Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Misdrijven
Titel XIV. Seksuele misdrijven
Artikel 244

Artikel 244 (Definitie afwezigheid wil seksuele misdrijven)

Voor de toepassing van de misdrijven omschreven in de artikelen 240 tot met 243 ontbreekt bij een persoon in ieder geval de wil tot seksuele handelingen indien diegene in een staat van bewusteloosheid, verminderd bewustzijn of lichamelijke onmacht verkeert of een zodanige psychische stoornis, psychogeriatrische aandoening of verstandelijke handicap heeft dat deze niet of onvolkomen in staat is een wil te bepalen of kenbaar te maken omtrent de seksuele handelingen of daartegen weerstand te bieden.

Uitleg in duidelijke taal

Voor de toepassing van de misdrijven omschreven in de artikelen 240 tot met 243 ontbreekt bij een persoon in ieder geval de wil tot seksuele handelingen indien diegene in een staat van bewusteloosheid, verminderd bewustzijn of lichamelijke onmacht verkeert of een zodanige psychische stoornis, psychogeriatrische aandoening of verstandelijke handicap heeft dat deze niet of onvolkomen in staat is een wil te bepalen of kenbaar te maken omtrent de seksuele handelingen of daartegen weerstand te bieden.

Dit artikel verduidelijkt dat, voor de toepassing van de misdrijven omschreven in de artikelen 240 tot en met 243, bij een persoon in ieder geval de wil tot seksuele handelingen ontbreekt indien diegene:

  • in een staat van bewusteloosheid verkeert;
  • in een staat van verminderd bewustzijn verkeert;
  • in een staat van lichamelijke onmacht verkeert; of
  • een zodanige psychische stoornis, psychogeriatrische aandoening of verstandelijke handicap heeft dat deze niet of onvolkomen in staat is een wil te bepalen of kenbaar te maken omtrent de seksuele handelingen of daartegen weerstand te bieden.