Artikel 38
1 Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten kunnen onderling regelingen treffen.
2 In onderling overleg kan worden bepaald, dat zodanige regeling en de wijziging daarvan bij of krachtens rijkswet wordt vastgesteld. In buitengewone gevallen van dringende aard kan de vaststelling geschieden bij een niet op een rijkswet berustende algemene maatregel van rijksbestuur met een werkingsduur van ten hoogste twee jaren. Na deze termijn van twee jaren vervalt een niet op een rijkswet berustende algemene maatregel van rijksbestuur van rechtswege.
3 Omtrent privaatrechtelijke en strafrechtelijke onderwerpen van interregionale of internationale aard kunnen bij rijkswet regelen worden gesteld, indien omtrent deze regelen overeenstemming tussen de regeringen der betrokken landen bestaat.
4 In het onderwerp van de zetelverplaatsing van rechtspersonen wordt bij rijkswet voorzien. Omtrent deze voorziening is overeenstemming tussen de regeringen der landen vereist.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2014:1063
ECLI:NL:HR:2016:1361 - Levenslange Gevangenisstraf Curaçao: Toetsing en Tenuitvoerlegging Binnen het Koninkrijk
De Hoge Raad oordeelt dat de Curaçaose regeling voor herbeoordeling van een levenslange straf (art. 1:30 Sr) van toepassing blijft bij tenuitvoerlegging in Nederland. Het ontbreken van een hoger beroep tegen deze herbeoordelingsbeslissing maakt de regeling niet onverbindend of strijdig met het IVBPR.