Artikel 96 (Strafbaarheid samenspanning en voorbereiding staatsmisdrijven)
1. De samenspanning tot een der in de artikelen 92-95a omschreven misdrijven wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste tien jaren of geldboete van de vijfde categorie.
2. Dezelfde straf is toepasselijk op hem die, met het oogmerk om een der in de artikelen 92-95a omschreven misdrijven voor te bereiden of te bevorderen:
1°. een ander tracht te bewegen om het misdrijf te plegen, te doen plegen of mede te plegen, om daarbij behulpzaam te zijn of om daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen te verschaffen; 2°. gelegenheid, middelen of inlichtingen tot het plegen van het misdrijf zich of anderen tracht te verschaffen; 3°. voorwerpen voorhanden heeft waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van het misdrijf; 4°. plannen voor de uitvoering van het misdrijf, welke bestemd zijn om aan anderen te worden medegedeeld, in gereedheid brengt of onder zich heeft; 5°. enige maatregel van regeringswege genomen om de uitvoering van het misdrijf te voorkomen of te onderdrukken, tracht te beletten, te belemmeren of te verijdelen.
Uitleg in duidelijke taal
1. De samenspanning tot een der in de artikelen 92-95a omschreven misdrijven wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste tien jaren of geldboete van de vijfde categorie.
Dit lid bepaalt dat samenspanning met het doel om een van de misdrijven te plegen die omschreven zijn in de artikelen 92 tot en met 95a, wordt gestraft. De straf hiervoor is een gevangenisstraf van maximaal tien jaar of een geldboete van de vijfde categorie.
2. Dezelfde straf is toepasselijk op hem die, met het oogmerk om een der in de artikelen 92-95a omschreven misdrijven voor te bereiden of te bevorderen:
Dit lid stelt dat dezelfde straf (zoals genoemd in lid 1) van toepassing is op de persoon die de bedoeling (het oogmerk) heeft om een van de in de artikelen 92 tot en met 95a omschreven misdrijven voor te bereiden of te bevorderen, en daartoe een van de hierna volgende handelingen verricht:
1°. een ander tracht te bewegen om het misdrijf te plegen, te doen plegen of mede te plegen, om daarbij behulpzaam te zijn of om daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen te verschaffen;
Dit betreft de situatie waarin iemand een ander probeert over te halen (tracht te bewegen) om het misdrijf te plegen, te laten plegen (doen plegen) of samen met anderen te plegen (mede te plegen). Dit omvat ook het proberen een ander te bewegen om bij het misdrijf behulpzaam te zijn of om daarvoor gelegenheid, middelen of inlichtingen te geven.
2°. gelegenheid, middelen of inlichtingen tot het plegen van het misdrijf zich of anderen tracht te verschaffen;
Dit beschrijft de situatie waarin iemand probeert (tracht te verschaffen) voor zichzelf of voor anderen de gelegenheid, de middelen of de inlichtingen te verkrijgen die nodig zijn om het misdrijf te plegen.
3°. voorwerpen voorhanden heeft waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van het misdrijf;
Dit gaat over de situatie waarin iemand voorwerpen in zijn bezit heeft (voorhanden heeft) waarvan hij weet dat deze voorwerpen bedoeld zijn (bestemd zijn) om het misdrijf mee te plegen.
4°. plannen voor de uitvoering van het misdrijf, welke bestemd zijn om aan anderen te worden medegedeeld, in gereedheid brengt of onder zich heeft;
Dit betreft de situatie waarin iemand plannen voor de uitvoering van het misdrijf, die bedoeld zijn om aan andere personen te worden doorgegeven (medegedeeld), klaarmaakt (in gereedheid brengt) of in zijn bezit heeft (onder zich heeft).
5°. enige maatregel van regeringswege genomen om de uitvoering van het misdrijf te voorkomen of te onderdrukken, tracht te beletten, te belemmeren of te verijdelen.
Dit beschrijft de situatie waarin iemand probeert (tracht) een maatregel die door de regering is genomen (van regeringswege) om de uitvoering van het misdrijf te voorkomen of te stoppen (onderdrukken), tegen te houden (beletten), te hinderen (belemmeren) of te doen mislukken (verijdelen).
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2017:416 - Voorbereiding terroristisch misdrijf: oogmerk volstaat, concrete plannen niet vereist
Voor voorbereiding van een terroristisch misdrijf (art. 96 lid 2 Sr) is het oogmerk van de verdachte voldoende. Het is niet vereist dat het misdrijf naar tijd, plaats en wijze van uitvoering concreet vaststaat. Ook wordt 'werven van gelden' (art. 140 lid 4 Sr) uitgelegd.
ECLI:NL:HR:2019:906 - Aansluiten bij strijdgroep voldoende concreet oogmerk voor voorbereiding terrorisme
Voor een veroordeling wegens voorbereiding van terroristische misdrijven is het oogmerk van de verdachte voldoende concreet als vaststaat dat hij zich wilde aansluiten bij een specifieke jihadistische strijdgroep. Een gedetailleerd plan over tijd, plaats en wijze van de te plegen misdrijven is niet vereist.
ECLI:NL:HR:2011:BP7544
ECLI:NL:HR:2016:1011 - Artikel 134a Sr: online zelfstudie als training voor terrorisme
Gedragingen vallen onder art. 134a Sr als er een voldoende verband is met 'training voor terrorisme'. Dit begrip omvat ook 'zelfstudie', zoals online informatie zoeken en materialen aanschaffen. Dat deze gedragingen ook strafbare voorbereiding (art. 46 Sr) kunnen zijn, sluit kwalificatie onder art. 134a Sr niet uit.
ECLI:NL:HR:2019:907
ECLI:NL:HR:2019:12 - Vrijspraak Liwa al-Tawhid: Oogmerk organisatie moet gericht zijn op specifieke terroristische misdrijven
Voor een veroordeling wegens deelname aan een terroristische organisatie (art. 140a Sr) volstaat niet dat de organisatie een 'terroristisch oogmerk' (art. 83a Sr) heeft. Het oogmerk van de organisatie moet specifiek gericht zijn op het plegen van in de wet genoemde terroristische misdrijven (art. 83 Sr).
ECLI:NL:HR:2004:AF6988
ECLI:NL:HR:2023:771 - Deelneming terroristische organisatie: ontvangen van geld en ID-kaart onvoldoende voor bewezenverklaring
Het enkel ontvangen van een aanzienlijk geldbedrag en een identiteitskaart van een terroristische organisatie is onvoldoende om het vereiste 'aandeel' in die organisatie te bewijzen. Zonder bewijs van een concrete bijdrage aan het oogmerk van de organisatie, is een bewezenverklaring van deelneming ontoereikend gemotiveerd.