikking is de gehele of gedeeltelijke ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel dat, ingevolge artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht, voor ontneming vatbaar is.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad78x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:600 - Hoge Raad - 22 april 2019

ECLI:NL:HR:2019:60022 april 2019Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad44x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:601 - Hoge Raad - 22 april 2019

ECLI:NL:HR:2019:60122 april 2019Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad26x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:602 - Kroongetuigenregeling en Levenslange Gevangenisstraf: Hoge Raad verwerpt cassatieberoep Passageproces - 22 april 2019

ECLI:NL:HR:2019:60222 april 2019Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat de kroongetuigenregeling (art. 226g Sv) correct is toegepast. Toezeggingen over ontneming en getuigenbescherming vallen buiten de rechterlijke toetsing van de deal. De levenslange gevangenisstraf, inclusief het huidige herbeoordelingsmechanisme na 25 jaar, is niet in strijd met artikel 3 EVRM.

StrafrechtStrafprocesrecht, Materieel Strafrecht, Penitentiair Strafrecht, Europees Strafrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:603 - Hoge Raad: Kroongetuigenafspraken en Levenslange Gevangenisstraf in Passageproces Toelaatbaar - 22 april 2019

ECLI:NL:HR:2019:60322 april 2019Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat de in het Passageproces gesloten kroongetuigenovereenkomsten, inclusief afspraken over bescherming en ontneming, rechtmatig zijn. Ook de opgelegde levenslange gevangenisstraf is, met de bestaande herbeoordelingsprocedure, niet in strijd met het EVRM. De veroordeling blijft in stand.

StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht, Penitentiair Strafrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Gerechtshof Amsterdam

ECLI:NL:GHAMS:2024:2975 - Gerechtshof Amsterdam - 24 oktober 2024

ECLI:NL:GHAMS:2024:297524 oktober 2024Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:604 - Grenzen van kroongetuigendeals: toezeggingen, ontneming en getuigenbescherming - 22 april 2019

ECLI:NL:HR:2019:60422 april 2019Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad verduidelijkt de wettelijke grenzen van toezeggingen aan kroongetuigen. Afspraken over getuigenbescherming en een gemotiveerd besluit tot niet-ontneming vallen buiten de strikte, rechterlijk getoetste deal over strafvermindering, maar vereisen wel transparantie naar de rechter-commissaris.

StrafrechtStrafprocesrecht
Rechtbank Oost-Brabant

ECLI:NL:RBOBR:2024:799 - Rechtbank Oost-Brabant - 3 maart 2024

ECLI:NL:RBOBR:2024:7993 maart 2024Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2012:BT2520 - Ontnemingsschikking: intrekking vordering en einde van de zaak - 13 februari 2012

ECLI:NL:HR:2012:BT252013 februari 2012Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak

Een ontnemingszaak eindigt pas van rechtswege na volledige voldoening aan een schikking, niet al bij het sluiten ervan. De intrekking van de vordering door de officier van justitie en de mededeling van de rechter dat de zaak is geëindigd, creëren geen gerechtvaardigd vertrouwen.

StrafrechtStrafprocesrecht
Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2021:112 - Faillissementsakkoord bindt Staat ook bij niet-ingediende ontnemingsvordering - 1 februari 2021

ECLI:NL:HR:2021:1121 februari 2021Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een gehomologeerd faillissementsakkoord is op grond van artikel 157 Fw verbindend voor de Staat met een ontnemingsvordering, ook als de Staat deze vordering niet heeft ingediend. De resterende vordering wordt een niet-afdwingbare natuurlijke verbintenis.

Civiel RechtInsolventierecht
StrafrechtStrafprocesrecht, Penitentiair Strafrecht
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2003:AF4161 - Hoge Raad - 31 maart 2003

ECLI:NL:HR:2003:AF416131 maart 2003Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak