Artikel 197b (Tewerkstellen illegale vreemdeling met wetenschap)
Hij die een ander, die zich wederrechtelijk toegang tot of verblijf in Nederland heeft verschaft, krachtens overeenkomst of aanstelling arbeid doet verrichten, terwijl hij weet of ernstige redenen heeft om te vermoeden dat de toegang of dat verblijf wederrechtelijk is, wordt gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de vijfde categorie.
Uitleg in duidelijke taal
Hij die een ander, die zich wederrechtelijk toegang tot of verblijf in Nederland heeft verschaft, krachtens overeenkomst of aanstelling arbeid doet verrichten, terwijl hij weet of ernstige redenen heeft om te vermoeden dat de toegang of dat verblijf wederrechtelijk is, wordt gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de vijfde categorie.
Dit artikel bepaalt dat een persoon wordt gestraft met een gevangenisstraf van maximaal een jaar of een geldboete van de vijfde categorie, indien hij een andere persoon arbeid laat verrichten op basis van een overeenkomst of aanstelling. Dit geldt specifiek wanneer de persoon die de arbeid laat verrichten weet, of ernstige redenen heeft om te vermoeden, dat de andere persoon zich wederrechtelijk toegang tot Nederland heeft verschaft of wederrechtelijk in Nederland verblijft.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:1998:ZD1001
ECLI:NL:HR:2016:222 - Bestuurlijke boete en strafvervolging: geen 'hetzelfde feit' bij verschillende rechtsgoederen
Een bestuurlijke boete voor overtreding van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav) staat een latere strafvervolging voor mensensmokkel (art. 197a/b Sr) niet in de weg. Vanwege het aanzienlijke verschil in beschermde rechtsgoederen en strafmaxima is er geen sprake van 'hetzelfde feit' ex art. 68 Sr.