Artikel 289 (Afzondering en volgorde getuigen ter zitting)
1. De voorzitter beveelt dat de getuigen zich zullen begeven naar het voor hen bestemde vertrek, met uitzondering van de eerste getuige die zal worden gehoord.
2. Hij kan, gehoord de officier van justitie en de verdachte, de getuige toestaan zich voor het afleggen van zijn verklaring tot een bepaald tijdstip te verwijderen.
3. Hij neemt zo nodig maatregelen om de getuigen te beletten dat zij voor het afleggen van hun verklaring op de terechtzitting
a. zich met elkaar onderhouden dan wel b. kennis nemen van eerder ter terechtzitting afgelegde verklaringen van andere getuigen en de verdachte.
4. De voorzitter bepaalt met inachtneming van artikel 292, vierde lid, in welke volgorde de getuigen worden gehoord.
Uitleg in duidelijke taal
1. De voorzitter beveelt dat de getuigen zich zullen begeven naar het voor hen bestemde vertrek, met uitzondering van de eerste getuige die zal worden gehoord.
Dit betekent letterlijk dat de voorzitter van de rechtbank het bevel geeft dat de getuigen naar een aparte ruimte moeten gaan die voor hen is bedoeld. Een uitzondering hierop is de getuige die als eerste zal worden ondervraagd.
2. Hij kan, gehoord de officier van justitie en de verdachte, de getuige toestaan zich voor het afleggen van zijn verklaring tot een bepaald tijdstip te verwijderen.
Dit betekent letterlijk dat de voorzitter de mogelijkheid heeft om, nadat hij de officier van justitie en de verdachte hierover heeft gehoord, een getuige toe te staan om zich tijdelijk te verwijderen tot een specifiek tijdstip, voordat deze getuige zijn of haar verklaring aflegt.
3. Hij neemt zo nodig maatregelen om de getuigen te beletten dat zij voor het afleggen van hun verklaring op de terechtzitting
Dit betekent letterlijk dat de voorzitter, indien dit noodzakelijk is, maatregelen treft om te voorkomen (beletten) dat getuigen, voordat zij hun verklaring op de terechtzitting afleggen, het volgende doen:
a. zich met elkaar onderhouden dan wel
Dit betekent letterlijk dat zij met elkaar praten of overleggen (zich met elkaar onderhouden), ofwel
b. kennis nemen van eerder ter terechtzitting afgelegde verklaringen van andere getuigen en de verdachte.
Dit betekent letterlijk dat zij kennis nemen van verklaringen die eerder tijdens de terechtzitting zijn afgelegd door andere getuigen en door de verdachte.
4. De voorzitter bepaalt met inachtneming van artikel 292, vierde lid, in welke volgorde de getuigen worden gehoord.
Dit betekent letterlijk dat de voorzitter vaststelt in welke volgorde de getuigen zullen worden ondervraagd. Dit doet hij rekening houdend met (met inachtneming van) de bepalingen in artikel 292, vierde lid.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:1994:AB7528
ECLI:NL:HR:2018:610 - Onderbouwing Getuigenverzoek: Eisen aan Verdediging en het Ondervragingsrecht
De Hoge Raad oordeelt dat een hof een verzoek tot het horen van belastende getuigen mag afwijzen wegens onvoldoende onderbouwing door de verdediging. Dit is niet in strijd met het ondervragingsrecht (art. 6 EVRM), zelfs niet als de getuigenverklaringen voor het bewijs worden gebruikt.