Artikel 60a (Samenloop maximum vervangende vrijheidsstraf art. 36f)
Bij samenloop op de wijze in de artikelen 57 en 58 bedoeld, geldt voor de maatregel genoemd in artikel 36f dat de vervangende vrijheidsstraffen gezamenlijk het maximum, bepaald in artikel 24c, derde lid, niet mogen overschrijden.
Uitleg in duidelijke taal
Bij samenloop op de wijze in de artikelen 57 en 58 bedoeld, geldt voor de maatregel genoemd in artikel 36f dat de vervangende vrijheidsstraffen gezamenlijk het maximum, bepaald in artikel 24c, derde lid, niet mogen overschrijden.
Dit artikel stelt dat bij samenloop op de wijze in de artikelen 57 en 58 bedoeld, voor de maatregel genoemd in artikel 36f het volgende geldt: de vervangende vrijheidsstraffen mogen gezamenlijk het maximum, bepaald in artikel 24c, derde lid, niet overschrijden.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2019:793 - Overzichtsarrest vordering benadeelde partij: schadebegroting en motivering - 27 mei 2019
De Hoge Raad geeft een overzicht van de regels voor de vordering van de benadeelde partij. Dat de omvang van schade is geschat (art. 6:97 BW), staat toewijzing niet in de weg, mits de rechter zijn oordeel toereikend motiveert aan de hand van vaststaande feiten.
ECLI:NL:HR:2012:BX3620 - Verduistering door geld anders te besteden dan overeengekomen - 10 december 2012
Het als heer en meester beschikken over geld door dit, in strijd met de gemaakte (beleggings)afspraken, aan te wenden voor andere doeleinden zoals bedrijfsvoering, kwalificeert als wederrechtelijke toe-eigening. Hiermee wordt de teruggave van het geld onmogelijk gemaakt of bemoeilijkt, wat verduistering oplevert.
ECLI:NL:HR:2022:714 - Hoge Raad - 23 mei 2022
ECLI:NL:HR:2018:833 - Erfgenamen en de vordering benadeelde partij: grenzen van artikel 51f Sv - 4 juni 2018
Erfgenamen kunnen zich niet als benadeelde partij in een strafproces voegen als het slachtoffer is overleden door een oorzaak die losstaat van het strafbare feit. Dit belet de rechter echter niet om een schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van de nalatenschap op te leggen.
ECLI:NL:HR:2016:1335 - Bom bij Flitspaal: Grenzen van Causale Toerekening en Opzet - 27 juni 2016
Het handelen van de EOD doorbreekt de causale keten niet bij letsel tijdens het ontmantelen van een zelfgemaakte bom. Voor een poging tot het teweegbrengen van een ontploffing is de voorzienbaarheid van gevaar voldoende; het opzet hoeft niet op dit gevaar gericht te zijn.
ECLI:NL:HR:2013:898 - Kwalificatie witwassen bij voorhanden hebben van eigen criminele opbrengsten - 7 oktober 2013
Het voorhanden hebben van geld uit een eigen misdrijf kwalificeert als witwassen als er handelingen zijn verricht gericht op het daadwerkelijk verbergen of verhullen van de criminele herkomst. Het storten van grote contante bedragen op een rekening, die vervolgens spoorloos verdwijnen, duidt op zulke verhullingshandelingen.
ECLI:NL:HR:2012:BW9182 - Uitleg cumulatieve tenlastelegging: de feitenrechter beslist - 25 juni 2012
De Hoge Raad oordeelt dat de uitleg van een tenlastelegging is voorbehouden aan de feitenrechter. Een tenlastelegging met meerdere feiten en data kan worden uitgelegd als een impliciet cumulatieve tenlastelegging, zolang deze uitleg niet onverenigbaar is met de bewoordingen ervan.
ECLI:NL:HR:2023:982 - Hoge Raad - 26 juni 2023
ECLI:NL:RBOBR:2024:4423 - Rechtbank Oost-Brabant - 25 september 2024
ECLI:NL:HR:2023:983 - Redelijke termijn: aparte beoordeling per instantie, geen totaaltelling - 26 juni 2023
De Hoge Raad oordeelt dat bij een overschrijding van de redelijke termijn (art. 6 EVRM) de termijnen voor eerste aanleg en hoger beroep afzonderlijk moeten worden beoordeeld. Het is onjuist om deze termijnen bij elkaar op te tellen en te spreken van één totale overschrijding.