Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Strafvordering in eersten aanleg
Titel VI. Behandeling van de zaak door de rechtbank
Eerste afdeling. Onderzoek op de terechtzitting
Artikel 285

Artikel 285 (Voeging en splitsing strafzaken terechtzitting)

Laatste versie

1. Worden strafbare feiten waarvan de voeging had behoren te geschieden, op dezelfde terechtzitting afzonderlijk aangebracht, dan beveelt de rechtbank dat de voeging alsnog zal plaats vinden.

2. Indien strafbare feiten waartussen verband bestaat of welke door dezelfde persoon zijn begaan op verschillende terechtzittingen zijn aangebracht, maar de behandeling op dezelfde terechtzitting wordt hervat of aangevangen, beveelt de rechtbank eveneens de voeging, indien dit in het belang van het onderzoek is.

3. De rechtbank beveelt de splitsing van gevoegde zaken, indien haar blijkt dat geen verband tussen die zaken bestaat of dat de voeging niet in het belang van het onderzoek is.

Uitleg in duidelijke taal

1. Worden strafbare feiten waarvan de voeging had behoren te geschieden, op dezelfde terechtzitting afzonderlijk aangebracht, dan beveelt de rechtbank dat de voeging alsnog zal plaats vinden.

Dit betekent letterlijk: Indien strafbare feiten, waarvan de samenvoeging (voeging) had moeten plaatsvinden (had behoren te geschieden), op dezelfde terechtzitting afzonderlijk worden aangebracht, dan beveelt de rechtbank dat de samenvoeging (voeging) alsnog zal gebeuren (plaats vinden).

2. Indien strafbare feiten waartussen verband bestaat of welke door dezelfde persoon zijn begaan op verschillende terechtzittingen zijn aangebracht, maar de behandeling op dezelfde terechtzitting wordt hervat of aangevangen, beveelt de rechtbank eveneens de voeging, indien dit in het belang van het onderzoek is.

Dit betekent letterlijk: Indien strafbare feiten waartussen een verband bestaat, of welke door dezelfde persoon zijn gepleegd (begaan), op verschillende terechtzittingen zijn aangebracht, maar de behandeling daarvan op dezelfde terechtzitting wordt voortgezet (hervat) of gestart (aangevangen), dan beveelt de rechtbank ook de samenvoeging (voeging), indien dit in het belang van het onderzoek is.

3. De rechtbank beveelt de splitsing van gevoegde zaken, indien haar blijkt dat geen verband tussen die zaken bestaat of dat de voeging niet in het belang van het onderzoek is.

Dit betekent letterlijk: De rechtbank beveelt de splitsing van reeds samengevoegde (gevoegde) zaken, indien voor de rechtbank duidelijk wordt (haar blijkt) dat er geen verband tussen die zaken bestaat, of dat de samenvoeging (voeging) niet in het belang van het onderzoek is.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad17x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2001:AB1502

ECLI:NL:HR:2001:AB15028 mei 2001Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtStrafprocesrecht
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2005:AT8328

ECLI:NL:HR:2005:AT832827 september 2005Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Hoge Raad4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2004:AO0616

ECLI:NL:HR:2004:AO061620 april 2004Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtStrafprocesrecht, Materieel Strafrecht
Hoge Raad3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2004:AO8335

ECLI:NL:HR:2004:AO83358 juni 2004Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2024:42

ECLI:NL:HR:2024:4223 januari 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtStrafprocesrecht, Penitentiair Strafrecht
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2021:1801

ECLI:NL:HR:2021:180130 november 2021Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:2

ECLI:NL:HR:2020:27 januari 2020Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2008:BD6568

ECLI:NL:HR:2008:BD656821 oktober 2008Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2001:AD4383

ECLI:NL:HR:2001:AD438330 oktober 2001Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2018:2351 - Gevangenneming voor nieuw feit tijdens lopende voorlopige hechtenis is toegestaan

ECLI:NL:HR:2018:235118 december 2018Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat een rechter de gevangenneming van een verdachte kan bevelen voor een nieuw feit, ook als die verdachte al in voorlopige hechtenis zit voor een ander feit. Art. 65 lid 2 Sv staat hier niet aan in de weg.

StrafrechtStrafprocesrecht