Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Strafvordering in eersten aanleg
Titel VII. Bijzondere bepalingen voor het rechtsgeding voor de politierechter
Artikel 368

Artikel 368 (Vervolging politierechter eenvoudige zaken)

Het rechtsgeding wordt voor de politierechter vervolgd indien naar het aanvankelijke oordeel van het openbaar ministerie de zaak van eenvoudige aard is, in het bijzonder ook ten aanzien van het bewijs en de toepassing van de wet, terwijl de te requireren gevangenisstraf niet meer dan een jaar mag bedragen.

Uitleg in duidelijke taal

Het rechtsgeding wordt voor de politierechter vervolgd indien naar het aanvankelijke oordeel van het openbaar ministerie de zaak van eenvoudige aard is, in het bijzonder ook ten aanzien van het bewijs en de toepassing van de wet, terwijl de te requireren gevangenisstraf niet meer dan een jaar mag bedragen.

Dit artikel bepaalt dat een rechtszaak (rechtsgeding) voor de politierechter wordt gebracht (vervolgd) als het openbaar ministerie bij aanvang (naar het aanvankelijke oordeel) van mening is dat de zaak simpel van aard is (van eenvoudige aard is). Dit geldt in het bijzonder ook voor de bewijsvoering (ten aanzien van het bewijs) en de toepassing van de wet. Daarnaast mag de gevangenisstraf die het openbaar ministerie zal eisen (te requireren gevangenisstraf) niet meer dan een jaar bedragen.