Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Misdrijven
Titel XVIII. Misdrijven tegen de persoonlijke vrijheid
Artikel 279

Artikel 279 (Opzettelijk onttrekken minderjarige gezag, opzicht)

Laatste versie

1. Hij die opzettelijk een minderjarige onttrekt aan het wettig over hem gesteld gezag of aan het opzicht van degene die dit desbevoegd over hem uitoefent, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vierde categorie.

2. Gevangenisstraf van ten hoogste negen jaren of geldboete van de vijfde categorie wordt opgelegd indien list, geweld of bedreiging met geweld is gebezigd, of indien de minderjarige beneden de twaalf jaren oud is.

Uitleg in duidelijke taal

1. Hij die opzettelijk een minderjarige onttrekt aan het wettig over hem gesteld gezag of aan het opzicht van degene die dit desbevoegd over hem uitoefent, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vierde categorie.

Dit lid stelt strafbaar de persoon die opzettelijk een minderjarige onttrekt aan het wettig over hem gesteld gezag, of die de minderjarige onttrekt aan het opzicht van degene die dit desbevoegd over hem uitoefent. De straf hiervoor is gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vierde categorie.

2. Gevangenisstraf van ten hoogste negen jaren of geldboete van de vijfde categorie wordt opgelegd indien list, geweld of bedreiging met geweld is gebezigd, of indien de minderjarige beneden de twaalf jaren oud is.

Dit lid bepaalt dat een hogere straf, namelijk gevangenisstraf van ten hoogste negen jaren of geldboete van de vijfde categorie, wordt opgelegd. Dit is het geval indien bij de onttrekking (zoals genoemd in lid 1) list, geweld of bedreiging met geweld is gebezigd, of indien de minderjarige beneden de twaalf jaren oud is.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad9x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:111

ECLI:NL:HR:2016:11126 januari 2016Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad6x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:302

ECLI:NL:HR:2014:30211 februari 2014Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:1032

ECLI:NL:HR:2020:103216 juni 2020Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:1097

ECLI:NL:HR:2014:109713 mei 2014Dit wetsartikel wordt 6 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad6x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2010:BM3959

ECLI:NL:HR:2010:BM395914 september 2010Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2005:AR8250

ECLI:NL:HR:2005:AR825015 februari 2005Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2023:855

ECLI:NL:HR:2023:85513 juni 2023Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2018:704

ECLI:NL:HR:2018:70415 mei 2018Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2009:BH9032

ECLI:NL:HR:2009:BH903212 mei 2009Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtInternationaal Strafrecht, Materieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Hoge Raad3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2018:2099

ECLI:NL:HR:2018:209913 november 2018Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak