Artikel 227 (Benoeming deskundigen door rechter-commissaris)
1. De rechter-commissaris kan in het belang van het onderzoek ambtshalve, op vordering van de officier van justitie of op verzoek van de verdachte, een of meer deskundigen benoemen.
2. Bij het verzoek van de verdachte om een deskundige te benoemen kan hij een of meer personen als deskundige aanbevelen. Tenzij het belang van het onderzoek zich hiertegen verzet, kiest de rechter-commissaris een of meer der deskundigen uit de door de verdachte aanbevolen personen. Artikel 51k, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing.
Uitleg in duidelijke taal
1. De rechter-commissaris kan in het belang van het onderzoek ambtshalve, op vordering van de officier van justitie of op verzoek van de verdachte, een of meer deskundigen benoemen.
Dit lid stelt dat de rechter-commissaris de bevoegdheid heeft om, wanneer dit in het belang van het onderzoek is, één of meerdere deskundigen te benoemen. Dit kan de rechter-commissaris doen uit eigen beweging (ambtshalve), op vordering van de officier van justitie, of op verzoek van de verdachte.
2. Bij het verzoek van de verdachte om een deskundige te benoemen kan hij een of meer personen als deskundige aanbevelen. Tenzij het belang van het onderzoek zich hiertegen verzet, kiest de rechter-commissaris een of meer der deskundigen uit de door de verdachte aanbevolen personen. Artikel 51k, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing.
Dit lid specificeert dat wanneer de verdachte een verzoek indient om een deskundige te benoemen, de verdachte daarbij één of meer personen als deskundige mag aanbevelen. De rechter-commissaris kiest vervolgens één of meer deskundigen uit de door de verdachte aanbevolen personen, tenzij het belang van het onderzoek zich hiertegen verzet. Verder wordt vermeld dat artikel 51k, tweede lid, hierbij van overeenkomstige toepassing is.