Artikel 333 (Kennelijk niet-ontvankelijke benadeelde partij)
Indien naar het oordeel van de rechtbank de benadeelde partij kennelijk niet ontvankelijk is, kan zij zonder nader onderzoek van de zaak de niet ontvankelijkheid van de benadeelde partij uitspreken.
Uitleg in duidelijke taal
Indien naar het oordeel van de rechtbank de benadeelde partij kennelijk niet ontvankelijk is, kan zij zonder nader onderzoek van de zaak de niet ontvankelijkheid van de benadeelde partij uitspreken.
Dit artikel bepaalt dat als de rechtbank van oordeel is dat de benadeelde partij overduidelijk (kennelijk) niet ontvankelijk is in haar vordering, de rechtbank direct kan besluiten de niet-ontvankelijkheid van de benadeelde partij uit te spreken, zonder dat daarvoor een nader onderzoek van de zaak nodig is.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2019:793 - Overzichtsarrest vordering benadeelde partij: schadebegroting en motivering - 27 mei 2019
De Hoge Raad geeft een overzicht van de regels voor de vordering van de benadeelde partij. Dat de omvang van schade is geschat (art. 6:97 BW), staat toewijzing niet in de weg, mits de rechter zijn oordeel toereikend motiveert aan de hand van vaststaande feiten.
ECLI:NL:HR:2010:BM9405 - Kostenveroordeling verdachte bij niet-ontvankelijke benadeelde partij vereist nadere motivering - 22 november 2010
Indien een vordering van de benadeelde partij niet-ontvankelijk wordt verklaard omdat deze te complex is voor het strafgeding, moet de beslissing om de verdachte toch in de kosten van de benadeelde partij te veroordelen nader worden gemotiveerd. Een dergelijke kostenveroordeling volgt niet automatisch.
ECLI:NL:HR:2024:263 - Motiveringsplicht rechter bij toekenning immateriële schadevergoeding (art. 6:106 BW) - 26 februari 2024
De Hoge Raad stelt dat de toewijzing van een vordering voor immateriële schade ontoereikend is gemotiveerd als de rechter niet specificeert op welke grondslag van artikel 6:106 BW en op basis van welke vastgestelde feiten de vergoeding wordt toegekend. De enkele niet-betwisting door de verdachte volstaat niet.
ECLI:NL:HR:2006:AU8117 - Hoge Raad - 17 april 2006
ECLI:NL:HR:2019:1857 - Proceskosten benadeelde partij: rechter niet gebonden aan gevorderd bedrag - 25 november 2019
De rechter is bij het vaststellen van de proceskosten van de benadeelde partij niet gebonden aan het door haar gevorderde bedrag. De begroting is een feitelijke beslissing die geen motivering behoeft en waarbij de rechter, conform artikel 592a Sv, het liquidatietarief als uitgangspunt mag hanteren.