Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Misdrijven
Titel VII. Misdrijven waardoor de algemene veiligheid van personen of goederen wordt in gevaar gebracht
Artikel 176b

Artikel 176b (Samenspanning misdrijven terroristisch oogmerk)

Laatste versie

1. De samenspanning tot de in de artikelen 157, 161, onderdelen 2° en 3°, 161bis, onderdelen 3° en 4°, 161quater, 161sexies, onderdelen 2° en 3°, 162, 164, 166, 168, 170, 172, 173a en 174 omschreven misdrijven, te begaan met een terroristisch oogmerk, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste tien jaren of geldboete van de vijfde categorie.

2. Artikel 96, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing.

Uitleg in duidelijke taal

1. De samenspanning tot de in de artikelen 157, 161, onderdelen 2° en 3°, 161bis, onderdelen 3° en 4°, 161quater, 161sexies, onderdelen 2° en 3°, 162, 164, 166, 168, 170, 172, 173a en 174 omschreven misdrijven, te begaan met een terroristisch oogmerk, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste tien jaren of geldboete van de vijfde categorie.

Dit lid stelt dat de samenspanning tot het begaan van de misdrijven die omschreven zijn in de artikelen 157, 161, onderdelen 2° en 3°, 161bis, onderdelen 3° en 4°, 161quater, 161sexies, onderdelen 2° en 3°, 162, 164, 166, 168, 170, 172, 173a en 174, indien deze samenspanning geschiedt met een terroristisch oogmerk, wordt gestraft. De mogelijke straf is een gevangenisstraf van ten hoogste tien jaren of een geldboete van de vijfde categorie.

2. Artikel 96, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing.

Dit lid bepaalt dat artikel 96, tweede lid, van overeenkomstige toepassing is in de context van dit artikel.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad25x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:906 - Aansluiten bij strijdgroep voldoende concreet oogmerk voor voorbereiding terrorisme

ECLI:NL:HR:2019:90611 juni 2019Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak

Voor een veroordeling wegens voorbereiding van terroristische misdrijven is het oogmerk van de verdachte voldoende concreet als vaststaat dat hij zich wilde aansluiten bij een specifieke jihadistische strijdgroep. Een gedetailleerd plan over tijd, plaats en wijze van de te plegen misdrijven is niet vereist.

StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Hoge Raad16x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:12 - Vrijspraak Liwa al-Tawhid: Oogmerk organisatie moet gericht zijn op specifieke terroristische misdrijven

ECLI:NL:HR:2019:128 januari 2019Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

Voor een veroordeling wegens deelname aan een terroristische organisatie (art. 140a Sr) volstaat niet dat de organisatie een 'terroristisch oogmerk' (art. 83a Sr) heeft. Het oogmerk van de organisatie moet specifiek gericht zijn op het plegen van in de wet genoemde terroristische misdrijven (art. 83 Sr).

StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Hoge Raad6x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2024:814

ECLI:NL:HR:2024:81411 juni 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:1858 - Vaststelling terroristisch oogmerk Ahrar al-Sham op basis van ideologie en misdrijven

ECLI:NL:HR:2022:185813 december 2022Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat het hof Ahrar al-Sham als terroristische organisatie mocht aanmerken. Het oogmerk van de organisatie kan worden afgeleid uit haar ideologie, de uitlatingen van haar leiders, en de gepleegde misdrijven zoals sektarisch geweld tegen burgers.

StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht, Internationaal Strafrecht