Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Strafvordering in eersten aanleg
Titel IV. Beslissingen omtrent verdere vervolging
Artikel 255a

Artikel 255a (Gevolgen strafbeschikking voor verdere vervolging)

Laatste versie

1. Indien tegen de verdachte een strafbeschikking is uitgevaardigd die volledig ten uitvoer is gelegd, kan hij, behoudens het bepaalde bij artikel 12i, ter zake van hetzelfde feit niet opnieuw in rechten worden betrokken.

2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing indien de officier van justitie een strafbeschikking intrekt.

3. Indien de verdachte wegens een in een strafbeschikking vermeld feit wordt gedagvaard, is de strafbeschikking niet meer voor tenuitvoerlegging vatbaar. De tenuitvoerlegging die reeds is aangevangen, wordt geschorst of opgeschort.

Uitleg in duidelijke taal

1. Indien tegen de verdachte een strafbeschikking is uitgevaardigd die volledig ten uitvoer is gelegd, kan hij, behoudens het bepaalde bij artikel 12i, ter zake van hetzelfde feit niet opnieuw in rechten worden betrokken.

Dit betekent dat indien een strafbeschikking is uitgevaardigd tegen de verdachte en deze strafbeschikking volledig ten uitvoer is gelegd, de verdachte ter zake van hetzelfde feit niet opnieuw in rechten kan worden betrokken. Dit geldt behoudens het bepaalde bij artikel 12i.

2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing indien de officier van justitie een strafbeschikking intrekt.

Dit betekent dat het eerste lid van overeenkomstige toepassing is als de officier van justitie een strafbeschikking intrekt.

3. Indien de verdachte wegens een in een strafbeschikking vermeld feit wordt gedagvaard, is de strafbeschikking niet meer voor tenuitvoerlegging vatbaar. De tenuitvoerlegging die reeds is aangevangen, wordt geschorst of opgeschort.

Dit betekent dat indien de verdachte wegens een in een strafbeschikking vermeld feit wordt gedagvaard, de strafbeschikking niet meer voor tenuitvoerlegging vatbaar is. De tenuitvoerlegging die reeds is aangevangen, wordt geschorst of opgeschort.