Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Strafvordering in eersten aanleg
Titel I. Het opsporingsonderzoek
Vijfde afdeeling. Beslissingen omtrent vervolging
Artikel 167

Artikel 167 (Vervolgingsbeslissing en sepot op algemeen belang)

Laatste versie

1. Indien naar aanleiding van het ingestelde opsporingsonderzoek het openbaar ministerie van oordeel is dat vervolging moet plaats hebben, door het uitvaardigen van een strafbeschikking of anderszins, gaat het daartoe zoo spoedig mogelijk over.

2. Van vervolging kan worden afgezien op gronden aan het algemeen belang ontleend. Het openbaar ministerie kan, onder het stellen van bepaalde voorwaarden, de beslissing of vervolging plaats moet hebben voor een daarbij te bepalen termijn uitstellen.

Uitleg in duidelijke taal

1. Indien naar aanleiding van het ingestelde opsporingsonderzoek het openbaar ministerie van oordeel is dat vervolging moet plaats hebben, door het uitvaardigen van een strafbeschikking of anderszins, gaat het daartoe zoo spoedig mogelijk over.

Dit betekent dat als het openbaar ministerie na het ingestelde opsporingsonderzoek oordeelt dat vervolging moet plaatshebben, bijvoorbeeld door een strafbeschikking uit te vaardigen of op een andere manier, het daartoe (tot die vervolging) zo spoedig mogelijk overgaat.

2. Van vervolging kan worden afgezien op gronden aan het algemeen belang ontleend. Het openbaar ministerie kan, onder het stellen van bepaalde voorwaarden, de beslissing of vervolging plaats moet hebben voor een daarbij te bepalen termijn uitstellen.

Dit betekent dat van vervolging kan worden afgezien op gronden die zijn ontleend aan het algemeen belang. Daarnaast kan het openbaar ministerie, als het bepaalde voorwaarden stelt, de beslissing of vervolging moet plaatshebben, uitstellen voor een door het openbaar ministerie daarbij te bepalen termijn.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad295x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:1252 - Hoge Raad stelt kaders voor procesafspraken in strafzaken - 26 september 2022

ECLI:NL:HR:2022:125226 september 2022Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Procesafspraken zijn toegestaan, maar de rechter behoudt zijn zelfstandige verantwoordelijkheid. De rechter moet toetsen of de verdachte vrijwillig, geïnformeerd en ondubbelzinnig afstand doet van verdedigingsrechten, en is niet gebonden aan het voorstel als de uitkomst onredelijk is in verhouding tot de ernst van de zaak.

StrafrechtStrafprocesrecht, Europees Strafrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad264x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2012:BX4280 - Vervolgingsbeslissing OM: zware motiveringseis voor niet-ontvankelijkheid - 5 november 2012

ECLI:NL:HR:2012:BX42805 november 2012Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak

De beslissing van het Openbaar Ministerie om te vervolgen wordt slechts zeer beperkt rechterlijk getoetst. Niet-ontvankelijkheid is enkel mogelijk in uitzonderlijke gevallen. De rechter moet dan met zware motiveringseisen aantonen dat geen redelijk handelend lid van het OM tot vervolging had kunnen besluiten.

Hoge Raad160x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2013:7 - Checkpoint: Grenzen aan rechterlijke toetsing van de vervolgingsbeslissing bij gedoogbeleid - 1 juli 2013

ECLI:NL:HR:2013:71 juli 2013Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat de beslissing tot vervolging slechts zeer beperkt getoetst kan worden. Het enkel gedogen van stelselmatige overtredingen van gedoogvoorwaarden, zelfs binnen een driehoeksoverleg, wekt geen gerechtvaardigd vertrouwen dat vervolging achterwege blijft. De vervolgingsbeslissing is niet willekeurig als er een strafvorderlijk belang is.

StrafrechtStrafprocesrecht, Materieel Strafrecht
Hoge Raad68x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:23 - Gedoogbeleid Coffeeshop: Passief gedogen wekt geen gerechtvaardigd vertrouwen - 18 januari 2016

ECLI:NL:HR:2016:2318 januari 2016Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

Passief gedogen van een grote, externe voorraad door een coffeeshophouder is onvoldoende om het gerechtvaardigd vertrouwen te wekken dat geen vervolging zal plaatsvinden. De vervolgingsbeslissing van het Openbaar Ministerie is slechts in zeer beperkte mate toetsbaar door de rechter.

StrafrechtStrafprocesrecht, Materieel Strafrecht, Financieel Economisch Strafrecht
BestuursrechtBestuursprocesrecht
Hoge Raad31x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:1633 - Hoge eisen aan niet-ontvankelijkheid OM ondanks disproportioneel optreden - 28 oktober 2019

ECLI:NL:HR:2019:163328 oktober 2019Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad stelt dat een disproportionele beperking van het demonstratierecht door politieoptreden niet automatisch leidt tot niet-ontvankelijkheid van het OM. De rechter moet de vervolgingsbeslissing terughoudend toetsen. Een eventuele schending van het demonstratierecht kan wel meewegen bij de vragen over strafbaarheid of strafmaat.

StrafrechtStrafprocesrecht, Materieel Strafrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad26x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:740 - Checkpoint II: Toetsing vervolgingsbeslissing OM bij gedogen en criminele organisatie - 25 april 2016

ECLI:NL:HR:2016:74025 april 2016Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad stelt dat voor een geslaagd beroep op gerechtvaardigd vertrouwen om niet vervolgd te worden, dit vertrouwen gewekt moet zijn door het OM zelf. Gedragingen van de gemeente zijn daartoe onvoldoende. Voor niet-ontvankelijkheid wegens willekeur gelden zware motiveringseisen.

Hoge Raad23x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:1472 - Verklaring einde zaak (art. 36 Sv): niet na aanvang onderzoek ter terechtzitting - 30 september 2019

ECLI:NL:HR:2019:147230 september 2019Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een verklaring dat een strafzaak is geëindigd (art. 36 Sv) kan niet meer worden gegeven nadat het onderzoek ter terechtzitting is aangevangen. Overschrijding van de redelijke termijn is evenmin een grondslag, aangezien dit slechts kan leiden tot strafvermindering en niet tot beëindiging van de vervolging.

Hoge Raad23x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:513 - Hoge Raad - 2 maart 2015

ECLI:NL:HR:2015:5132 maart 2015Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad22x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:742 - Checkpoint II: Toetsing vervolgingsbeslissing en opgewekt vertrouwen bij coffeeshopbeleid - 25 april 2016

ECLI:NL:HR:2016:74225 april 2016Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat een vervolgingsbeslissing slechts zeer beperkt getoetst wordt. Gerechtvaardigd vertrouwen dat vervolging uitblijft, kan in beginsel niet worden gebaseerd op gedragingen van de gemeente, maar enkel op die van het Openbaar Ministerie zelf of gedragingen die daaraan zijn toe te rekenen.

Hoge Raad19x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2011:BP0287 - Smaad, Vrijheid van Meningsuiting en de Deventer Moordzaak - 13 juni 2011

ECLI:NL:HR:2011:BP028713 juni 2011Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

Een strafrechtelijke veroordeling voor smaad kan een gerechtvaardigde inperking van de vrijheid van meningsuiting (art. 10 EVRM) zijn. Het publiekelijk en volhardend aanwijzen van een privépersoon als moordenaar, zelfs in het kader van een maatschappelijk debat over justitie, overschrijdt de grenzen van die vrijheid.