Artikel 138 (Definities beschikkingen, rechterlijke beslissingen, uitspraken, einduitspraken)
Worden verstaan: onder beschikkingen de niet op de terechtzitting gegeven beslissingen; onder rechterlijke beslissingen zowel de beschikkingen van een rechter als de uitspraken; onder uitspraken de op de terechtzitting gegeven beslissingen; onder einduitspraken de uitspraken tot schorsing der vervolging of tot verklaring van onbevoegdheid, niet-ontvankelijkheid of nietigheid van dagvaarding, en die welke na afloop van het geheele onderzoek op de terechtzitting over de zaak worden gedaan.
Uitleg in duidelijke taal
Worden verstaan:
Dit betekent dat de hiernavolgende termen in dit wetboek de volgende betekenis hebben:
onder beschikkingen de niet op de terechtzitting gegeven beslissingen;
Onder de term 'beschikkingen' worden die beslissingen begrepen die niet gedurende een terechtzitting worden genomen.
onder rechterlijke beslissingen zowel de beschikkingen van een rechter als de uitspraken;
Onder 'rechterlijke beslissingen' worden zowel de 'beschikkingen' van een rechter (zoals hierboven omschreven) als de 'uitspraken' (zoals hieronder omschreven) verstaan.
onder uitspraken de op de terechtzitting gegeven beslissingen;
Onder de term 'uitspraken' worden die beslissingen begrepen die juist wel gedurende een terechtzitting worden genomen.
onder einduitspraken de uitspraken tot schorsing der vervolging of tot verklaring van onbevoegdheid, niet-ontvankelijkheid of nietigheid van dagvaarding, en die welke na afloop van het geheele onderzoek op de terechtzitting over de zaak worden gedaan.
- uitspraken die leiden tot schorsing der vervolging,
- uitspraken die een verklaring van onbevoegdheid inhouden,
- uitspraken die een verklaring van niet-ontvankelijkheid inhouden,
- uitspraken die een verklaring van nietigheid van de dagvaarding inhouden,
- en die uitspraken die gedaan worden over de zaak zelf, nadat het geheele onderzoek op de terechtzitting is afgesloten.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2019:1932 - Termijnoverschrijding ontnemingsvordering: niet altijd fataal bij bijzondere omstandigheden
Overschrijding van de tweejaarstermijn voor het aanhangig maken van een ontnemingsvordering leidt niet automatisch tot niet-ontvankelijkheid. Onder bijzondere omstandigheden, zoals een eerdere tijdige vordering bij een onbevoegde rechter en een spoedige herhaling bij de bevoegde rechter, kan de vordering ontvankelijk blijven.
ECLI:NL:HR:2016:1
ECLI:NL:HR:2015:257
ECLI:NL:HR:2004:AN9235
ECLI:NL:HR:2022:1075 - Oplichting vereist daadwerkelijk 'bewegen' slachtoffer; motiveringsplicht bij betwiste kasopstelling
Voor voltooide oplichting is vereist dat het slachtoffer daadwerkelijk is bewogen tot een handeling. Het manipuleren van een energiemeter is onvoldoende als niet blijkt dat het energiebedrijf de schuld ook echt heeft kwijtgescholden. Daarnaast moet een rechter specifiek motiveren waarom hij een betwiste kasopstelling voor het bewijs gebruikt.