Artikel 454 (Verklaring intrekking en afstand rechtsmiddelen)
1. Intrekking en afstand geschieden door eene verklaring, af te leggen op de griffie van het gerecht door of bij hetwelk de beslissing is gegeven of de handeling is verricht.
2. In het geval van artikel 453, tweede lid, wordt de verklaring afgelegd op de griffie van het gerechtshof. De griffier van het gerechtshof doet hiervan mededeling aan de griffier van het gerecht, bedoeld in het eerste lid.
3. De artikelen 450 en 451 zijn van overeenkomstige toepassing.
4. Intrekking en afstand kunnen door degene die is ingesloten in een van de in artikel 451a, eerste lid, genoemde gestichten ook geschieden door middel van een schriftelijke verklaring die hij doet toekomen aan het hoofd van het gesticht; artikel 451a, tweede, derde, en vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.
5. Met betrekking tot de intrekking en afstand van het hoger beroep, ingesteld door een getuige op de voet van het bepaalde in artikel 226b, tweede lid, is artikel 451b van overeenkomstige toepassing.
Uitleg in duidelijke taal
1. Intrekking en afstand geschieden door eene verklaring, af te leggen op de griffie van het gerecht door of bij hetwelk de beslissing is gegeven of de handeling is verricht.
Dit lid bepaalt dat intrekking en afstand plaatsvinden (geschieden) door middel van een verklaring. Deze verklaring moet worden afgelegd (af te leggen) op de griffie van het gerecht waar de beslissing is genomen (gegeven) of de handeling is uitgevoerd (verricht).
2. In het geval van artikel 453, tweede lid, wordt de verklaring afgelegd op de griffie van het gerechtshof. De griffier van het gerechtshof doet hiervan mededeling aan de griffier van het gerecht, bedoeld in het eerste lid.
Dit lid specificeert dat, indien de situatie van artikel 453, tweede lid, van toepassing is, de verklaring wordt afgelegd op de griffie van het gerechtshof. De griffier van dit gerechtshof informeert (doet mededeling) hierover de griffier van het gerecht dat in het eerste lid van dit artikel wordt genoemd.
3. De artikelen 450 en 451 zijn van overeenkomstige toepassing.
Dit lid stelt dat de bepalingen van de artikelen 450 en 451 op eenzelfde wijze (van overeenkomstige toepassing) gelden in deze context.
4. Intrekking en afstand kunnen door degene die is ingesloten in een van de in artikel 451a, eerste lid, genoemde gestichten ook geschieden door middel van een schriftelijke verklaring die hij doet toekomen aan het hoofd van het gesticht; artikel 451a, tweede, derde, en vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.
Dit lid geeft aan dat een persoon die gedetineerd is (is ingesloten) in een van de instellingen (gestichten) genoemd in artikel 451a, eerste lid, intrekking en afstand ook kan doen middels een schriftelijke verklaring. Deze verklaring moet hij overhandigen of toesturen (doet toekomen) aan het hoofd van de desbetreffende instelling. De bepalingen van artikel 451a, tweede, derde en vierde lid, zijn hierbij op eenzelfde wijze (van overeenkomstige toepassing) geldig.
5. Met betrekking tot de intrekking en afstand van het hoger beroep, ingesteld door een getuige op de voet van het bepaalde in artikel 226b, tweede lid, is artikel 451b van overeenkomstige toepassing.
Dit lid bepaalt dat voor de intrekking en afstand van een hoger beroep, dat door een getuige is ingesteld conform (op de voet van) de bepalingen in artikel 226b, tweede lid, artikel 451b op eenzelfde wijze (van overeenkomstige toepassing) geldt.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2022:1252 - Hoge Raad stelt kaders voor procesafspraken in strafzaken
Procesafspraken zijn toegestaan, maar de rechter behoudt zijn zelfstandige verantwoordelijkheid. De rechter moet toetsen of de verdachte vrijwillig, geïnformeerd en ondubbelzinnig afstand doet van verdedigingsrechten, en is niet gebonden aan het voorstel als de uitkomst onredelijk is in verhouding tot de ernst van de zaak.
ECLI:NL:HR:2011:BP2709
ECLI:NL:HR:2018:507 - Motiveringsplicht rechter bij onderbouwde verklaring herkomst geld in witwaszaak
De Hoge Raad oordeelt dat een hof de onderbouwde en met stukken gestaafde verklaring van een verdachte over de legale herkomst van geld in een witwaszaak niet ongemotiveerd terzijde mag schuiven. Het oordeel dat de verklaring onvoldoende is, moet begrijpelijk zijn.
ECLI:NL:HR:2016:2521 - Uitleg tenlastelegging en beperking hoger beroep: oordeel feitenrechter is leidend
De uitleg van een tenlastelegging is voorbehouden aan de feitenrechter. Als deze oordeelt dat geen sprake is van een (impliciet) cumulatieve tenlastelegging, maar van één feit, is een partiële intrekking van het hoger beroep niet mogelijk. Dit oordeel moet in cassatie worden gerespecteerd.
ECLI:NL:HR:2016:2526 - Uitleg tenlastelegging is beslissend voor omvang hoger beroep
De uitleg van een tenlastelegging is voorbehouden aan de feitenrechter. Diens oordeel dat een tenlastelegging niet cumulatief is, waardoor partiële intrekking van het hoger beroep niet mogelijk is, blijft in cassatie in stand zolang die uitleg niet onbegrijpelijk is.