Artikel 316 (Inschakeling rechter-commissaris voor nader onderzoek)
1. Indien enig onderzoek door de rechter-commissaris noodzakelijk blijkt, stelt de rechtbank met schorsing van het onderzoek ter terechtzitting onder aanduiding van het onderwerp van het onderzoek en, zo nodig, van de wijze waarop dit zal zijn in te stellen, de stukken in handen van de rechter-commissaris.
2. In het geval het onderzoek uitsluitend zal bestaan in het horen van getuigen of het verlenen van een opdracht aan, het benoemen en horen van deskundigen kan de rechtbank de zaak verwijzen naar de rechter-commissaris dan wel, indien de officier van justitie en de verdachte daarmee instemmen, de voorzitter of een der rechters die over de zaak oordelen als rechter-commissaris aanwijzen. Deze rechter kan aan het verdere onderzoek ter terechtzitting deelnemen, tenzij bij het horen van getuigen of deskundigen is bepaald dat de verdachte of diens raadsman daar niet bij tegenwoordig mag zijn.
3. Het onderzoek wordt overeenkomstig de bepalingen van de tweede tot en met de vijfde en zevende afdeling van de Derde Titel van dit Boek gevoerd.
Uitleg in duidelijke taal
1. Indien enig onderzoek door de rechter-commissaris noodzakelijk blijkt, stelt de rechtbank met schorsing van het onderzoek ter terechtzitting onder aanduiding van het onderwerp van het onderzoek en, zo nodig, van de wijze waarop dit zal zijn in te stellen, de stukken in handen van de rechter-commissaris.
Dit lid bepaalt dat als de rechtbank oordeelt dat enig onderzoek door de rechter-commissaris noodzakelijk is, de rechtbank het onderzoek ter terechtzitting schorst. De rechtbank geeft daarbij aan wat het onderwerp van het onderzoek is en, indien nodig, hoe dit onderzoek moet worden ingesteld. Vervolgens geeft de rechtbank de processtukken aan de rechter-commissaris.
2. In het geval het onderzoek uitsluitend zal bestaan in het horen van getuigen of het verlenen van een opdracht aan, het benoemen en horen van deskundigen kan de rechtbank de zaak verwijzen naar de rechter-commissaris dan wel, indien de officier van justitie en de verdachte daarmee instemmen, de voorzitter of een der rechters die over de zaak oordelen als rechter-commissaris aanwijzen. Deze rechter kan aan het verdere onderzoek ter terechtzitting deelnemen, tenzij bij het horen van getuigen of deskundigen is bepaald dat de verdachte of diens raadsman daar niet bij tegenwoordig mag zijn.
Dit lid beschrijft dat als het onderzoek alleen bestaat uit het horen van getuigen of het geven van een opdracht aan deskundigen, inclusief hun benoeming en het horen van hen, de rechtbank twee opties heeft. De rechtbank kan de zaak verwijzen naar de rechter-commissaris. Als alternatief kan de rechtbank, met instemming van de officier van justitie en de verdachte, de voorzitter of een van de rechters die over de zaak oordelen, aanwijzen als rechter-commissaris voor dit specifieke onderzoek. De rechter die aldus als rechter-commissaris is aangewezen, mag deelnemen aan het verdere onderzoek op de terechtzitting. Een uitzondering hierop is als bij het horen van getuigen of deskundigen is besloten dat de verdachte of diens raadsman niet aanwezig mag zijn.
3. Het onderzoek wordt overeenkomstig de bepalingen van de tweede tot en met de vijfde en zevende afdeling van de Derde Titel van dit Boek gevoerd.
Dit lid stelt dat het onderzoek, zoals bedoeld in de voorgaande leden, moet worden uitgevoerd volgens de regels die zijn vastgelegd in de tweede tot en met de vijfde en de zevende afdeling van de Derde Titel van dit Wetboek van Strafvordering.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2014:1496 - Hoge Raad - 30 juni 2014
ECLI:NL:HR:2019:600 - Hoge Raad - 22 april 2019
ECLI:NL:HR:2015:505 - Regiebevoegdheid rechter-commissaris na dagvaarding of verwijzing door zittingsrechter - 2 maart 2015
De Hoge Raad stelt dat de rechter-commissaris na dagvaarding of verwijzing door de zittingsrechter (art. 316 Sv) geen nieuwe onderzoekswensen (art. 181/183 Sv) meer in behandeling neemt. Tegen afwijzing van zulke wensen staat dan ook geen bezwaarschrift of hoger beroep meer open.
ECLI:NL:HR:2020:1072 - Motiveringsplicht bij conflicterende deskundigenrapporten in shakenbabysyndroom-zaak - 22 juni 2020
De feitenrechter mag een deskundigenrapport gebruiken, zelfs als andere deskundigen tot afwijkende conclusies komen. De rechter moet een uitdrukkelijk onderbouwd standpunt dat op deze conflicterende rapporten is gebaseerd gemotiveerd verwerpen, maar hoeft niet op elk detail van de argumentatie in te gaan.
ECLI:NL:HR:2014:3302 - Noodzaakcriterium voor deskundigenonderzoek naar betrouwbaarheid getuige tijdens zitting - 17 november 2014
Een verzoek om een deskundigenonderzoek naar de betrouwbaarheid van een getuigenverklaring, gedaan ter terechtzitting in hoger beroep, wordt getoetst aan het noodzaakcriterium (art. 316 Sv). Het hof mag dit verzoek afwijzen als het zich voldoende ingelicht acht om zelf de betrouwbaarheid te beoordelen.
ECLI:NL:HR:2014:2856 - Afwijzing verzoek deskundige ter zitting: de juiste maatstaf is het noodzakelijkheidscriterium - 29 september 2014
De Hoge Raad oordeelt dat een verzoek tot het benoemen van een deskundige, gedaan ter terechtzitting in hoger beroep, beoordeeld moet worden aan de hand van het noodzakelijkheidscriterium. De rechter moet vaststellen of de noodzaak van het verzochte onderzoek is gebleken (art. 316 Sv).
ECLI:NL:HR:2023:946 - Steunbewijs en schakelbewijs in zedenzaken bij ontbreken ondervragingsverzoek - 26 juni 2023
De Hoge Raad oordeelt dat verklaringen van slachtoffers in een zedenzaak voor het bewijs mogen worden gebruikt zonder dat zij zijn gehoord, wanneer de verdediging hier niet om heeft verzocht. Voldoende steunbewijs en schakelbewijs kunnen de bewezenverklaring dragen, conform de bewijsminimumregel van artikel 342 lid 2 Sv.
ECLI:NL:HR:2001:AD4727 - Hoge Raad - 22 oktober 2001
ECLI:NL:HR:2012:BX0863 - Niet-herhaald getuigenverzoek, denaturering getuigenverklaring en aanvulling Promis-arrest - 5 november 2012
Indien het hof een getuigenverzoek toewijst door verwijzing naar de rechter-commissaris en de getuigen onvindbaar blijken, moet de verdediging een nieuw, onderbouwd verzoek doen. Een uitgewerkt Promis-arrest mag niet later worden aangevuld met bewijsmiddelen, al leidt dit niet tot nietigheid. Een verklaring denatureert niet als het hof deze begrijpelijk uitlegt.