Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Misdrijven
Titel XIV. Seksuele misdrijven
Artikel 251

Artikel 251 (Strafbare seksuele benadering en ontmoeting minderjarigen)

Laatste versie

1. Degene die een kind beneden de leeftijd van zestien jaren of een persoon die zich voordoet als een kind beneden de leeftijd van zestien jaren:

a. indringend mondeling of schriftelijk seksueel benadert op een wijze die schadelijk te achten is voor kinderen beneden de leeftijd van zestien jaren; b. getuige doet zijn van een handeling of een visuele weergave van seksuele aard of met een onmiskenbaar seksuele strekking op een wijze die schadelijk te achten is voor kinderen beneden de leeftijd van zestien jaren; of c. een ontmoeting voorstelt voor seksuele doeleinden en enige handeling onderneemt tot het verwezenlijken van die ontmoeting,

wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.

2. Met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar en zes maanden of geldboete van de vierde categorie wordt gestraft degene die de gedragingen, bedoeld in het eerste lid, begaat ten aanzien van een kind in de leeftijd van zestien tot achttien jaren of een persoon die zich als zodanig voordoet onder de in artikel 245, eerste lid, omschreven omstandigheden.

3. Niet strafbaar is degene die als leeftijdsgenoot de in het eerste lid, aanhef en onder c, bedoelde gedraging begaat in het kader van een gelijkwaardige situatie tussen diegene en dat kind, voor zover dat kind ten minste de leeftijd van twaalf jaren heeft bereikt.

Uitleg in duidelijke taal

1. Degene die een kind beneden de leeftijd van zestien jaren of een persoon die zich voordoet als een kind beneden de leeftijd van zestien jaren:

Dit artikel beschrijft de strafbaarheid van de persoon die ten aanzien van een kind jonger dan zestien jaar, of ten aanzien van een persoon die zich voordoet als een kind jonger dan zestien jaar, de hieronder volgende handelingen verricht:

a. indringend mondeling of schriftelijk seksueel benadert op een wijze die schadelijk te achten is voor kinderen beneden de leeftijd van zestien jaren;

Dit betreft de situatie waarin die persoon een kind (of iemand die zich als zodanig voordoet) op een indringende manier mondeling of schriftelijk seksueel benadert. Deze benadering moet van zodanige aard zijn dat deze als schadelijk wordt beschouwd voor kinderen jonger dan zestien jaar.

b. getuige doet zijn van een handeling of een visuele weergave van seksuele aard of met een onmiskenbaar seksuele strekking op een wijze die schadelijk te achten is voor kinderen beneden de leeftijd van zestien jaren; of

Dit beschrijft het geval waarin die persoon een kind (of iemand die zich als zodanig voordoet) getuige laat zijn van een handeling, of van een visuele weergave, die seksueel van aard is of een onmiskenbaar seksuele strekking heeft. Ook hier geldt dat de wijze waarop dit gebeurt, schadelijk te achten is voor kinderen jonger dan zestien jaar.

c. een ontmoeting voorstelt voor seksuele doeleinden en enige handeling onderneemt tot het verwezenlijken van die ontmoeting,

Dit verwijst naar de situatie waarin die persoon aan een kind (of iemand die zich als zodanig voordoet) een ontmoeting voorstelt met seksuele doeleinden, en bovendien enige handeling onderneemt om die ontmoeting te verwezenlijken.

wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.

De persoon die een van de bovengenoemde handelingen (onder a, b, of c) verricht, wordt gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of een geldboete van de vierde categorie.

2. Met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar en zes maanden of geldboete van de vierde categorie wordt gestraft degene die de gedragingen, bedoeld in het eerste lid, begaat ten aanzien van een kind in de leeftijd van zestien tot achttien jaren of een persoon die zich als zodanig voordoet onder de in artikel 245, eerste lid, omschreven omstandigheden.

Dit lid stelt dat een persoon gestraft wordt met een gevangenisstraf van ten hoogste een jaar en zes maanden of een geldboete van de vierde categorie, indien die persoon de gedragingen, bedoeld in het eerste lid, begaat ten aanzien van een kind in de leeftijd van zestien tot achttien jaren, of ten aanzien van een persoon die zich als zodanig voordoet. Dit geldt alleen indien deze gedragingen plaatsvinden onder de in artikel 245, eerste lid, omschreven omstandigheden.

3. Niet strafbaar is degene die als leeftijdsgenoot de in het eerste lid, aanhef en onder c, bedoelde gedraging begaat in het kader van een gelijkwaardige situatie tussen diegene en dat kind, voor zover dat kind ten minste de leeftijd van twaalf jaren heeft bereikt.

Dit lid bepaalt dat een persoon niet strafbaar is als deze, als leeftijdsgenoot, de in het eerste lid, aanhef en onder c, bedoelde gedraging (het voorstellen van een ontmoeting voor seksuele doeleinden en het ondernemen van handelingen tot verwezenlijking daarvan) begaat in het kader van een gelijkwaardige situatie tussen diegene en dat kind. Een voorwaarde hierbij is dat dat kind ten minste de leeftijd van twaalf jaren heeft bereikt.