Artikel 60a (Samenloop maximum vervangende vrijheidsstraf art. 36f)
Bij samenloop op de wijze in de artikelen 57 en 58 bedoeld, geldt voor de maatregel genoemd in artikel 36f dat de vervangende vrijheidsstraffen gezamenlijk het maximum, bepaald in artikel 24c, derde lid, niet mogen overschrijden.
Uitleg in duidelijke taal
Bij samenloop op de wijze in de artikelen 57 en 58 bedoeld, geldt voor de maatregel genoemd in artikel 36f dat de vervangende vrijheidsstraffen gezamenlijk het maximum, bepaald in artikel 24c, derde lid, niet mogen overschrijden.
Dit artikel stelt dat bij samenloop op de wijze in de artikelen 57 en 58 bedoeld, voor de maatregel genoemd in artikel 36f het volgende geldt: de vervangende vrijheidsstraffen mogen gezamenlijk het maximum, bepaald in artikel 24c, derde lid, niet overschrijden.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2019:793
ECLI:NL:HR:2012:BX3620
ECLI:NL:HR:2022:714
ECLI:NL:HR:2018:833 - Erfgenamen en de vordering benadeelde partij: grenzen van artikel 51f Sv
Erfgenamen kunnen zich niet als benadeelde partij in een strafproces voegen als het slachtoffer is overleden door een oorzaak die losstaat van het strafbare feit. Dit belet de rechter echter niet om een schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van de nalatenschap op te leggen.
ECLI:NL:HR:2016:1335 - Bom bij Flitspaal: Grenzen van Causale Toerekening en Opzet
Het handelen van de EOD doorbreekt de causale keten niet bij letsel tijdens het ontmantelen van een zelfgemaakte bom. Voor een poging tot het teweegbrengen van een ontploffing is de voorzienbaarheid van gevaar voldoende; het opzet hoeft niet op dit gevaar gericht te zijn.